Na zijn geslaagde theaterbewerking van Gerard Reve’s De Avonden, liet regisseur Léon van der Sanden zijn oog vallen op de roman Berlin Alexanderplatz van de Duitser Alfred Döblin.
Zevendejaars IO-studente Ella Nitters en zevendejaars L&R-student Paul van Gelder bezochten het stuk in de Rotterdamse Schouwburg.
Van Gelder: ,,Het verhaal gaat over Franz Biberkopf, een man die na een gevangenisstraf te hebben uitgezeten voor de moord op zijn vrouw, zijn leven probeert te beteren. Het speelt zich af in het Berlijn van de jaren twintig. Hierbij wordt de stad Berlijn vergeleken met het bijbelse Babylon dat zich aan de rand van de afgrond begeeft.”
Nitters: ,,Dit staat waarschijnlijk symbool voor Biberkopf zelf, omdat hij ook veel moeite heeft verleidingen te weerstaan als vrouwen en drank, waardoor hij aan lager wal raakt. Eigenlijk verkeert hij in een constante worsteling met het dagelijks leven. Uiteindelijk delft hij het onderspit.”
Van Gelder: ,,Eigenlijk is het een zielig figuur dat probeert een held te zijn.”
Nitters: ,,Er speelden ongeveer acht acteurs mee, van wie een groot aantal dubbelrollen vertolkten. Als een acteur niet meespeelde in een bepaalde scène, zat hij op de grond. Dit stoorde niet en zorgde voor vlotte overgangen. Wel had het verhaal te weinig om het lijf om het drie uur durende toneelstuk interessant te houden.”
Van Gelder: ,,Hoewel ik het boek niet heb gelezen, heb ik het idee dat het niet zo geschikt is voor een toneelbewerking. Ook het acteerwerk vond ik niet zo geweldig. Acteurs moeten natuurlijk enigszins overdrijven, maar deze acteurs deden dat in dergelijke mate dat het begon te lijken op Goede Tijden, Slechte Tijden-acteerwerk. Maar veel recensies in de krant waren erg positief, dus misschien heb ik er wel te weinig verstand van.”
Na zijn geslaagde theaterbewerking van Gerard Reve’s De Avonden, liet regisseur Léon van der Sanden zijn oog vallen op de roman Berlin Alexanderplatz van de Duitser Alfred Döblin. Zevendejaars IO-studente Ella Nitters en zevendejaars L&R-student Paul van Gelder bezochten het stuk in de Rotterdamse Schouwburg.
Van Gelder: ,,Het verhaal gaat over Franz Biberkopf, een man die na een gevangenisstraf te hebben uitgezeten voor de moord op zijn vrouw, zijn leven probeert te beteren. Het speelt zich af in het Berlijn van de jaren twintig. Hierbij wordt de stad Berlijn vergeleken met het bijbelse Babylon dat zich aan de rand van de afgrond begeeft.”
Nitters: ,,Dit staat waarschijnlijk symbool voor Biberkopf zelf, omdat hij ook veel moeite heeft verleidingen te weerstaan als vrouwen en drank, waardoor hij aan lager wal raakt. Eigenlijk verkeert hij in een constante worsteling met het dagelijks leven. Uiteindelijk delft hij het onderspit.”
Van Gelder: ,,Eigenlijk is het een zielig figuur dat probeert een held te zijn.”
Nitters: ,,Er speelden ongeveer acht acteurs mee, van wie een groot aantal dubbelrollen vertolkten. Als een acteur niet meespeelde in een bepaalde scène, zat hij op de grond. Dit stoorde niet en zorgde voor vlotte overgangen. Wel had het verhaal te weinig om het lijf om het drie uur durende toneelstuk interessant te houden.”
Van Gelder: ,,Hoewel ik het boek niet heb gelezen, heb ik het idee dat het niet zo geschikt is voor een toneelbewerking. Ook het acteerwerk vond ik niet zo geweldig. Acteurs moeten natuurlijk enigszins overdrijven, maar deze acteurs deden dat in dergelijke mate dat het begon te lijken op Goede Tijden, Slechte Tijden-acteerwerk. Maar veel recensies in de krant waren erg positief, dus misschien heb ik er wel te weinig verstand van.”
Comments are closed.