Een ‘onervaren’ team met Delftse wetenschappers evenaart een gespecialiseerd team Finse consultants. In competitie bedachten beide energiebesparende technieken en systemen voor de Nederlandse papier- en kartonindustrie.
De Nederlandse papier- en kartonindustrie wil het totale energieverbruik van de papierketen in 2020 halveren. De brancheorganisatie daagde zowel een team wetenschappers als een team van gerenommeerde Finse consultants uit om te onderzoeken hoe dat doel bereikt kan worden.
Het team met vijf Delftse wetenschappers, onder leiding van prof.dr.ir. Margot Weijnen, hoofd van de sectie energie en industrie (TBM), breidde de opdracht zelfs verder uit. Volgens hen wordt de industrie namelijk niet alleen bedreigd door de stijgende energiekosten, maar ook door de opkomst van het nabije en verre oosten.
De Delftenaren maakten daarom, met hulp van een aantal nationale en internationale experts, wetenschappers en ontwerpers, plannen die het voortbestaan van de complete Nederlandse papierindustrie ook na 2020 moeten garanderen. Als het aan hen ligt is over een aantal jaren niet Finland, maar Nederland koploper in de papierindustrie.
Ze bedachten dertien innovatieve concepten om de gewenste energiebesparing te bereiken. Ze keken niet alleen naar technische oplossingen, maar ook naar de kansen van de papierindustrie om nieuwe markten aan te boren en duurzame businessconcepten te ontwikkelen.
De jury vond de uitgedachte concepten van beide teams zo waardevol en bovendien goed te combineren, dat ze besloot beide teams te laten winnen op een aantal specifieke criteria. Het wetenschapsteam won vanwege de ‘doordachte systeembenadering, de innovatieve aard van de concepten en de focus op zowel technologie als mensen om de energiebesparing te realiseren’.
“Formeel zijn we gelijk geëindigd, maar gevoelsmatig hebben wij gewonnen”, zegt teamlid dr.ir. Gerard Dijkema. “Wij hebben een aantal zeer vernieuwende en uitdagende concepten bedacht, waarmee de papier- en karton industrie zichzelf opnieuw kan uitvinden.”
Zo stellen zij voor om van Nederland het internationale middelpunt van de papierindustrie te maken, vergelijkbaar met de bloemenindustrie. Dat zal volgens ir. Marcel Ludema (TBM) naast de functie van transportknooppunt ook veel mogelijkheden op het gebied van kennis creëren. Op technisch vlak adviseerde het team onder meer om een hoge kwaliteit vezelgewas te ontwikkelen via veredeling of door gebruik van moderne gentechnologie.
Maar de belangrijkste vooruitgang voor de papierindustrie is het idee om een productiemethode te ontwikkelen die geen gebruik meer maakt van water. Volgens dr.ir. Rob Stikkelman zou daarvoor in de plaats goed gebruik gemaakt kunnen worden van het milieuvriendelijke superkritische koolstofdioxide. Een eerste inschatting is dat dit de papierindustrie uiteindelijk een energiebesparing van ruim 35 procent kan opleveren.
Het project, ‘Transitie in Competitie’, werd uitgevoerd in het kader van het energietransitieprogramma van het ministerie van economische zaken. In de jury zaten ceo’s van internationale papierfabrikanten, vertegenwoordigers van de Nederlandse en Europese brancheorganisatie, VNO-NCW, het internationale papieronderzoek en het ministerie van economische zaken. (IdB)
De Nederlandse papier- en kartonindustrie wil het totale energieverbruik van de papierketen in 2020 halveren. De brancheorganisatie daagde zowel een team wetenschappers als een team van gerenommeerde Finse consultants uit om te onderzoeken hoe dat doel bereikt kan worden.
Het team met vijf Delftse wetenschappers, onder leiding van prof.dr.ir. Margot Weijnen, hoofd van de sectie energie en industrie (TBM), breidde de opdracht zelfs verder uit. Volgens hen wordt de industrie namelijk niet alleen bedreigd door de stijgende energiekosten, maar ook door de opkomst van het nabije en verre oosten.
De Delftenaren maakten daarom, met hulp van een aantal nationale en internationale experts, wetenschappers en ontwerpers, plannen die het voortbestaan van de complete Nederlandse papierindustrie ook na 2020 moeten garanderen. Als het aan hen ligt is over een aantal jaren niet Finland, maar Nederland koploper in de papierindustrie.
Ze bedachten dertien innovatieve concepten om de gewenste energiebesparing te bereiken. Ze keken niet alleen naar technische oplossingen, maar ook naar de kansen van de papierindustrie om nieuwe markten aan te boren en duurzame businessconcepten te ontwikkelen.
De jury vond de uitgedachte concepten van beide teams zo waardevol en bovendien goed te combineren, dat ze besloot beide teams te laten winnen op een aantal specifieke criteria. Het wetenschapsteam won vanwege de ‘doordachte systeembenadering, de innovatieve aard van de concepten en de focus op zowel technologie als mensen om de energiebesparing te realiseren’.
“Formeel zijn we gelijk geëindigd, maar gevoelsmatig hebben wij gewonnen”, zegt teamlid dr.ir. Gerard Dijkema. “Wij hebben een aantal zeer vernieuwende en uitdagende concepten bedacht, waarmee de papier- en karton industrie zichzelf opnieuw kan uitvinden.”
Zo stellen zij voor om van Nederland het internationale middelpunt van de papierindustrie te maken, vergelijkbaar met de bloemenindustrie. Dat zal volgens ir. Marcel Ludema (TBM) naast de functie van transportknooppunt ook veel mogelijkheden op het gebied van kennis creëren. Op technisch vlak adviseerde het team onder meer om een hoge kwaliteit vezelgewas te ontwikkelen via veredeling of door gebruik van moderne gentechnologie.
Maar de belangrijkste vooruitgang voor de papierindustrie is het idee om een productiemethode te ontwikkelen die geen gebruik meer maakt van water. Volgens dr.ir. Rob Stikkelman zou daarvoor in de plaats goed gebruik gemaakt kunnen worden van het milieuvriendelijke superkritische koolstofdioxide. Een eerste inschatting is dat dit de papierindustrie uiteindelijk een energiebesparing van ruim 35 procent kan opleveren.
Het project, ‘Transitie in Competitie’, werd uitgevoerd in het kader van het energietransitieprogramma van het ministerie van economische zaken. In de jury zaten ceo’s van internationale papierfabrikanten, vertegenwoordigers van de Nederlandse en Europese brancheorganisatie, VNO-NCW, het internationale papieronderzoek en het ministerie van economische zaken. (IdB)
Comments are closed.