Campus
Nieuw studententeam

Eindelijk heeft ook Delft een robotvoetbalteam

Als enige technische universiteit had de TU Delft nog geen voetbalteam in de RoboCup. Tot nu. Tim Verburg, teammanager van de onlangs opgerichte Delft Mercurians vertelt.

Waarom nu pas een RoboCup-team?

“Het is gewoon nooit eerder opgestart. Er was wel ooit een team van promovendi en professoren, maar dat heeft maar een jaar bestaan. Het balletje ging vorig jaar rollen door Martin Klomp, coördinator bij de minor en master robotica. Hij had als student meegewerkt in een Gronings simulatieteam, en was vastberaden een team op te zetten in Delft.

Via de Robotics Student Association zijn inmiddels twaalf studenten aangesloten, ons doel is zestien leden. De studies robotica, computer science en aerospace engineering zijn goed vertegenwoordigd.’’

 

Iedereen is welkom

Die verschillende studierichtingen komen goed van pas. De robots moeten worden ontworpen, gebouwd en geprogrammeerd. Dat vergt een multidisciplinaire aanpak. Maar het team zoekt niet alleen expertise, benadrukt Tim. Het is júist ook een plek om dingen te leren waar je nog niet in thuis bent. Iedereen die zich wil ontwikkelen, mag zich aansluiten bij de Delft Mercurians.

Zes robots moeten er komen, zoals vereist in de Small Size League B-divisie waar de Delft Mercurians straks aan zullen deelnemen. Die mogen elk maximaal 15 centimeter hoog zijn en 18 centimeter in doorsnede. Het voetbalveld meet 6 bij 9 meter. De robots spelen met een feloranje golfballetje – goed zichtbaar voor de camera boven het speelveld die alles registreert. Die beelden worden live doorgestuurd naar de software die de robots aanstuurt.

‘Het is superleuk om met niks te beginnen’

De voetbalrobots van het RoboTeam Twente staan klaar voor de start op het WK in Bangkok in 2022. (Foto: RoboTeam Twente)

Voor de teamleden zit de taak er na het startsignaal grotendeels op. Zij moeten zorgen dat de robots van tevoren optimaal gebouwd en geprogrammeerd zijn. Menselijk ingrijpen is uit den boze, alleen de scheidsrechter mag strafkaarten- en schoppen uitdelen. Wel kan het team een time-out aanvragen, waarin ze kortstondig kunnen sleutelen aan een slecht functionerende voetballer of een stukje code.

 

Robots bouwen kost tijd en geld. Waar halen jullie dat vandaan?

“Het kost ons tot nu toe niet heel veel tijd. We doen dit allemaal parttime: ik ben er als teammanager nu een paar uur per week aan kwijt. Veel andere teams, zoals die in Twente, nemen een tussenjaar en doen dit fulltime. Wellicht gebeurt dat hier in de toekomst ook. In maart hebben we een leuk bedrag gesponsord gekregen van het Robotics Institute, dat was echt onze kickstart. We zijn ook andere partners aan het benaderen. Zowel voor financiering als voor kennis, zodat we met ze kunnen sparren over ideeën en uitdagingen.”

 

De concurrenten zijn al jaren bezig met het perfectioneren van hun robots. Hoe gaan jullie hen bijbenen?

“We hebben veel contact met het team in Twente, dat al jaren meedoet aan de top. Zij bestaan al heel lang en bouwen door op hun oude robots. Ze kunnen ze steeds een beetje beter maken, maar zijn daardoor wel gelimiteerd in hun vrijheid. Ze kunnen niet makkelijk zeggen: we gaan nu iets heel anders doen. Daar liggen voor ons, als nieuw team, dus kansen. We hebben letterlijk een pagina ‘Unhinged Ideas’. Daar schrijven we compleet gekke ideeën op. Kunnen we springende robots bouwen? Of robots die zich vastzuigen aan de grond? Anders dan onze concurrenten, bouwen wij op vanaf nul. Ik zou niet met ze willen ruilen, het is juist superleuk om met niks te beginnen.’’

 

Hoe ver zijn jullie al gevorderd?

“Hopelijk rijden onze eerste testplatforms over twee maanden rond. Het gaat dus best snel. Dat hoeft nog niet het uiteindelijke ontwerp te zijn, het gaat erom dat het softwareteam dan alvast wat heeft om te testen. De robots ontwikkelen we daarna verder. We zijn tegelijkertijd bezig met bouwen en programmeren, alles gaat parallel. In 2024 willen we in Eindhoven meedingen naar het wereldkampioenschap. Van tevoren hopen we ons alvast te beproeven in een aantal open wedstrijden. In juli gaan we in ieder geval al naar het wereldkampioenschap van dit jaar in Bordeaux om daar te zien wat de concurrentie doet. Het mooie aan de RoboCup is trouwens dat alle teams hun werk publiceren; ook zonder naar een wedstrijd te gaan, kun je zien waar andere teams mee bezig zijn.’’

 

Het is het doel van de RoboCup om uiteindelijk een robotteam voort te brengen dat in 2050 de winnaar van het WK Voetbal verslaat, schrijven ze op de site. Gaat het alleen maar om winnen?

“Nee hoor, de RoboCup-organisatie zet sterk in op educatie. Dat is ook onze insteek. Wij willen studenten de kans bieden om zich naast hun studie te ontwikkelen in de robotica. We zouden graag langsgaan op open dagen in Delft of zelfs basisscholen om te laten zien: kijk wat een vette dingen wij doen, je kunt deze robot besturen!’’

Wetenschapsredacteur Kim Bakker

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

k.bakker@tudelft.nl

Comments are closed.