Campus

Belgenmoppen

Onder de pseudoniemen Kamagurka en Kamiel Kafka produceert hij al decennia lang cartoons, strips en televisieprogramma’s. Nu is de vrucht van zijn absurdistische geest doorgedrongen tot het establishment: het Stedelijk museum in Amsterdam presenteert zijn Tour de Trance.

br />
Hond Bobje geeft over. Baas Bert kijkt onbewogen toe en zegt: ,,Mensen zien kotsen, daar kan ik niet tegen. Maar een hond doet me niks. Daar kan ik bij wijze van spreken uren naar kijken.” Intussen snift Bobje nieuwsgierig aan zijn eigen braaksel en schrokt het vervolgens begerig naar binnen. Bert, grote ogen van schrik en met een hand voor de mond: ,,Het moet natuurlijk wél bij kotsen blijven!”

Humor? Velen zullen beweren van niet. Absurdistisch, afschrikwekkend, flauw: het weerhoudt de Belg Luc Zeebroek (1956, Nieuwpoort) er al twintig jaar niet van strips en cartoons te publiceren in bladen als Humo (België), The New Yorker (Verenigde Staten), Vrij Nederland en NRC Handelsblad. Een opmerkelijk succes voor iemand wiens fantasie die van anderen vaak ver achter zich laat. Intussen is Zeebroek zo arrivé dat de eerste grote tentoonstelling van zijn werk een feit is.

Punk

In de tweede helft van de jaren zeventig beleefde de punk-beweging haar hoogtijdagen. Bands als de Sex Pistols hadden schijt aan alles, vooral aan de gevestigde orde, en vonden een grote schare volgelingen die hun pessimisme en ontevredenheid deelden.

Ook in de beeldende kunst waren de invloeden van de Pistols duidelijk merkbaar. ‘Het systeem’ moest worden verworpen, het hele establishment door elkaar geschud. Eind jaren zeventig hadden Walter Dahn en Georg Dokoupil, exponenten van het Keulse collectief Mülheimer Freiheit, succes in de internationale kunstwereld. Hun credo: ‘Du hast keine Chancen, nütze sie’ (je hebt geen kansen, gebruik ze), getuigt van de no-future-mentaliteit van de punkbeweging.

In dit tijdsgewricht deed Kamagurka voor het eerst van zich spreken met cartoons in Humo, in 1978 gebundeld onder de titel ‘Het ruikt hier naar onzin’. Kamagurka voelde zich sterk aangetrokken door het grensverleggende, nonconformistische karakter van punk. Het eerste plaatje werd door Kees van Kooten jarenlang gebruikt als lakmoesproef voor gevoel voor humor: een mannetje spreekt aan tafel een onzichtbaar gezelschap toe met de woorden ‘en die vlieg had dus een plafond gekocht… eneuh…’. Wie niet lacht is gezien.

Hoewel Kamagurka’s werk stevig is geworteld in de punk-beweging is het intussen overal geaccepteerd (wat niet hetzelfde is als begrepen) en zeer in de mode. Zijn cartoons lijken de inspiratiebron voor het morsige universum van de Tilburger Gummbah, van wiens hand dagelijks prenten in de Volkskrant verschijnen (Man, naakt, staat in woonkamer waar vrouw vanuit fauteuil tv kijkt en merkt op: ik wil dood, popje). Ook de soms absurde observaties van Fokke en Sukke lijken geïnspireerd door Kamagurka’s gedachtensprongen en omkeringen (‘wij hebben niets tegen Duitsers. Integendeel. Sommige van onze beste vrienden zijn nazi’s’).

Kafka

Sinds zijn eerste boek is een hele reeks maffe figuren de revue gepasseerd, zoals Cowboy Henk, Bert en Bobje, Raketman en De Man zonder Hoofd. Naast zijn partner in crime, Peter van Heirseele, alias Herr Seele, stond Kamagurka op de planken in de show Lava, met de waanzinnige Kamiel Kafka als voornaamste exponent (‘goedenavond, dit is Kamiel Kafka, dit is Kamiel Kafka en ik ga het geen twee keer zeggen’).

En nu dus het Stedelijk. Het werk van Zeebroek (museumdirecteur Fuchs heeft het met nadruk over Zeebroek, niet over Kamagurka) is anders dan we kennen uit de krant en van tv. Het zijn schilderijen. Een beetje cartoonesk, maar zeker geen cartoons.

Het zijn beelden uit een onnavolgbare geest, die een gelijkenis vertonen met het werk van een scala aan kunstenaars, zoals Picasso, Lucebert, Keith Haring, en de Belg James Ensor. Die laatste wordt zeer bewonderd door Zeebroek.

In een enkel schilderij komt de hilarische humor van Kamagurka weer naar boven, zoals bij een doek met mensachtige figuren die elkaar proberen te kelen (een afgehakt hoofd vliegt door de lucht) en met elkaar de liefde lijken te bedrijven. Al met al een gruwelijk beeld van dood, lust en amoraliteit. De titel: ‘Voor het landschap moet je hier niet zijn.’

‘Tour de Trance’ loopt nog tot 12 mei, Stedelijk Museum, Amsterdam. De website www.kamagurka.com geeft een zeer volledig overzicht van het werk van de kunstenaar.

