Onderwijs

CO2-meter versus muffe schoolklas

Hang in iedere klas een detector op die de hoeveelheid CO2 in de gaten houdt. Met die tip brengt student Kim van de Ven (civiele techniek) een nieuw wapen in stelling tegen de mufheid van het klaslokaal.

/strong>

De detector moet met lampjes aangeven in hoeverre de lucht in de klas ‘schoon’ is. Het CO2-gehalte is daarvoor een aardige indicator, en is bovendien makkelijk te meten. Van de Vens begeleider, ir. Cees van der Linden, spreekt van een ‘idee met potentie’ en wil het plan verder uitwerken.

Scholen zijn berucht om hun slechte binnenklimaat. Wegens geldtekort zijn de ventilatievoorzieningen er vaak mager, terwijl er grote groepen mensen langdurig worden samengepakt in een gesloten ruimte. Al na een kwartiertje, zo bevestigen ook metingen van Van de Ven, begint de lucht in de klas zwaarder en muffer te worden. Dat kan leiden tot gezondheidsklachten als sufheid, hoofdpijn, branderige ogen en allergieaanvallen.

Zelfs in nieuwbouwscholen zit het met het binnenklimaat niet helemaal snor, onthult Van de Ven. Voor haar afstudeerproject enquêteerde de civieler leerkrachten op acht basisscholen, waarvan twee nieuwbouw. Hoewel de luchtmonsters laten zien dat er met het klimaat op de nieuwbouwscholen weinig mis is, bieden de vragenlijsten een ander beeld: de docenten vonden de lokalen nog steeds muf. ,,Dat ligt wellicht aan het feit dat klimaatbeheersing bij die nieuwe scholen geautomatiseerd is”, zegt Van de Ven. ,,Als je zelf niet de zonwering en de ventilatie kunt bedienen, geeft dat het idee dat het klimaat niet goed is.”

Tijd voor een middenweg, denkt Van de Ven. Zet de automatische klimaatbeheersing alleen aan buiten de lesuren % en laat tijdens de les de leerkracht het klimaat aanpassen. Dat levert alleen wel een ander probleem op. Leraren die urenlang in een lokaal zitten, hebben het niet altijd door als de lucht geleidelijk verpest raakt. Ziedaar de CO2-detector. ,,Je zou een CO2-paneel moeten maken met lampjes erop, die aangeven of het CO2-gehalte slecht of goed is”, zegt Van de Ven. ,,Dan kan de leraar zelf ingrijpen.”

Of het idee realistisch is moet nog blijken. Een CO2-detector kost immers een- tot anderhalfduizend euro. ,,Dat is erg duur. En je moet er in elk lokaal eentje ophangen”, erkent Van de Ven. ,,Maar ja, je moet toch wát. Het kan een goede oplossing zijn.” Van der Linden wijst erop dat het aanleggen van andere klimaatsystemen doorgaans duurder is. ,,Ik wil proberen dit idee met een volgende afstudeerder en samen met Industrieel Ontwerpen nader te onderzoeken. Ik heb al contact met een bouwbedrijf. We gaan kijken wat we ervan kunnen maken.”

Hang in iedere klas een detector op die de hoeveelheid CO2 in de gaten houdt. Met die tip brengt student Kim van de Ven (civiele techniek) een nieuw wapen in stelling tegen de mufheid van het klaslokaal.

De detector moet met lampjes aangeven in hoeverre de lucht in de klas ‘schoon’ is. Het CO2-gehalte is daarvoor een aardige indicator, en is bovendien makkelijk te meten. Van de Vens begeleider, ir. Cees van der Linden, spreekt van een ‘idee met potentie’ en wil het plan verder uitwerken.

Scholen zijn berucht om hun slechte binnenklimaat. Wegens geldtekort zijn de ventilatievoorzieningen er vaak mager, terwijl er grote groepen mensen langdurig worden samengepakt in een gesloten ruimte. Al na een kwartiertje, zo bevestigen ook metingen van Van de Ven, begint de lucht in de klas zwaarder en muffer te worden. Dat kan leiden tot gezondheidsklachten als sufheid, hoofdpijn, branderige ogen en allergieaanvallen.

Zelfs in nieuwbouwscholen zit het met het binnenklimaat niet helemaal snor, onthult Van de Ven. Voor haar afstudeerproject enquêteerde de civieler leerkrachten op acht basisscholen, waarvan twee nieuwbouw. Hoewel de luchtmonsters laten zien dat er met het klimaat op de nieuwbouwscholen weinig mis is, bieden de vragenlijsten een ander beeld: de docenten vonden de lokalen nog steeds muf. ,,Dat ligt wellicht aan het feit dat klimaatbeheersing bij die nieuwe scholen geautomatiseerd is”, zegt Van de Ven. ,,Als je zelf niet de zonwering en de ventilatie kunt bedienen, geeft dat het idee dat het klimaat niet goed is.”

Tijd voor een middenweg, denkt Van de Ven. Zet de automatische klimaatbeheersing alleen aan buiten de lesuren % en laat tijdens de les de leerkracht het klimaat aanpassen. Dat levert alleen wel een ander probleem op. Leraren die urenlang in een lokaal zitten, hebben het niet altijd door als de lucht geleidelijk verpest raakt. Ziedaar de CO2-detector. ,,Je zou een CO2-paneel moeten maken met lampjes erop, die aangeven of het CO2-gehalte slecht of goed is”, zegt Van de Ven. ,,Dan kan de leraar zelf ingrijpen.”

Of het idee realistisch is moet nog blijken. Een CO2-detector kost immers een- tot anderhalfduizend euro. ,,Dat is erg duur. En je moet er in elk lokaal eentje ophangen”, erkent Van de Ven. ,,Maar ja, je moet toch wát. Het kan een goede oplossing zijn.” Van der Linden wijst erop dat het aanleggen van andere klimaatsystemen doorgaans duurder is. ,,Ik wil proberen dit idee met een volgende afstudeerder en samen met Industrieel Ontwerpen nader te onderzoeken. Ik heb al contact met een bouwbedrijf. We gaan kijken wat we ervan kunnen maken.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.