Gerrit Kahlman is sinds 1 juli coördinator duurzame bedrijfsvoering aan de TU. Wat houdt die functie in? Een gesprek over vlees eten, zakenvluchten en een papieren rugzak.
Wat zijn uw belangrijkste doelen als coördinator?
“Het bij elkaar brengen van alle initiatieven voor duurzaamheid binnen de universiteitsdienst. Er zijn al voorstellen in uitvoering. Daar praat ik in mee en als ik een bijdrage kan leveren doe ik dat. Voor suggesties die nog verder ontwikkeld moeten worden heb ik de mogelijkheid om directies, onderzoekers of studententeams met elkaar te laten samenwerken.”
Wat heeft u als eerste gedaan na uw aantreden?
“Het allerbelangrijkst was: me verdiepen in de problematiek. Met directies heb ik gesproken over duurzaamheid. Ik kijk nu met Campus and Real Estate naar de inkoop van elektriciteit en gas. Bij Finance, waar ik zit, is een prachtig initiatief om controllers en projectadministrateurs een training te geven over duurzaamheid. Ik heb sollicitatiegesprekken gehouden met studenten voor het team Green TU Delft, voorheen het Green Office. Ik ben in gesprek met onderzoekers over hoe zij zouden kunnen bijdragen. Het meest uitgebreide stuk is het rapport CO2-roadmap TU Delft. Dat komt als een cadeau: ik ben tot nu toe nog niet zo’n gedetailleerd beeld tegengekomen over CO2-uitstoot aan de TU.”
Uit die CO2-roadmap TU Delft van Andy van den Dobbelsteen en Tess Blom blijkt dat de grootste uitstoot aan CO2 op de campus komt door het aanbod aan dierlijke producten in de kantine. De onderzoekers willen dat gezond voedsel goedkoper wordt en milieubelastend eten duurder. Gaat de TU extra eisen stellen aan cateraar Cirfood Nederland?
“Als dat zo is kunnen we best met cateraars in gesprek gaan, maar ook met mensen die voedsel meenemen van huis. Het gaat om bewustwording. De hapjes op onze conferentie waren duurzaam: geen vlees en toch lekker. Op feesten, bijeenkomsten en vergaderingen geldt: practice what you preach. Het is niet ingewikkeld om een positieve bijdrage te leveren. Je moet stapjes maken: geen grote maar kleine. Grote stappen zitten bij de inkoop van elektriciteit. Er moet een gebalanceerd moreel besef komen.”
Wat bedoelt u hiermee?
“Je moet mensen niet dwingen. Ze mogen best een eigen keuze maken en binnen een palet aan opties voor duurzaamheid bewegen.”
Verwarming van de TU-gebouwen is de tweede grote post aan CO2-uitstoot. Wat kan de TU daar aan doen?
“Oude gebouwen zijn aan de warmtekrachtcentrale gekoppeld en nieuwe aan de warmte-koudeopslag. De warmtekrachtcentrale is gasgestookt, daar gaat een hoop energie in zitten. Op dit moment verwarmen we oude gebouwen met heet water. Als je dat met een lagere temperatuur doet hoef je er minder energie in te stoppen, en wellicht andere energiesystemen, maar moet je ook je gebouwen anders inrichten. Vanuit duurzaamheid zou ik zeggen: onderzoek eerst de mogelijkheden die er zijn voor oude gebouwen. Nieuwbouw is niet per definitie een garantie voor beter onderzoek en onderwijs. Het is niet verstandig om dure oplossingen te verzinnen, maar op een relatief goedkope manier gebouwen geschikt te maken.”
Wat doet de TU aan duurzaam elektriciteitsgebruik?
“We kopen elektriciteit in van een windmolenplatform in de Noordzee. Dat is al een goede slinger aan duurzaamheid. We leveren met de warmtekrachtcentrale ook wat elektriciteit en er zijn nog meer plekken waar we zowel horizontale als verticale zonnepanelen zouden kunnen gebruiken. Denk aan EWI waaraan je nog zonnepanelen in verticale richting zou kunnen maken.”
