De voorloper

,,Vijf jaar geleden begon ik samen te werken met een TH-docent. Toen hij ziek werd, ben ik daar ingesprongen. Op een gegeven moment hebben we dat geformaliseerd, zodat ik beter bereikbaar werd voor TH-studenten.”

Wat treft hem het meest als hij tussen Rijswijk en Delft pendelt? ,,De TH-student komt jonger over. Tweedejaars zijn nog echt pubers, en soms moet je dus de schoolmeester uithangen. Het tempo ligt ook wat lager dan op de TU. Van de andere kant zijn de studenten hier veel directer en dat is prettig. Ze blijven vier jaar bij elkaar en ontwikkelen een hechte onderlinge band.” De sfeer op de TH is sowieso warmer. ,,Bij ITS zit iedereen op zijn eilandje, hier werkt men meer samen.”

Op de TU maakt Woudstra bij zijn collega’s reclame voor samenwerking met Rijswijk. Soms stuit hij op dédain voor de hogeschool. ,,Dat is niet terecht. Het onderwijs in Rijswijk is misschien wel beter dan aan de TU, waar je merkt dat docenten er niet zo veel tijd voor hebben. Ook de faciliteiten zijn soms beter. Er staat hier bijvoorbeeld een prachtig lab met moderne apparatuur voor practica over elektrische aandrijving % daar kan de TU niet tegen op. Dit soort kostbare voorzieningen kun je trouwens ook samen gebruiken.”

Woudstra heeft nog meer suggesties. ,,Ik geef nu service-onderwijs aan studenten werktuigbouwkunde en maritieme techniek. Voor hen moet je een stapje terug doen. Zo’n college zou dus ook best door TH-docenten verzorgd kunnen worden. En vierdejaars TH-studenten zouden best aan de TU colleges op hun vakgebied kunnen volgen.” Een hbo-dependance op de TU-campus zou Woudstra zeer toejuichen. ,,Het is eigenlijk zonde dat de verhuizing van de TH naar Delft, waar ooit sprake van was, niet doorgegaan is.”

Jan Woudstra kent de verschillen tussen hogeschool en universiteit als geen ander. De docent elektriciteitsvoorziening van de faculteit ITS is voor drie dagen per week gedetacheerd op de TH Rijswijk. ,,Vijf jaar geleden begon ik samen te werken met een TH-docent. Toen hij ziek werd, ben ik daar ingesprongen. Op een gegeven moment hebben we dat geformaliseerd, zodat ik beter bereikbaar werd voor TH-studenten.”

Wat treft hem het meest als hij tussen Rijswijk en Delft pendelt? ,,De TH-student komt jonger over. Tweedejaars zijn nog echt pubers, en soms moet je dus de schoolmeester uithangen. Het tempo ligt ook wat lager dan op de TU. Van de andere kant zijn de studenten hier veel directer en dat is prettig. Ze blijven vier jaar bij elkaar en ontwikkelen een hechte onderlinge band.” De sfeer op de TH is sowieso warmer. ,,Bij ITS zit iedereen op zijn eilandje, hier werkt men meer samen.”

Op de TU maakt Woudstra bij zijn collega’s reclame voor samenwerking met Rijswijk. Soms stuit hij op dédain voor de hogeschool. ,,Dat is niet terecht. Het onderwijs in Rijswijk is misschien wel beter dan aan de TU, waar je merkt dat docenten er niet zo veel tijd voor hebben. Ook de faciliteiten zijn soms beter. Er staat hier bijvoorbeeld een prachtig lab met moderne apparatuur voor practica over elektrische aandrijving % daar kan de TU niet tegen op. Dit soort kostbare voorzieningen kun je trouwens ook samen gebruiken.”

Woudstra heeft nog meer suggesties. ,,Ik geef nu service-onderwijs aan studenten werktuigbouwkunde en maritieme techniek. Voor hen moet je een stapje terug doen. Zo’n college zou dus ook best door TH-docenten verzorgd kunnen worden. En vierdejaars TH-studenten zouden best aan de TU colleges op hun vakgebied kunnen volgen.” Een hbo-dependance op de TU-campus zou Woudstra zeer toejuichen. ,,Het is eigenlijk zonde dat de verhuizing van de TH naar Delft, waar ooit sprake van was, niet doorgegaan is.”