Onderwijs

Blauwendraad, een held op sokken?

Van zenuwachtigheid was geen spoor te bekenen toen de kersverse rector vorige week zijn eerste officiële bespreking had met bestuurspartner u-raad.

Het beloofde een echte vuurdoop te worden. De commissie voor onderwijs en onderzoek had een overvolle agenda met een strakke tijdsplanning.

Voor beide partijen even wennen. De raadsleden moesten ook hun steentje bijdragen. Waar de vorige rector aan een halve vraag voldoende had, is deze rector zakeljker. ,,Wat bedoelt u nou precies?” De jarenlange bestuurlijke ervaring bij Civiele Techniek stak hij niet onder stoelen of banken. Ook onderscheidde hij zich van zijn voorganger door het achterwege laten van formaliteiten. Na een klein kwartier vergaderen trok hij, alsof om dat te demonstreren, zijn schoenen uit. Ook het tutuoyeren van verschillende commissieleden was bij zijn voorganger ondenkbaar. Terwijl het handelsmerk van de vorige rector de formele persoon was, heeft zijn opvolger een hekel aan politieke poespas. Op een opmerking over het voorstel voor maar liefst vier externe leden in de AKO (adviescommissie voor de kwaliteitszorg onderwijs) had hij zijn onverwachte antwoord paraat: ,,Het valt best mee met dat hoge aantal, van die mensen komt altijd maar de helft opdagen. Je zult altijd zien dat ze van te voren schriftelijk toezeggen, maar dat er op het moment van de vergadering een miljoenencontract langskomt. Ja dan gaat dat natuurlijk voor.”

Commissievoorzitter Van der Werff vroeg of dit wel echt zo in de notulen moest. ,,Ja hoor prima”, was het stellige antwoord, de verontwaardiging in de commisisie daarmee negerend. Deze rector houdt niet van politieke omwegen, maar zegt wat hij vindt.

De wetenschappelijke baas van onze universiteit voelde zich ook niet gebonden aan het normale vergaderformat, waarbij het cvb het door adviescommissies voorgestelde beleid verdedigt. Bij het bespreken van een voorstel van de commissie-BTA om het allocatiemodel te wijzigen, stelde ook hij aan voorzitter Hoogendoorn kritsche vragen. ,,Is het wel verstandig om het aantal outputpunten voor een publicatie terug te brengen, kunnen we niet gewoon een strengere schifting toepassen?” Vervolgens maakte hij zich zorgen over de ’tabellletjes in Elsevier’ waarin universiteiten met elkaar vergeleken worden. ,,We hebben strengere normen dan de VSNU, er is dus een gevaar dat we er slecht uit de vergelijking komen.” Twee stemmen spreken: Enerzijds een idealistisch wetenschapper, anderzijds een bezorgd bestuurder.

Als klap op de vuurpijl kwam de clustering. Wat gaat er gebeuren met de 30 miljoen die we daarmee winnen? ,,Dat weten we nog niet, oprecht; we hebben er nog niet over nagedacht, misschien meer ARTD-subsidie, ofzo.” Hierop hadden de doorgewinterde raadsleden niet gerekend. Veel meer dan wat protesterend gemompel klonk er niet. Hiermee eindigde de vuurdoop. De held trok zijn schoenen weer aan en keerde huiswaarts. De u-raders spreken nog wat na: ,,Hij hadzijn stukken in ieder geval goed gelezen.”
(O.R.)

Van zenuwachtigheid was geen spoor te bekenen toen de kersverse rector vorige week zijn eerste officiële bespreking had met bestuurspartner u-raad. Het beloofde een echte vuurdoop te worden. De commissie voor onderwijs en onderzoek had een overvolle agenda met een strakke tijdsplanning.

Voor beide partijen even wennen. De raadsleden moesten ook hun steentje bijdragen. Waar de vorige rector aan een halve vraag voldoende had, is deze rector zakeljker. ,,Wat bedoelt u nou precies?” De jarenlange bestuurlijke ervaring bij Civiele Techniek stak hij niet onder stoelen of banken. Ook onderscheidde hij zich van zijn voorganger door het achterwege laten van formaliteiten. Na een klein kwartier vergaderen trok hij, alsof om dat te demonstreren, zijn schoenen uit. Ook het tutuoyeren van verschillende commissieleden was bij zijn voorganger ondenkbaar. Terwijl het handelsmerk van de vorige rector de formele persoon was, heeft zijn opvolger een hekel aan politieke poespas. Op een opmerking over het voorstel voor maar liefst vier externe leden in de AKO (adviescommissie voor de kwaliteitszorg onderwijs) had hij zijn onverwachte antwoord paraat: ,,Het valt best mee met dat hoge aantal, van die mensen komt altijd maar de helft opdagen. Je zult altijd zien dat ze van te voren schriftelijk toezeggen, maar dat er op het moment van de vergadering een miljoenencontract langskomt. Ja dan gaat dat natuurlijk voor.”

Commissievoorzitter Van der Werff vroeg of dit wel echt zo in de notulen moest. ,,Ja hoor prima”, was het stellige antwoord, de verontwaardiging in de commisisie daarmee negerend. Deze rector houdt niet van politieke omwegen, maar zegt wat hij vindt.

De wetenschappelijke baas van onze universiteit voelde zich ook niet gebonden aan het normale vergaderformat, waarbij het cvb het door adviescommissies voorgestelde beleid verdedigt. Bij het bespreken van een voorstel van de commissie-BTA om het allocatiemodel te wijzigen, stelde ook hij aan voorzitter Hoogendoorn kritsche vragen. ,,Is het wel verstandig om het aantal outputpunten voor een publicatie terug te brengen, kunnen we niet gewoon een strengere schifting toepassen?” Vervolgens maakte hij zich zorgen over de ’tabellletjes in Elsevier’ waarin universiteiten met elkaar vergeleken worden. ,,We hebben strengere normen dan de VSNU, er is dus een gevaar dat we er slecht uit de vergelijking komen.” Twee stemmen spreken: Enerzijds een idealistisch wetenschapper, anderzijds een bezorgd bestuurder.

Als klap op de vuurpijl kwam de clustering. Wat gaat er gebeuren met de 30 miljoen die we daarmee winnen? ,,Dat weten we nog niet, oprecht; we hebben er nog niet over nagedacht, misschien meer ARTD-subsidie, ofzo.” Hierop hadden de doorgewinterde raadsleden niet gerekend. Veel meer dan wat protesterend gemompel klonk er niet. Hiermee eindigde de vuurdoop. De held trok zijn schoenen weer aan en keerde huiswaarts. De u-raders spreken nog wat na: ,,Hij hadzijn stukken in ieder geval goed gelezen.”
(O.R.)

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.