Campus

Geen God of geen leven

Mooie, psychologische dialogen in een benauwend, afgesloten wereldje. Met regisseur Jeroen Croes heeft de Delftse Komedie het naturalistisch drama herontdekt. De innerlijke tweestrijd van een vrijzinnige, vrouwelijke dominee.

Aan het eind van de laatste eeuwwisseling vierde het genre hoogtij: de naturalistische roman en het naturalistisch drama. De ingrediënten daarvan heeft iedereen op school moeten leren. Een benauwend, afgesloten milieu; een aantal uitgesproken karakters; lange dialogen. De essentie van het naturalisme: de wisselwerking tussen de uitgesproken persoonlijkheden leidt noodzakelijk tot onheil. Allen zijn slaaf van hun neigingen. Ze sturen hun leven niet, het leven stuurt hen.

Een van de grootste meesters van het naturalistisch drama is de Noorse toneelschrijver Henrik Ibsen. Zijn stukken zijn nog altijd populair; Ibsen heeft inmiddels een plaats gekregen in het rijtje Sophocles, Euripides en Shakespeare. Met name Hedda Gabler is een psychologisch meesterstuk.

Regisseur Jeroen Croes (29) is in de ban geraakt van Ibsen. ,,Zijn stukken zijn ontzettend goed geschreven. Het klinkt misschien als een cliché, maar zijn thematiek is van alle tijden.”

Croes is daarom zelf in het naturalistisch genre gesprongen. Voor de Delftse Komedie regisseert hij het stuk ‘Maandag’, dat hij ook zelf schreef. Vanaf zaterdag 15 mei voert de Delftse Komedie het stuk vijf maal op in Cultureel Centrum Mekelweg 10.

Het naturalisme in Maandag is wat genuanceerder dan in de stukken van een eeuw geleden. De menselijke voorbestemming is minder pregnant. ,,Halverwege kan het stuk nog alle kanten op”, zegt Croes. Maar aan andere naturalistische elementen heeft Croes volledig vastgehouden: realistische dialogen, eenheid van tijd, plaats en handeling en een benauwende omgeving.

De bedompte setting is in Maandag een kerkgemeenschap, een gereformeerd synodale kerk om precies te zijn. De calvinistische leer van de voorvaderen is verstandelijk weliswaar gemoderniseerd, maar zit nog steeds in het bloed van de gemeenteleden.
Achterlicht


1 Marijne Winkel in de rol van dominee Lenneke Noordenbos

Maandag speelt op zondag, de eerste werkdag van een nieuwe dominee: Lenneke Noordenbos. Zij heeft haar eerste preek net achter de rug en wordt geconfronteerd met koffie en een zuinig koekje na afloop van de dienst. De blijmoedige kerkleden verwachten het nodige van hun nieuwe dominee. Ze moet een luisterend oor hebben, begrijpend hun leuterverhalen aanhoren en mag eigenlijk nooit chagrijnig zijn. De benauwenis is geschapen.

Noordenbos heeft zichtbaar moeite met de gezapigheid. Voordat ze werd beroepen heeft ze lange tijd in tweestrijd gestaan: een deugdzaam leven als geestelijk leidsvrouw van een groepkerkgangers of het wilde, volle leven. Het is het eerste geworden.

Tijdens haar studie leek Noordenbos in weinig op haar theologische medestudenten. Ze had een heftig karakter, kon flink drinken en viel ten prooi aan een heftige, amoureuze affaire. De voorbeeldrol van dominee leek toen ver weg.

Maar dat was slechts één kant van Noordenbos. Ondanks haar wilde haren bleef ze toch het goed opgevoede meisje. ,,Een meisje wiens achterlicht het altijd doet”, grapt Croes. Ook het geloof heeft haar nooit echt verlaten. ,,Dat geloof zit in haar, dat is geen keuze”, aldus Croes.

Misschien heeft de uiteindelijke zege van de brave zijde van Noordenbos’ karakter mede te maken met haar echtgenoot, ook een theoloog. ,,Een keurige jongen”, zegt schrijver en regisseur Croes. Ook deze Freek Noordenbos is niet echt meer van de oude calvinistische stempel, maar is minder vrijzinnig dan zijn vrouw.
Schandaaltjes

Op deze eerste zondagse werkdag bekruipt de twijfel haar echter. Niet in de laatste plaats omdat een oude liefde haar onverwacht komt opzoeken, een kunstenaar met wie ze een stormachtige relatie heeft gehad. ,,Hij verwijt haar dat ze is geworden tot de gereformeerde dominee die ze nooit had willen zijn. Hij is de personificatie van haar onrust en onvrede”, licht Croes toe.

