Wetenschap

‘Eens zullen we dit land prijs moeten geven’

In 2050 zou de zeespiegel bijna een halve meter hoger kunnen staan dan nu. ,,Dat is allerminst zeker.” Hevige sneeuwval en 975 kilometer file haalden maandag een streep door het ochtendprogramma van de lustrumworkshop ‘Provincie Noordzee’, georganiseerd door studieverenigingen Stylos en Practische Studie.

Zeven sprekers hielden hun lezing op volgorde van binnenkomst.

Prof.dr. A.M.J. Kreukels, hoogleraar planologie in Utrecht, werd zo de eerste spreker en zette vraagtekens bij de basis van de workshop: de aanname dat de zeespiegel in 2050 stukken hoger staat. ,,Dat is mogelijk maar allerminst zeker, dus moeten varianten worden bedacht voor als de werkelijkheid anders blijkt”, vond hij.

Prof.dr.ir. J.K. Vrijling, TU-hoogleraar waterbouwkunde, twijfelde ook aan zeespiegelstijging door klimaatverandering: ,,Een dikker sneeuwpakket op aarde is ook een mogelijk gevolg. Dan daalt de zeespiegel juist. U ziet hoe hard het sneeuwt buiten, waarmee de laatste stelling wel zo ongeveer bewezen is”, aldus Vrijling. Alle dijken ophogen, ‘de oplossing van bureaucratisch Nederland’, vergeleek hij met alternatieven. Zoals op de derde verdieping of hoger gaan wonen met vervoer per speedboot.

Theresia Bos en Maaike Sillmann, studentes landschapsinrichting in Velp, verschenen afgelopen jaar op tv als genomineerden voor de prijsvraag ‘Het aanzien van Nederland in 2030’. Hun inzending voor de 50000 gulden kwam voort uit een workshop en zij hadden dus de aandacht van de vijftig workshopdeelnemers. Ruwweg komt hun plan neer op het onder water zetten van het Groene Hart. Bos: ,,Toch niet veel aan: al die weilanden.” De diaprojector had duidelijk moeite met deze opvatting en sloeg op hol.
Watersport

Roel Hillen, werkzaam bij Rijkswaterstaat, dat Nederland juist boven water probeert te houden, stond niet afwijzend tegen het laten onderlopen van polders. ,,Dijken ophogen en bemalen betekent alsmaar dieper ingraven waardoor het land steeds kwetsbaarder wordt.” Maar de badkuip verlaten, betekent kapitaalvernietiging en zou elke Nederlander tot asielzoeker maken. ,,En die zijn niet overal even welkom”, wist Hillen.

Aanpassen leek dus maar het beste. ,,Onbegrijpelijk”, vond hij ,,dat de nieuwe Vinex-wijken uitgerekend op de diepste plekken van de polders worden gebouwd. De gemeente Nieuwerkerk kreeg zelfs een prijs voor het laagste punt in Nederland. Degene die zich het hardst naar beneden pompt wint in dit land een prijs.”

Prof.dr.ir. Taeke M. de Jong, TU-hoogleraar milieuplanning en ecologie, schetste een interessant beeld van de ontwikkeling van Nederland sinds de IJstijd. ,,Nederland moet zich profileren als waterland”, vond de Jong. ,,Wat de wintersport voor Zwitserland is, moet de watersport voor Nederland worden.”

Ir. A. Wilmink, ingenieursbureau Haskoning, kwam vlak voor de lunch binnen. Na een autorit Rosmalen-Delft van ruim drieëneenhalf uur had Wilmink honger en legde dus in hoog tempo sheets met ingenieurs-oplossingen op de projector. Kwelders, slufters, retentiebekkens, zandsuppletie, meanderende rivieren en dus niets nieuws onder de zon.

Roel Hillen herinnerde de aanwezigen nog even aan een uitspraak van Johan van Veen, grondlegger van het Delta-plan: ,,Eens zullen we dit land met een zucht van verlichting aan de golven prijs geven.”

