Tijdens de werkconferentie over ‘Ethiek van risico-analyses’ op 24 juni in de senaatszaal van de aula dwaalden mijn gedachten tijdens het vorderen van de dag steeds verder af.
Ik pijnigde mijn hersens met de vraag wat een architectuurethicus over de verlichting van de aula zou zeggen. Want dat de circa honderd tl-balken in de senaatszaal na ongeveer een uur voor hoofdpijn zorgen, was mij proefondervindelijk duidelijk geworden.
Ik ben niet de enige die de van elk daglicht verstoken senaatszaal een ongelukkige vergaderruimte vindt. Het aula-complex, tussen 1959 en 1966 gebouwd, staat bekend als een voorbeeld van de zogeheten brutalistische architectuur. Volgens Kenneth Frampton bleef ’tot in het midden van de jaren vijftig eerlijk materiaalgebruik een wezenskenmerk van de brutalistische architectuur.’
Karakteristiek voor de aula is het grauwe beton der constructie. Dit door architectenbureau Van den Broek en Bakema ontworpen aulacomplex is het visitekaartje van de TU-wijk. Uiteraard is het ontwerp heilig.
Wijzigingen zijn uitgesloten. Maar ook als het ontwerp aanwijsbaar tekort schiet? Dit is het dilemma waarover ik me tijdens de werkconferentie ‘Ethiek van risico-analyses’ het hoofd brak. Mogen de ‘eerlijke’ tl-balken in de senaatszaal door meer verantwoorde verlichting worden vervangen, ook al wordt een ‘wezenskenmerk’ van het ontwerp daardoor aangetast?
Ach, nu het ontwerp veertig jaar oud is, lijkt het tijd een verlichtingsdeskundige aan het werk te zetten en een nieuw plan voor de senaatszaal te laten maken. De verstreken tijd biedt ons een uitweg uit dit dilemma.
Maarten Mentzel, werkzaam bij de Faculteit Techniek, Bestuur en Management
Ik pijnigde mijn hersens met de vraag wat een architectuurethicus over de verlichting van de aula zou zeggen. Want dat de circa honderd tl-balken in de senaatszaal na ongeveer een uur voor hoofdpijn zorgen, was mij proefondervindelijk duidelijk geworden.
Ik ben niet de enige die de van elk daglicht verstoken senaatszaal een ongelukkige vergaderruimte vindt. Het aula-complex, tussen 1959 en 1966 gebouwd, staat bekend als een voorbeeld van de zogeheten brutalistische architectuur. Volgens Kenneth Frampton bleef ’tot in het midden van de jaren vijftig eerlijk materiaalgebruik een wezenskenmerk van de brutalistische architectuur.’
Karakteristiek voor de aula is het grauwe beton der constructie. Dit door architectenbureau Van den Broek en Bakema ontworpen aulacomplex is het visitekaartje van de TU-wijk. Uiteraard is het ontwerp heilig.
Wijzigingen zijn uitgesloten. Maar ook als het ontwerp aanwijsbaar tekort schiet? Dit is het dilemma waarover ik me tijdens de werkconferentie ‘Ethiek van risico-analyses’ het hoofd brak. Mogen de ‘eerlijke’ tl-balken in de senaatszaal door meer verantwoorde verlichting worden vervangen, ook al wordt een ‘wezenskenmerk’ van het ontwerp daardoor aangetast?
Ach, nu het ontwerp veertig jaar oud is, lijkt het tijd een verlichtingsdeskundige aan het werk te zetten en een nieuw plan voor de senaatszaal te laten maken. De verstreken tijd biedt ons een uitweg uit dit dilemma.
Maarten Mentzel, werkzaam bij de Faculteit Techniek, Bestuur en Management
Comments are closed.