Er spelen meer ontwikkelingen. Een oud-theologiedocent van Lenneke en Freek komt langs. Deze biedt Freek een goede bestuurlijke baan aan bij de theologische faculteit. Maar op voorwaarde dat hij zijn vrouw kort houdt. Geen schandaaltjes en roddels dus, haar vroegere leven moet voorgoed voorbij zijn. ‘Die baan betekent dat wij ons níéts meer kunnen veroorloven’, moet Freek zijn vrouw meedelen.

Tel daarbij op het overlijden van de oude dominee Vresder, die wel van de oude gereformeerde stempel is, en het is duidelijk dat het stuk naar een climax toewerkt. Welke wending het stuk uiteindelijk neemt, weigert Croes uit de doeken te doen. ,,Want los van de psychologische thematiek is Maandag ook gewoon een spannend verhaal.”

Als een rode draad door het stuk loopt het probleem van de menselijke identiteit: wie ben ik en hoe moet ik me gedragen? Is de hang naar het ongeremde leven Lennekes ware wezen en is de functie van begripsvolle dominee slechts een rol, opgelegd door zichzelf of haar omgeving? Of is het juist omgekeerd? Croes: ,,’Zijn wie je bent, daar valt niet aan te ontkomen’, vertelt de vroegere geliefde aan Lenneke. Maar niemand zegt haar wat dat inhoudt, wie ze werkelijk is.”

Dat er zo’n persoonlijke essentie is, lijdt voor Croes geen twijfel. Daarin toont hij zich een goed volgeling van zijn naturalistische voorgangers. ,,Zo’n ware identiteit is voor mij een gegeven. Weten wie je wezenlijk bent, geeft een mens rust. Ook van mezelf leer ik in de loop der jaren steeds meer karaktertrekjes kennen.”

Die identiteitsvraag houdt Croes persoonlijk bezig, erkent hij. ,,Dat geldt denk ik voor veel mensen van mijn leeftijd. Ik kan bijvoorbeeld gebiologeerd kijken naar klassenfoto’s van tien, vijftien jaar geleden. Wie ben ik daar, vraag ik me danaf.”

Het psychologisch realisme heeft schrijver en regisseur Croes goed in de vingers. Daarmee zal hij waarschijnlijk verder aan de weg timmeren in de Nederlandse toneelwereld, want goede psychologische stukken worden er maar weinig geschreven. Dramaregisseurs grijpen meestal terug op de klassiekers.
Uitspattingen

Ondanks de goede karakterschetsen is het toch twijfelachtig of Croes zich de gang van zaken in protestants Nederland wel helemaal eigen gemaakt heeft. Zelf is hij niet religieus opgevoed, maar hij heeft wel veel kennissen uit die kringen, en de regisseur is ook zelf wel eens als geïnteresseerde toehoorder bij een kerkdienst te vinden.

Toch is een aantal zaken in Maandag weinig realistisch. Dominee Lenneke wil een kerkelijk leven koppelen aan een moderne levensvisie, zo heet het in het persbericht. Tegelijkertijd is zij volgens Croes iemand die ,,echt gelooft dat Jezus als Gods zoon aan het kruis gestorven is voor onze zonden.” Het is twijfelachtig of deze realistische bijbeluitleg met een ‘moderne levensvisie’ valt te rijmen. Vraag een ‘modern’ theoloog als Kuitert om uitleg over het begrip ‘Gods zoon’, en je krijgt een verhaal over metaforisch taalgebruik.

Nog bevreemdender is de baan aan de theologische faculteit die echtgenoot Freek alleen krijgt als zijn vrouw niet uit de band springt. Tenminste, zo dreigt de theologie-hoogleraar die het aanbod doet. Hij koestert weliswaar een persoonlijke wrok tegen Lenneke, maar zou een hoogleraar zich werkelijk tot dergelijke kleinzieligheden verlagen?

Zolang een aantal elementaire ethische beginselen in acht worden genomen, zal het de Nederlandse theologiefaculteiten niet uitmaken wat medewerkers in hun persoonlijk leven uitvreten. En wat hun echtgenoten betreft al helemaal. Waaruit bestaan die wilde uitspattingen van dominee Lenneke nou helemaal? Ze neemt soms geen blad voor de mond en pakt wel eens een biertje op een terrasje. Het percentage geheelonthouders onder theologen ligt ongetwijfeld boven het landelijk gemiddelde, maar een voorwaarde voor een wetenschappelijke baan is het zeker niet.

