Hun middelbare schooltijd sloten ze af zonder eindexamen en bijbehorende feestjes. Ook aan hun studententijd zijn ze anders dan anders begonnen.
Twee maanden lang hadden ze af en toe fysiek les. Nu is alles weer digitaal. Hoe gaat het online studeren eerstejaars Maurits Dekker, Jort van Leenen en Iris van Mil af? Delta (video)belde met ze.
‘Ik had graag in zo’n mooie grote collegezaal gezeten’
Eerstejaars industrieel ontwerpen Maurits Dekker heeft net een digitaal college achter de rug wanneer we hem bellen. Die heeft hij gevolgd vanuit zijn kamer bij zijn ouders in Leiderdorp. Het is precies dezelfde ruimte waar hij leerde voor zijn proefwerken op de middelbare school. “Ik zit in de kamer waar ik al bijna achttien jaar zit. Dat is best jammer, want het voelt niet echt als een overgang, niet echt als iets nieuws.”
Voordat Maurits ging studeren, verheugde hij zich enorm op de sfeer van het studentenleven, vertelt hij. Veel kunnen afspreken met vrienden, samen met anderen studeren, zo nu en dan een terrasje pakken én als echte student college volgen op de campus. “Het klinkt misschien heel stom, maar ik keek er enorm naar uit om met zijn allen in zo’n grote collegezaal te zitten”, zegt hij.
Toch heeft Maurits het zo slecht nog niet, vindt hij. Hij was bang dat vooral het sociale aspect zou wegvallen, maar dat valt tot nu toe mee. Maurits heeft veel nieuwe mensen leren kennen. “Het is een stuk moeilijker om digitaal vrienden te maken, maar gelukkig heb ik veel vrienden gemaakt tijdens de OWee en in de eerste maanden van mijn studie toen we nog fysieke lessen hadden. Die bel ik als ik zin heb om te praten of als ik ergens mee zit.”
Wat hij het moeilijkste vindt aan eerstejaars zijn tijdens de coronacrisis? Dat er niemand is om hem aan het werk te zetten, maar ook niemand is om hem af te remmen. “Ik vind mijn studie geweldig en ben behoorlijk perfectionistisch. Dat is niet altijd een goede combinatie. Soms begin ik vroeg in de ochtend en werk ik door tot middernacht. Als je op de campus in een groepje studeert, zet je er automatisch een keer een punt achter. Dat gaat nu lastiger.”
‘Dit is een soort afgezwakte versie van het studentenleven’
Ook eerstejaars computer science and engineering Jort van Leenen woont nog bij zijn ouders. Met al dat online onderwijs, heeft hij de zoektocht naar een kamer op een laag pitje gezet. “Het bespaart geld om nog bij mijn ouders te wonen en nu ik geen fysieke lessen heb, hoef ik toch niet op de campus te zijn.”
Zijn studie vindt hij “mega-interessant”. Jort: “Dit is mijn hobby en het is geweldig om daar fulltime mee bezig te zijn.” Toch heeft hij afgelopen kwartaal af en toe een online college gemist. Net als Maurits heeft hij alleen de eerste twee maanden fysiek les gehad zit hij nu fulltime achter zijn laptop. “Het valt digitaal een stuk minder op als je een college overslaat en wat langer in je bed blijft liggen.” Inmiddels zit de studeerroutine er weer goed in. Hij volgt alle colleges en slaat geen werkgroep over.
Of hij al veel nieuwe mensen heeft leren kennen? “Via mijn studentenvereniging Sint Jansbrug heb ik een vast groepje studenten waar ik redelijk close mee ben. Voor coronabegrippen close dan. Af en toe een appje sturen of videobellen. Dat is erg fijn.” Op zijn studie kent hij een paar mensen van gezicht. Zijn docenten doen tijdens de pauzes van online lessen hun best om het gesprek gaande te houden. “Het is dus best gezellig tijdens de colleges.”
Wat Jort het meest mist, is het echte studentenleven. “Aan een eigen zelfstandig leven beginnen, de saamhorigheid van een studentenhuis, studeren met studiegenoten op de campus en vaak langs kunnen op je vereniging”, legt hij uit. “Nu zijn die aspecten er wel, maar dan in afgezwakte vorm. Het is alsof je een dure wijn hebt besteld en vervolgens een supermarktwijn krijgt voorgeschoteld.”
‘Ik heb behoefte aan meer duidelijkheid vanuit de opleiding’
Delta videobelt met IO-student Iris van Mil aan het eind van de dag. Ze klinkt een tikkeltje moe. “Mijn laptop is sinds 9.15 uur niet meer dicht geweest”, zegt ze. Iris is de hele dag bezig geweest met groepswerksessies. Hoe ze het vindt om eerstejaars te zijn tijdens de coronacrisis? “Ik weet het niet zo goed”, zegt ze. Ze denkt even na. “Als ik een opdracht heb afgerond en terugkijk naar wat ik heb bereikt, ben ik enorm enthousiast. Maar met een opdracht bezig zijn, vind ik lastiger.”
Alle opdrachten maakt Iris vanuit haar studentenkamer in Delft. Ze spreekt haar groepsgenoten zo nu en dan digitaal, maar mist het om in één ruimte te zitten met studenten of docenten. “Je bent nu voortdurend volledig op je eigen denkproces aangewezen. Je kunt niet even van gedachten wisselen met een student die naast je zit.”
Daarnaast missen zij en haar medestudenten soms duidelijkheid bij opdrachten. “IO is een studie waarbij ze je in het diepe gooien en dat is prima. Alleen door de coronamaatregelen is er extra veel onduidelijk. Zo moeten we voor een vak een aantal opgaven uit een boek maken, maar daar zit ook een opdracht bij waarvoor je een tekening moet doorgeven aan een medestudent. Hoe moet je dat doen als je alleen op je kamer zit? Het was fijn geweest als de opleiding alvast had nagedacht over hoe je als student dit soort dingen handig aanpakt tijdens een pandemie.” Toch zou ze voor geen goud een andere studie willen doen. “Ik kan veel creativiteit bij IO kwijt en ik zie mezelf eigenlijk niets anders doen dan dit.”
Een maand geleden heeft Iris haar kamer in haar ouderlijk huis ingewisseld voor een studentenkamer in Delft. Ze heeft zes andere huisgenoten en ziet daardoor dagelijks andere mensen. Dat helpt enorm, merkt ze. “Door mijn huisgenoten merk ik veel minder van alle social distancing-maatregelen, ik zit minder in een sociaal isolement dan toen in nog thuis woonde. Dat is heel fijn.”
- Lees ook ons dossier over de coronageneratie.
Heb jij hulp nodig?
- Je kunt de studentpsychologen van de TU Delft bereiken via psychologen@tudelft.nl. De wachttijd is momenteel acht tot tien weken, maar er is ook een dagelijks inloopspreekuur.
- Online hebben de studentpsychologen tips en tools gepubliceerd over studeren tijdens de coronacrisis, waaronder een pagina over hoe je psychische problemen herkent.
- Motiv biedt zelfhulpgroepen, individuele gesprekken en een student support-lijn.
- Je kunt contact opnemen met Slachtofferhulp op 0900-0101.
- Denk je aan zelfmoord en wil je nu contact? Bel of chat anoniem met 113
- Maak je je zorgen om iemand in je omgeving? Neem dan contact op met ‘Meldpunt Bezorgd’, via 0900 040 040 5 of de website. Deze zorg is bestemd voor mensen die in Delft wonen. Maak je je zorgen om iemand van buiten Delft? Neem dan contact op met 112 of 113.
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
a.m.debruijn@tudelft.nl
Comments are closed.