Onderwijs

Groot deel promovendi niet klaar in vier jaar

40 Procent van de Delftse promovendi denkt de promotie niet binnen vier jaar af te krijgen. Als twee belangrijkste redenen noemen ze een tekortschietende begeleiding en een onduidelijke projectomschrijving.

Dat is één van de belangrijkste conclusies van een enquête van de Delftse promovendiorganisatie Promood, die in de zomer van 2005 is gehouden en waarvan binnenkort de analyse verschijnt.

Slechts 21 procent van de 422 respondenten geeft aan op tijd klaar te zullen zijn met het werk. 37 Procent zegt dat het nog te vroeg is om te zeggen of ze hun promotieonderzoek op tijd kunnen afronden. Zij staan veelal nog aan het begin van hun promotie.

Promovendi blijken het vooral in hun derde jaar te merken als de begeleiding die ze krijgen niet afdoende is of als de projectomschrijving niet helder genoeg is. De meerderheid krijgt nul tot vijf uur begeleiding per maand, schrijft Promood.

Volgens de organisatie is de kwaliteit van de begeleiding over het algemeen redelijk tot goed. Maar in individuele gevallen leidt een gebrek aan goede supervisie tot vertraging, doordat het contact tussen promovendus en begeleider te wensen overlaat of de laatste volgens de promovendus te weinig expertise bezit.

De problemen doen zich vooral voor bij promovendi in de laatste fase van hun onderzoek en bij kandidaten uit niet-EU-landen. Daarom stelt Promood voor dat deze groepen en hun begeleiders in overleg meer uren vrijmaken voor contact met elkaar.

Overigens zijn er ook andere redenen genoemd voor vertraging, zoals persoonlijke redenen, een gebrek aan data en ongenoegen met de geboekte vooruitgang.

De enquête richtte zich verder onder meer op de zorgen van promovendi. Dan blijkt dik 20 procent zich zorgen te maken over de kwaliteit van de begeleiding en 36 procent over het publiceren in bijvoorbeeld vakbladen, 44 procent vraagt zich af of ze wel aan de verwachtingen zullen voldoen en 36 procent breekt zich het hoofd over wat te doen na de promotie.

Loesje Bevers van Promood zegt niet verrast te zijn door de uitkomsten van de rondvraag. “Tien jaar geleden is er ook een enquête gehouden. Toen bleek er ook al heel veel vertraging te zijn.”

Is vier jaar wel een redelijke termijn? Bevers denkt het wel. “Je kunt altijd doorgaan met onderzoeken. Mensen moeten eerder gaan schrijven. Zelf denk ik dat het als zelfbescherming goed zou zijn als de TU de gastvrijheidsverklaring afschaft. Die houdt in dat een promovendus na vier jaar zonder salaris op

de faculteit voor een bepaalde tijd door kan gaan met zijn onderzoek.”

Promood wil de resultaten volgende week vrijdag presenteren. (SB)

www.promood.tudelft.nl

Dat is één van de belangrijkste conclusies van een enquête van de Delftse promovendiorganisatie Promood, die in de zomer van 2005 is gehouden en waarvan binnenkort de analyse verschijnt.

Slechts 21 procent van de 422 respondenten geeft aan op tijd klaar te zullen zijn met het werk. 37 Procent zegt dat het nog te vroeg is om te zeggen of ze hun promotieonderzoek op tijd kunnen afronden. Zij staan veelal nog aan het begin van hun promotie.

Promovendi blijken het vooral in hun derde jaar te merken als de begeleiding die ze krijgen niet afdoende is of als de projectomschrijving niet helder genoeg is. De meerderheid krijgt nul tot vijf uur begeleiding per maand, schrijft Promood.

Volgens de organisatie is de kwaliteit van de begeleiding over het algemeen redelijk tot goed. Maar in individuele gevallen leidt een gebrek aan goede supervisie tot vertraging, doordat het contact tussen promovendus en begeleider te wensen overlaat of de laatste volgens de promovendus te weinig expertise bezit.

De problemen doen zich vooral voor bij promovendi in de laatste fase van hun onderzoek en bij kandidaten uit niet-EU-landen. Daarom stelt Promood voor dat deze groepen en hun begeleiders in overleg meer uren vrijmaken voor contact met elkaar.

Overigens zijn er ook andere redenen genoemd voor vertraging, zoals persoonlijke redenen, een gebrek aan data en ongenoegen met de geboekte vooruitgang.

De enquête richtte zich verder onder meer op de zorgen van promovendi. Dan blijkt dik 20 procent zich zorgen te maken over de kwaliteit van de begeleiding en 36 procent over het publiceren in bijvoorbeeld vakbladen, 44 procent vraagt zich af of ze wel aan de verwachtingen zullen voldoen en 36 procent breekt zich het hoofd over wat te doen na de promotie.

Loesje Bevers van Promood zegt niet verrast te zijn door de uitkomsten van de rondvraag. “Tien jaar geleden is er ook een enquête gehouden. Toen bleek er ook al heel veel vertraging te zijn.”

Is vier jaar wel een redelijke termijn? Bevers denkt het wel. “Je kunt altijd doorgaan met onderzoeken. Mensen moeten eerder gaan schrijven. Zelf denk ik dat het als zelfbescherming goed zou zijn als de TU de gastvrijheidsverklaring afschaft. Die houdt in dat een promovendus na vier jaar zonder salaris op

de faculteit voor een bepaalde tijd door kan gaan met zijn onderzoek.”

Promood wil de resultaten volgende week vrijdag presenteren. (SB)

www.promood.tudelft.nl

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.