De Delftse Komedie speelt ‘Maandag’ van Jeroen Croes op 15,16,20 en 21 mei om 20.30, en op 16 mei tevens om 15.30 in Cultureel Centrum Mekelweg 10. Kaarten: 15 gulden, reserveren: 015-2126547.

Aan het eind van de laatste eeuwwisseling vierde het genre hoogtij: de naturalistische roman en het naturalistisch drama. De ingrediënten daarvan heeft iedereen op school moeten leren. Een benauwend, afgesloten milieu; een aantal uitgesproken karakters; lange dialogen. De essentie van het naturalisme: de wisselwerking tussen de uitgesproken persoonlijkheden leidt noodzakelijk tot onheil. Allen zijn slaaf van hun neigingen. Ze sturen hun leven niet, het leven stuurt hen.

Een van de grootste meesters van het naturalistisch drama is de Noorse toneelschrijver Henrik Ibsen. Zijn stukken zijn nog altijd populair; Ibsen heeft inmiddels een plaats gekregen in het rijtje Sophocles, Euripides en Shakespeare. Met name Hedda Gabler is een psychologisch meesterstuk.

Regisseur Jeroen Croes (29) is in de ban geraakt van Ibsen. ,,Zijn stukken zijn ontzettend goed geschreven. Het klinkt misschien als een cliché, maar zijn thematiek is van alle tijden.”

Croes is daarom zelf in het naturalistisch genre gesprongen. Voor de Delftse Komedie regisseert hij het stuk ‘Maandag’, dat hij ook zelf schreef. Vanaf zaterdag 15 mei voert de Delftse Komedie het stuk vijf maal op in Cultureel Centrum Mekelweg 10.

Het naturalisme in Maandag is wat genuanceerder dan in de stukken van een eeuw geleden. De menselijke voorbestemming is minder pregnant. ,,Halverwege kan het stuk nog alle kanten op”, zegt Croes. Maar aan andere naturalistische elementen heeft Croes volledig vastgehouden: realistische dialogen, eenheid van tijd, plaats en handeling en een benauwende omgeving.

De bedompte setting is in Maandag een kerkgemeenschap, een gereformeerd synodale kerk om precies te zijn. De calvinistische leer van de voorvaderen is verstandelijk weliswaar gemoderniseerd, maar zit nog steeds in het bloed van de gemeenteleden.
Achterlicht


1 Marijne Winkel in de rol van dominee Lenneke Noordenbos

Maandag speelt op zondag, de eerste werkdag van een nieuwe dominee: Lenneke Noordenbos. Zij heeft haar eerste preek net achter de rug en wordt geconfronteerd met koffie en een zuinig koekje na afloop van de dienst. De blijmoedige kerkleden verwachten het nodige van hun nieuwe dominee. Ze moet een luisterend oor hebben, begrijpend hun leuterverhalen aanhoren en mag eigenlijk nooit chagrijnig zijn. De benauwenis is geschapen.

Noordenbos heeft zichtbaar moeite met de gezapigheid. Voordat ze werd beroepen heeft ze lange tijd in tweestrijd gestaan: een deugdzaam leven als geestelijk leidsvrouw van een groepkerkgangers of het wilde, volle leven. Het is het eerste geworden.

Tijdens haar studie leek Noordenbos in weinig op haar theologische medestudenten. Ze had een heftig karakter, kon flink drinken en viel ten prooi aan een heftige, amoureuze affaire. De voorbeeldrol van dominee leek toen ver weg.

Maar dat was slechts één kant van Noordenbos. Ondanks haar wilde haren bleef ze toch het goed opgevoede meisje. ,,Een meisje wiens achterlicht het altijd doet”, grapt Croes. Ook het geloof heeft haar nooit echt verlaten. ,,Dat geloof zit in haar, dat is geen keuze”, aldus Croes.

Misschien heeft de uiteindelijke zege van de brave zijde van Noordenbos’ karakter mede te maken met haar echtgenoot, ook een theoloog. ,,Een keurige jongen”, zegt schrijver en regisseur Croes. Ook deze Freek Noordenbos is niet echt meer van de oude calvinistische stempel, maar is minder vrijzinnig dan zijn vrouw.
Schandaaltjes

Op deze eerste zondagse werkdag bekruipt de twijfel haar echter. Niet in de laatste plaats omdat een oude liefde haar onverwacht komt opzoeken, een kunstenaar met wie ze een stormachtige relatie heeft gehad. ,,Hij verwijt haar dat ze is geworden tot de gereformeerde dominee die ze nooit had willen zijn. Hij is de personificatie van haar onrust en onvrede”, licht Croes toe.

