Het Universitair Dienstencentrum (UDC) heeft in afgeslankte vorm toch toekomst. De eerder beoogde fusie tussen het Dienstencentrum en de Facilitaire Dienst (FD) ligt niet voor de hand, zo bleek uit een gezamenlijk onderzoek van de twee directeuren dr.
M. van den Esker en ir. J. Zuidervaart. Er zijn overeenkomsten in de aard van het werk, maar de FD levert huishoudelijke en logistieke diensten terwijl de activiteiten van het UDC op personeelstechnisch en administratief gebied liggen. Bovendien laten de diensten van het UDC zich ook minder gemakkelijk doorberekenen aan de klant dan die van de FD.
Het UDC stond ter discussie, omdat de directeur vond dat de verschillende onderdelen, zoals de Arbo- en Milieudienst, de ondersteuning van ondernemings- en studentenraad en de Personeels- en Salarisadministratie te weinig samenhang hebben. De dagelijkse leiding van een aantal medewerkers bevindt zich ook buiten het UDC, bij het college of zijn staf, en de klantenkring was niet altijd duidelijk aanwijsbaar.
Nu wordt het UDC onderverdeeld in een Personeels Service Centrum en een restcategorie van activiteiten die elders (nog) niet passen. De concernadministratie gaat over naar de stafeenheid Financiën van het college. Daardoor komt het accent in het UDC meer op personele zaken te liggen.
Een aantal diensten, zoals de advisering over rechtspositie en personeelsmanagement, worden doorberekend. De uit het centrale budget bekostigde personeelsformatie daalt daardoor van 69 naar zo’n 45 arbeidsplaatsen.
Personeel en leiding zijn verheugd over de doorstart. Van den Esker: ,,Ik heb naar de medewerkers geluisterd. Op een gegeven moment ontstond er een momentum dat we samen verder moesten gaan. Daar wil ik best mijn bijdrage aan leveren.”
De eerder beoogde fusie tussen het Dienstencentrum en de Facilitaire Dienst (FD) ligt niet voor de hand, zo bleek uit een gezamenlijk onderzoek van de twee directeuren dr. M. van den Esker en ir. J. Zuidervaart. Er zijn overeenkomsten in de aard van het werk, maar de FD levert huishoudelijke en logistieke diensten terwijl de activiteiten van het UDC op personeelstechnisch en administratief gebied liggen. Bovendien laten de diensten van het UDC zich ook minder gemakkelijk doorberekenen aan de klant dan die van de FD.
Het UDC stond ter discussie, omdat de directeur vond dat de verschillende onderdelen, zoals de Arbo- en Milieudienst, de ondersteuning van ondernemings- en studentenraad en de Personeels- en Salarisadministratie te weinig samenhang hebben. De dagelijkse leiding van een aantal medewerkers bevindt zich ook buiten het UDC, bij het college of zijn staf, en de klantenkring was niet altijd duidelijk aanwijsbaar.
Nu wordt het UDC onderverdeeld in een Personeels Service Centrum en een restcategorie van activiteiten die elders (nog) niet passen. De concernadministratie gaat over naar de stafeenheid Financiën van het college. Daardoor komt het accent in het UDC meer op personele zaken te liggen.
Een aantal diensten, zoals de advisering over rechtspositie en personeelsmanagement, worden doorberekend. De uit het centrale budget bekostigde personeelsformatie daalt daardoor van 69 naar zo’n 45 arbeidsplaatsen.
Personeel en leiding zijn verheugd over de doorstart. Van den Esker: ,,Ik heb naar de medewerkers geluisterd. Op een gegeven moment ontstond er een momentum dat we samen verder moesten gaan. Daar wil ik best mijn bijdrage aan leveren.”
Comments are closed.