Onder de pseudoniemen Kamagurka en Kamiel Kafka produceert hij al decennia lang cartoons, strips en televisieprogramma’s. Nu is de vrucht van zijn absurdistische geest doorgedrongen tot het establishment: het Stedelijk museum in Amsterdam presenteert zijn Tour de Trance.

Hond Bobje geeft over. Baas Bert kijkt onbewogen toe en zegt: ,,Mensen zien kotsen, daar kan ik niet tegen. Maar een hond doet me niks. Daar kan ik bij wijze van spreken uren naar kijken.” Intussen snift Bobje nieuwsgierig aan zijn eigen braaksel en schrokt het vervolgens begerig naar binnen. Bert, grote ogen van schrik en met een hand voor de mond: ,,Het moet natuurlijk wél bij kotsen blijven!”

Humor? Velen zullen beweren van niet. Absurdistisch, afschrikwekkend, flauw: het weerhoudt de Belg Luc Zeebroek (1956, Nieuwpoort) er al twintig jaar niet van strips en cartoons te publiceren in bladen als Humo (België), The New Yorker (Verenigde Staten), Vrij Nederland en NRC Handelsblad. Een opmerkelijk succes voor iemand wiens fantasie die van anderen vaak ver achter zich laat. Intussen is Zeebroek zo arrivé dat de eerste grote tentoonstelling van zijn werk een feit is.

Punk

In de tweede helft van de jaren zeventig beleefde de punk-beweging haar hoogtijdagen. Bands als de Sex Pistols hadden schijt aan alles, vooral aan de gevestigde orde, en vonden een grote schare volgelingen die hun pessimisme en ontevredenheid deelden.

Ook in de beeldende kunst waren de invloeden van de Pistols duidelijk merkbaar. ‘Het systeem’ moest worden verworpen, het hele establishment door elkaar geschud. Eind jaren zeventig hadden Walter Dahn en Georg Dokoupil, exponenten van het Keulse collectief Mülheimer Freiheit, succes in de internationale kunstwereld. Hun credo: ‘Du hast keine Chancen, nütze sie’ (je hebt geen kansen, gebruik ze), getuigt van de no-future-mentaliteit van de punkbeweging.

In dit tijdsgewricht deed Kamagurka voor het eerst van zich spreken met cartoons in Humo, in 1978 gebundeld onder de titel ‘Het ruikt hier naar onzin’. Kamagurka voelde zich sterk aangetrokken door het grensverleggende, nonconformistische karakter van punk. Het eerste plaatje werd door Kees van Kooten jarenlang gebruikt als lakmoesproef voor gevoel voor humor: een mannetje spreekt aan tafel een onzichtbaar gezelschap toe met de woorden ‘en die vlieg had dus een plafond gekocht… eneuh…’. Wie niet lacht is gezien.

Hoewel Kamagurka’s werk stevig is geworteld in de punk-beweging is het intussen overal geaccepteerd (wat niet hetzelfde is als begrepen) en zeer in de mode. Zijn cartoons lijken de inspiratiebron voor het morsige universum van de Tilburger Gummbah, van wiens hand dagelijks prenten in de Volkskrant verschijnen (Man, naakt, staat in woonkamer waar vrouw vanuit fauteuil tv kijkt en merkt op: ik wil dood, popje). Ook de soms absurde observaties van Fokke en Sukke lijken geïnspireerd door Kamagurka’s gedachtensprongen en omkeringen (‘wij hebben niets tegen Duitsers. Integendeel. Sommige van onze beste vrienden zijn nazi’s’).

Kafka

Sinds zijn eerste boek is een hele reeks maffe figuren de revue gepasseerd, zoals Cowboy Henk, Bert en Bobje, Raketman en De Man zonder Hoofd. Naast zijn partner in crime, Peter van Heirseele, alias Herr Seele, stond Kamagurka op de planken in de show Lava, met de waanzinnige Kamiel Kafka als voornaamste exponent (‘goedenavond, dit is Kamiel Kafka, dit is Kamiel Kafka en ik ga het geen twee keer zeggen’).

En nu dus het Stedelijk. Het werk van Zeebroek (museumdirecteur Fuchs heeft het met nadruk over Zeebroek, niet over Kamagurka) is anders dan we kennen uit de krant en van tv. Het zijn schilderijen. Een beetje cartoonesk, maar zeker geen cartoons.

Het zijn beelden uit een onnavolgbare geest, die een gelijkenis vertonen met het werk van een scala aan kunstenaars, zoals Picasso, Lucebert, Keith Haring, en de Belg James Ensor. Die laatste wordt zeer bewonderd door Zeebroek.

In een enkel schilderij komt de hilarische humor van Kamagurka weer naar boven, zoals bij een doek met mensachtige figuren die elkaar proberen te kelen (een afgehakt hoofd vliegt door de lucht) en met elkaar de liefde lijken te bedrijven. Al met al een gruwelijk beeld van dood, lust en amoraliteit. De titel: ‘Voor het landschap moet je hier niet zijn.’

‘Tour de Trance’ loopt nog tot 12 mei, Stedelijk Museum, Amsterdam. De website www.kamagurka.com geeft een zeer volledig overzicht van het werk van de kunstenaar.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.