Onderwijs

Flitsend pennetje tegen de Rotterdamse reflex

Ze hadden het groot aangekondigd, de dames van de activiteitencommissie van Polis (Podium voor stedenbouwkunde). Niemand minder dan de beroemde stedenbouwkundige Pi de Bruijn zou een voordracht komen geven over de wederopbouw van de door de vuurwerkramp getroffen wijk Roombeek in Enschede.

Een flyer en een spandoek in de centrale hal van de Bouwkunde faculteit lokken ruim vijftig studenten naar de lunchbijeenkomst in zaal A deze koude donderdagmiddag, maar helaas – Pi is er niet. Hij heeft belangrijkere dingen te doen in de Tweede Kamer en wordt vervangen door zijn jongere collega van architectenbureau Architekten Cie, Joost van den Hoek. Voor de organisatie niets onverwachts, maar ach – het gaat om het verhaal en niet om de man, zoals een toehoorder opmerkt.

Joost – ‘Ik ben ook stedenbouwkundige’ – van den Hoek heeft er duidelijk zin in. Zijn zwarte pak is nog strakker dan zijn presentatie. In stevig tempo flitst zijn laserpennetje langs door een beamer geprojecteerde kleurrijke impressies van Roombeek toen, nu en vooral straks.

Architecten Cie was onder andere betrokken bij de bouw van de Arena-boulevard in Amsterdam en de Koopgoot in Rotterdam. Geen kleine jongens dus, maar Roombeek is toch weer heel wat anders. Van den Hoek spreekt van een ‘dramatische geschiedenis’ en komt in zijn zoektocht naar een historisch perspectief uit bij Rotterdam na het bombardement in mei 1940. De ‘Rotterdamse reflex’ was om alles schoon te vegen en helemaal opnieuw op te bouwen. Dat moest met Roombeek vooral niet gebeuren. ,,Wij hebben als leeuwen gevochten tegen die reinigingsdoctrine”, aldus Van den Hoek. Hij benadrukt dat tijdens het zogenoemde proto-ontwerpproces er vooral goed geluisterd is naar de wensen van voormalige bewoners.

Kern van het verhaal is dat Roombeek net als Enschede-noord zal worden opgedeeld in gemengde wijkdelen waarin de oude bewoners kunnen terugkeren, maar waar ook ruimte is voor nieuwkomers. Aan de randen is ruimte voor variatie. Grondeigenaren kunnen hier grotendeels naar eigen inzicht huizen laten bouwen. Tussen de buurtjes in komen parkachtige ruimtes en culturele clusters. Belangrijk hierbij is herinrichting van wat Van den Hoek ‘overgebleven bouwmassa’ noemt. Oude fabriekjes krijgen een culturele invulling en tussen het groen blijven historische resten zichtbaar.

De oplevering van Roombeek is in 2008. Inmiddels zijn al 350 woningen in aanbouw en komen de eerste delen uit de steigers. Op een vraag uit het publiek antwoordt Van den Hoek dat hij niet bang is voor leegstand. ,,Nog niet alles is verkocht, maar we verwachten dat we veel opgevuld krijgen.”

Ze hadden het groot aangekondigd, de dames van de activiteitencommissie van Polis (Podium voor stedenbouwkunde). Niemand minder dan de beroemde stedenbouwkundige Pi de Bruijn zou een voordracht komen geven over de wederopbouw van de door de vuurwerkramp getroffen wijk Roombeek in Enschede. Een flyer en een spandoek in de centrale hal van de Bouwkunde faculteit lokken ruim vijftig studenten naar de lunchbijeenkomst in zaal A deze koude donderdagmiddag, maar helaas – Pi is er niet. Hij heeft belangrijkere dingen te doen in de Tweede Kamer en wordt vervangen door zijn jongere collega van architectenbureau Architekten Cie, Joost van den Hoek. Voor de organisatie niets onverwachts, maar ach – het gaat om het verhaal en niet om de man, zoals een toehoorder opmerkt.

Joost – ‘Ik ben ook stedenbouwkundige’ – van den Hoek heeft er duidelijk zin in. Zijn zwarte pak is nog strakker dan zijn presentatie. In stevig tempo flitst zijn laserpennetje langs door een beamer geprojecteerde kleurrijke impressies van Roombeek toen, nu en vooral straks.

Architecten Cie was onder andere betrokken bij de bouw van de Arena-boulevard in Amsterdam en de Koopgoot in Rotterdam. Geen kleine jongens dus, maar Roombeek is toch weer heel wat anders. Van den Hoek spreekt van een ‘dramatische geschiedenis’ en komt in zijn zoektocht naar een historisch perspectief uit bij Rotterdam na het bombardement in mei 1940. De ‘Rotterdamse reflex’ was om alles schoon te vegen en helemaal opnieuw op te bouwen. Dat moest met Roombeek vooral niet gebeuren. ,,Wij hebben als leeuwen gevochten tegen die reinigingsdoctrine”, aldus Van den Hoek. Hij benadrukt dat tijdens het zogenoemde proto-ontwerpproces er vooral goed geluisterd is naar de wensen van voormalige bewoners.

Kern van het verhaal is dat Roombeek net als Enschede-noord zal worden opgedeeld in gemengde wijkdelen waarin de oude bewoners kunnen terugkeren, maar waar ook ruimte is voor nieuwkomers. Aan de randen is ruimte voor variatie. Grondeigenaren kunnen hier grotendeels naar eigen inzicht huizen laten bouwen. Tussen de buurtjes in komen parkachtige ruimtes en culturele clusters. Belangrijk hierbij is herinrichting van wat Van den Hoek ‘overgebleven bouwmassa’ noemt. Oude fabriekjes krijgen een culturele invulling en tussen het groen blijven historische resten zichtbaar.

De oplevering van Roombeek is in 2008. Inmiddels zijn al 350 woningen in aanbouw en komen de eerste delen uit de steigers. Op een vraag uit het publiek antwoordt Van den Hoek dat hij niet bang is voor leegstand. ,,Nog niet alles is verkocht, maar we verwachten dat we veel opgevuld krijgen.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.