Anthony van der Hoest, vijfdejaars civiele techniek

br />
De eerste training was gewoon standaard baantjes zwemmen. Maar we waren voor het eerste spel nog maar net naar de bodem afgedaald, toen ik al dacht: holy shit, waar ben ik aan begonnen? Terwijl ik nu dit fysieke en het fanatisme juist het mooie van deze sport vind. Op je laatste krachten een directe tegenstander uitspelen en, terwijl je spieren schreeuwen om zuurstof, met het vijandelijk doel in zicht toch nog net even doorgaan en een punt scoren. Ik denk dat je op een bepaalde manier misschien wel een beetje gek moet zijn om een halfuur lang onder water tegen een puck aan te slaan. Het is best zwaar.

Naast de reguliere onderwatertrainingen zwem en fitness ik veel om in conditie te blijven. Toch wel zo’n acht á negen uur in de week.

Competitiewedstrijden spelen we in het thuiszwembad van de tegenstander. De temperatuur en diepte kunnen dus nogal verschillen. Zo heb ik een keer een wedstrijd in België gespeeld, waar het water maar veertien graden was. Erger was dat op de bodem van het bad in plaats van tegels een blauwe verflaag zat. Die bleek dus niet tegen ons spelletje bestand en na een half uur kwam iedereen blauw uit het water.

Mensen kijken vaak wel vreemd op wanneer ik vertel dat ik aan onderwaterhockey doe. Sommigen geloven het pas na het zien van foto%s of een deel van mijn uitrusting. Mijn ouders vinden het wel mooi. Mijn vader zwom vroeger zelf veel en ze hebben kennissen die ook in één van de nationale teams spelen.

Onderwaterhockey is niet een bijzonder dure sport. Een zwembad afhuren is natuurlijk prijzig, maar door sponsoring en subsidie kan de contributie laag blijven en is de sport voor iedereen toegankelijk.

Internationaal is het ook sterk in opkomst. Nederland behoort tot de wereldtop. De afgelopen zomer hebben het Nederlandse dames-, heren- en jeugdteam alledrie de Europese titel veroverd op het EK in Belgrado. Ik was toen aanvoerder van het jeugdteam en de sfeer was fantastisch. Dat EK heeft mij erg enthousiast gemaakt over de sport.

Mijn ambitie? Dat is op dit moment toch wel om met het nationaal herenteam op het EK van 2003 aanwezig te zijn. Het zou natuurlijk mooi zijn als ik ook voor het WK van aankomende zomer geselecteerd word. Maar er zijn nu veel goede spelers, dus dat is nog maar afwachten.”

,,Op een bepaald moment was ik uitgekeken op het volleyballen en ben ik met een aantal vrienden op zoek gegaan naar een nieuwe uitdaging. Via een kennis zijn we toen bij het onderwaterhockey terechtgekomen.

De eerste training was gewoon standaard baantjes zwemmen. Maar we waren voor het eerste spel nog maar net naar de bodem afgedaald, toen ik al dacht: holy shit, waar ben ik aan begonnen? Terwijl ik nu dit fysieke en het fanatisme juist het mooie van deze sport vind. Op je laatste krachten een directe tegenstander uitspelen en, terwijl je spieren schreeuwen om zuurstof, met het vijandelijk doel in zicht toch nog net even doorgaan en een punt scoren. Ik denk dat je op een bepaalde manier misschien wel een beetje gek moet zijn om een halfuur lang onder water tegen een puck aan te slaan. Het is best zwaar.

Naast de reguliere onderwatertrainingen zwem en fitness ik veel om in conditie te blijven. Toch wel zo’n acht á negen uur in de week.

Competitiewedstrijden spelen we in het thuiszwembad van de tegenstander. De temperatuur en diepte kunnen dus nogal verschillen. Zo heb ik een keer een wedstrijd in België gespeeld, waar het water maar veertien graden was. Erger was dat op de bodem van het bad in plaats van tegels een blauwe verflaag zat. Die bleek dus niet tegen ons spelletje bestand en na een half uur kwam iedereen blauw uit het water.

Mensen kijken vaak wel vreemd op wanneer ik vertel dat ik aan onderwaterhockey doe. Sommigen geloven het pas na het zien van foto%s of een deel van mijn uitrusting. Mijn ouders vinden het wel mooi. Mijn vader zwom vroeger zelf veel en ze hebben kennissen die ook in één van de nationale teams spelen.

Onderwaterhockey is niet een bijzonder dure sport. Een zwembad afhuren is natuurlijk prijzig, maar door sponsoring en subsidie kan de contributie laag blijven en is de sport voor iedereen toegankelijk.

Internationaal is het ook sterk in opkomst. Nederland behoort tot de wereldtop. De afgelopen zomer hebben het Nederlandse dames-, heren- en jeugdteam alledrie de Europese titel veroverd op het EK in Belgrado. Ik was toen aanvoerder van het jeugdteam en de sfeer was fantastisch. Dat EK heeft mij erg enthousiast gemaakt over de sport.

Mijn ambitie? Dat is op dit moment toch wel om met het nationaal herenteam op het EK van 2003 aanwezig te zijn. Het zou natuurlijk mooi zijn als ik ook voor het WK van aankomende zomer geselecteerd word. Maar er zijn nu veel goede spelers, dus dat is nog maar afwachten.”