Hevige sneeuwval en 975 kilometer file haalden maandag een streep door het ochtendprogramma van de lustrumworkshop ‘Provincie Noordzee’, georganiseerd door studieverenigingen Stylos en Practische Studie. Zeven sprekers hielden hun lezing op volgorde van binnenkomst.

Prof.dr. A.M.J. Kreukels, hoogleraar planologie in Utrecht, werd zo de eerste spreker en zette vraagtekens bij de basis van de workshop: de aanname dat de zeespiegel in 2050 stukken hoger staat. ,,Dat is mogelijk maar allerminst zeker, dus moeten varianten worden bedacht voor als de werkelijkheid anders blijkt”, vond hij.

Prof.dr.ir. J.K. Vrijling, TU-hoogleraar waterbouwkunde, twijfelde ook aan zeespiegelstijging door klimaatverandering: ,,Een dikker sneeuwpakket op aarde is ook een mogelijk gevolg. Dan daalt de zeespiegel juist. U ziet hoe hard het sneeuwt buiten, waarmee de laatste stelling wel zo ongeveer bewezen is”, aldus Vrijling. Alle dijken ophogen, ‘de oplossing van bureaucratisch Nederland’, vergeleek hij met alternatieven. Zoals op de derde verdieping of hoger gaan wonen met vervoer per speedboot.

Theresia Bos en Maaike Sillmann, studentes landschapsinrichting in Velp, verschenen afgelopen jaar op tv als genomineerden voor de prijsvraag ‘Het aanzien van Nederland in 2030’. Hun inzending voor de 50000 gulden kwam voort uit een workshop en zij hadden dus de aandacht van de vijftig workshopdeelnemers. Ruwweg komt hun plan neer op het onder water zetten van het Groene Hart. Bos: ,,Toch niet veel aan: al die weilanden.” De diaprojector had duidelijk moeite met deze opvatting en sloeg op hol.
Watersport

Roel Hillen, werkzaam bij Rijkswaterstaat, dat Nederland juist boven water probeert te houden, stond niet afwijzend tegen het laten onderlopen van polders. ,,Dijken ophogen en bemalen betekent alsmaar dieper ingraven waardoor het land steeds kwetsbaarder wordt.” Maar de badkuip verlaten, betekent kapitaalvernietiging en zou elke Nederlander tot asielzoeker maken. ,,En die zijn niet overal even welkom”, wist Hillen.

Aanpassen leek dus maar het beste. ,,Onbegrijpelijk”, vond hij ,,dat de nieuwe Vinex-wijken uitgerekend op de diepste plekken van de polders worden gebouwd. De gemeente Nieuwerkerk kreeg zelfs een prijs voor het laagste punt in Nederland. Degene die zich het hardst naar beneden pompt wint in dit land een prijs.”

Prof.dr.ir. Taeke M. de Jong, TU-hoogleraar milieuplanning en ecologie, schetste een interessant beeld van de ontwikkeling van Nederland sinds de IJstijd. ,,Nederland moet zich profileren als waterland”, vond de Jong. ,,Wat de wintersport voor Zwitserland is, moet de watersport voor Nederland worden.”

Ir. A. Wilmink, ingenieursbureau Haskoning, kwam vlak voor de lunch binnen. Na een autorit Rosmalen-Delft van ruim drieëneenhalf uur had Wilmink honger en legde dus in hoog tempo sheets met ingenieurs-oplossingen op de projector. Kwelders, slufters, retentiebekkens, zandsuppletie, meanderende rivieren en dus niets nieuws onder de zon.

Roel Hillen herinnerde de aanwezigen nog even aan een uitspraak van Johan van Veen, grondlegger van het Delta-plan: ,,Eens zullen we dit land met een zucht van verlichting aan de golven prijs geven.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.