Er spelen meer ontwikkelingen. Een oud-theologiedocent van Lenneke en Freek komt langs. Deze biedt Freek een goede bestuurlijke baan aan bij de theologische faculteit. Maar op voorwaarde dat hij zijn vrouw kort houdt. Geen schandaaltjes en roddels dus, haar vroegere leven moet voorgoed voorbij zijn. ‘Die baan betekent dat wij ons níéts meer kunnen veroorloven’, moet Freek zijn vrouw meedelen.

Tel daarbij op het overlijden van de oude dominee Vresder, die wel van de oude gereformeerde stempel is, en het is duidelijk dat het stuk naar een climax toewerkt. Welke wending het stuk uiteindelijk neemt, weigert Croes uit de doeken te doen. ,,Want los van de psychologische thematiek is Maandag ook gewoon een spannend verhaal.”

Als een rode draad door het stuk loopt het probleem van de menselijke identiteit: wie ben ik en hoe moet ik me gedragen? Is de hang naar het ongeremde leven Lennekes ware wezen en is de functie van begripsvolle dominee slechts een rol, opgelegd door zichzelf of haar omgeving? Of is het juist omgekeerd? Croes: ,,’Zijn wie je bent, daar valt niet aan te ontkomen’, vertelt de vroegere geliefde aan Lenneke. Maar niemand zegt haar wat dat inhoudt, wie ze werkelijk is.”

Dat er zo’n persoonlijke essentie is, lijdt voor Croes geen twijfel. Daarin toont hij zich een goed volgeling van zijn naturalistische voorgangers. ,,Zo’n ware identiteit is voor mij een gegeven. Weten wie je wezenlijk bent, geeft een mens rust. Ook van mezelf leer ik in de loop der jaren steeds meer karaktertrekjes kennen.”

Die identiteitsvraag houdt Croes persoonlijk bezig, erkent hij. ,,Dat geldt denk ik voor veel mensen van mijn leeftijd. Ik kan bijvoorbeeld gebiologeerd kijken naar klassenfoto’s van tien, vijftien jaar geleden. Wie ben ik daar, vraag ik me danaf.”

Het psychologisch realisme heeft schrijver en regisseur Croes goed in de vingers. Daarmee zal hij waarschijnlijk verder aan de weg timmeren in de Nederlandse toneelwereld, want goede psychologische stukken worden er maar weinig geschreven. Dramaregisseurs grijpen meestal terug op de klassiekers.
Uitspattingen

Ondanks de goede karakterschetsen is het toch twijfelachtig of Croes zich de gang van zaken in protestants Nederland wel helemaal eigen gemaakt heeft. Zelf is hij niet religieus opgevoed, maar hij heeft wel veel kennissen uit die kringen, en de regisseur is ook zelf wel eens als geïnteresseerde toehoorder bij een kerkdienst te vinden.

Toch is een aantal zaken in Maandag weinig realistisch. Dominee Lenneke wil een kerkelijk leven koppelen aan een moderne levensvisie, zo heet het in het persbericht. Tegelijkertijd is zij volgens Croes iemand die ,,echt gelooft dat Jezus als Gods zoon aan het kruis gestorven is voor onze zonden.” Het is twijfelachtig of deze realistische bijbeluitleg met een ‘moderne levensvisie’ valt te rijmen. Vraag een ‘modern’ theoloog als Kuitert om uitleg over het begrip ‘Gods zoon’, en je krijgt een verhaal over metaforisch taalgebruik.

Nog bevreemdender is de baan aan de theologische faculteit die echtgenoot Freek alleen krijgt als zijn vrouw niet uit de band springt. Tenminste, zo dreigt de theologie-hoogleraar die het aanbod doet. Hij koestert weliswaar een persoonlijke wrok tegen Lenneke, maar zou een hoogleraar zich werkelijk tot dergelijke kleinzieligheden verlagen?

Zolang een aantal elementaire ethische beginselen in acht worden genomen, zal het de Nederlandse theologiefaculteiten niet uitmaken wat medewerkers in hun persoonlijk leven uitvreten. En wat hun echtgenoten betreft al helemaal. Waaruit bestaan die wilde uitspattingen van dominee Lenneke nou helemaal? Ze neemt soms geen blad voor de mond en pakt wel eens een biertje op een terrasje. Het percentage geheelonthouders onder theologen ligt ongetwijfeld boven het landelijk gemiddelde, maar een voorwaarde voor een wetenschappelijke baan is het zeker niet.

De Delftse Komedie speelt ‘Maandag’ van Jeroen Croes op 15,16,20 en 21 mei om 20.30, en op 16 mei tevens om 15.30 in Cultureel Centrum Mekelweg 10. Kaarten: 15 gulden, reserveren: 015-2126547.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.