Dit jaar kozen ruim vijftig studenten voor de master environmental engineering van CiTG. Hoogleraar Merle de Kreuk vertelt over het hoe en waarom van deze nieuwe opleiding.
“Deze zomer is een fantastisch voorbeeld waarom deze opleiding zo hard nodig is”, zegt prof.dr.ir. Merle de Kreuk. Delta spreekt haar in het gebouw van civiele techniek op een van de laatste zomerse dagen. Het gras van het Mekelpark ligt er dor en droog bij. De Kreuk ontwikkelde samen met collega’s in de afgelopen twee jaar de nieuwe masteropleiding environmental engineering binnen de faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen (CiTG).
“Deze zomer zagen we droogte, slechte luchtkwaliteit door bosbranden, smog in de stad, hitte-eilanden, en de noodzaak voor hergebruik van water. Dat zijn allemaal thema’s die binnen environmental engineering terugkomen. Het zou eigenlijk gek zijn als de TU Delft geen programma biedt dat ingenieurs van de toekomst opleidt en al die onderwerpen behandelt.”
Wat gaat ‘environmental engineering’ over?
“Overal waar mensen wonen en werken beïnvloeden ze het milieu. Binnen onze opleiding leren ingenieurs technieken te bedenken en te ontwikkelen om die invloed te minimaliseren. Dan kun je denken aan watertechnologie, afvalscheiding, en afvalhergebruik. We moeten steden leefbaar houden ondanks dat we met z’n allen op een kluitje wonen, van alles in lucht en water lozen en hopen afval produceren. Deze opleiding richt zich voornamelijk op de stedelijke omgeving. Dat is een groot verschil met andere milieustudies in Nederland zoals environmental sciences- of future planet-studies. Wij zitten echt op de engineering, dus op de technologieontwikkeling.”
Environmental engineering lijkt deel uit te maken van de vergroening van de faculteit CiTG. Klopt dat?
“Ik denk dat duurzaamheid en het besef dat we zuiniger moeten zijn met onze materialen en met de planeet bij iedereen op de TU Delft inmiddels wel is doorgedrongen, en dus ook op onze faculteit. In elke opleiding wordt duurzaamheid verder geïntegreerd en het is ook ieders taak om dat te doen. Onze studenten vragen er ook om. Studenten zijn zich superbewust van de noodzaak tot verduurzaming. Dan moeten we daar ook vanuit de opleidingen aandacht voor hebben. Natuurlijk hebben we grondstoffen nodig voor de energietransitie en om te kunnen blijven leven zoals we leven. Maar zorg dan dat je die grondstoffen zoveel mogelijk hergebruikt. En áls je echt iets uit de grond moet halen, doe het dan zo duurzaam mogelijk zonder al die vervuiling.”
Bestaat de opleiding uit een nieuwe combinatie van oude vakken?
“Nee, het is allemaal nieuwe stof. Natuurlijk worden er dingen hergebruikt. Maar het hele onderwijssysteem is veranderd. We zijn van losse vakken naar grotere modules gegaan en passen veel meer projectonderwijs en zelfwerkzaamheid toe. We stappen af van het traditionele hoorcollege. Daardoor moet er veel ontwikkeld worden. Daar is iedereen nu heel druk mee. Dit jaar zullen we erachter komen wat werkt en wat niet. Daarvoor zullen we feedback vragen aan onze eerste lichting studenten. Dat hebben we destijds ook met de track environmental engineering gedaan en dat werkte heel goed.”
Waar komen afgestudeerde milieu-ingenieurs terecht?
“In een breed scala van recyclingbedrijven, waterschappen, drinkwaterbedrijven, lokale en nationale overheden, en wat luchtkwaliteit betreft bij het KNMI en het RIVM. Een commissie heeft meegekeken bij het ontwerp van deze studie en daar zitten al die partijen ook in: Deltares, TNO, RIVM, een drinkwaterbedrijf, een waterschap, twee ingenieursbureaus en recyclingbedrijven. Allemaal zeiden ze: ‘Dit is de baan van de toekomst en wij hebben de komende jaren één tot tien mensen met dat profiel nodig’.”
Merle de Kreuk: ‘We blijven ontwikkelen en dit jaar zullen we erachter komen wat werkt en wat niet.’ (Foto: Jos Wassink)
- Environmental engineering is een van de masteropleidingen van de faculteit CiTG naast civiele techniek, toegepaste aardwetenschappen, drie interfacultaire masters en een joint masterprogramma. Daarvoor was het een van de zeven (master)tracks binnen de masteropleiding civiele techniek. De master environmental engineering zelf kent drie tracks: lucht, water en afval & grondstoffen.
- Prof.dr.ir. Merle de Kreuk leidde de opzet van de nieuwe master environmental engineering en zou logischerwijs de eerste opleidingsdirecteur worden. Maar omdat De Kreuk per 1 september 2022 benoemd werd als voorzitter van de afdeling watermanagement neemt dr.ir. Maurits Ertsen haar taak over als nieuwe opleidingsdirecteur. Overkoepelend onderwijsdirecteur binnen de faculteit CiTG is Hans Welleman.
- Bekijk voor een overzicht de webpagina van de masteropleiding Environmental Engineering
- Toelatingseisen – Studenten met een bachelordiploma met voldoende wiskunde, scheikunde en natuurkunde kunnen direct instromen. Anderen kunnen via een schakeljaar op niveau komen. Meer uitleg op de betreffende webpagina van de opleiding.
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
j.w.wassink@tudelft.nl
Comments are closed.