Heeft u enig idee hoe vaak er wordt gevlogen aan de TU?
“Het totale aantal kilometers is 33 miljoen per jaar. (33.332.774 kilometer in 2018, ofwel 6149 kilometer per arbeidsplaats volgens Van den Dobbelsteen en Blom, red.) Ik ben er voorstander van om mensen tot 700 kilometer met de trein te laten reizen. Voor reizen die verder gaan, kunnen ze vliegen. Naar alle grote steden waar conferenties zijn rijden treinen. Voordeel van de trein is: je zit ruimer, je kunt er beter werken en het is misschien ook wel sneller tot 700 kilometer. Op Schiphol moet je altijd uren van tevoren aanwezig zijn.”
(Lees verder onder illustratie)
Waar kom je tot 700 kilometer vanaf Delft?
Bent u voor een maximum aantal vluchten per persoon per jaar?
“Nee, dat kan ik niet zeggen. Stel dat onderzoekers toevallig in één jaar een paar conferenties hebben die essentieel zijn. Dan moeten zij daar wel naar toe kunnen gaan. Eerst maar eens beginnen met het bepalen van een afstand. Er is niets slechts aan reizen met de trein.”
Een reis per trein duurt wel langer.
“Dat zou kunnen, maar niet tot 700 kilometer. Bij 700 kilometer vliegen heb je reistijd aan taxi’s, vliegen, wachten en taxi’s naar het hotel. Ik betwijfel of de trein dan langzamer gaat. Op de duurzaamheidsladder maak je behoorlijk wat sprongen.”
Ik sprak met studente Marie Sam Rutten die voor haar uitwisseling met de trein naar Shanghai is gegaan.
“Dat vind ik heel stoer. In China heb je nu veel hogesnelheidslijnen. Ook in Japan leg je enorme afstanden af in een relatief korte tijd. En de frequentie van die treinen is hoog. Zelfs in die Japanse trein is de koffiekwaliteit goed. Dat is belangrijk.”
Je kunt je afvragen of je per se naar elke conferentie moet, vond Rutten. Misschien kan het ook met Skype?
“Dat is in ieder geval een idee. De CO2-roadmap gaat nog niet zo ver, maar tijdens de conferentie van afgelopen week was dit wel een issue. Er zijn blokken die je via Skype kunt afhandelen.”
Tegelijkertijd werkt de TU aan comfortabel vliegen in de Flying-V.
“Goed he?”
Maar hoe valt dat te rijmen?
“Dat is geen bedrijfsvoering (waar Kahlman zich op richt, red.), maar je moet ook de efficiency van de luchtvaart onderzoeken. Als je in staat bent de CO2-component van de luchtvaart naar beneden te dringen door energiezuiniger te vliegen, draag je bij aan een lagere CO2-uitstoot. Het verminderen van vliegen kun je stimuleren, dat staat los van de ontwikkeling van een nieuw toestel. En als je vliegt, doe het dan op zo’n energieneutraal mogelijke manier. We moeten niet stoppen met dat onderzoek, maar juist voorop lopen. Naar Amerika rijden niet zoveel treinen. Maar ik snap goed wat je zegt.”
Wat hebt u met duurzaamheid?
“Ik wandel altijd naar mijn werk en ik wil meerdere dagen per week vegetarisch eten. Verder kijk ik waar ik duurzame kleding kan kopen en is mijn rugzak gemaakt van gerecycled papier.”
Een rugzak van papier? Eén regenbui en…
“Nee hoor, hij is al nat geweest. Ze hebben testen gedaan en je kunt er mee douchen. Er zit ook een laptopvakje in. Het lijkt alsof hij van leer is. Zo heb ik ook een kleedje van gerecyclede PET-flessen. In Portugal heb ik een zaakje ontdekt dat schoenen maakt van kokosschillen. Je moet even zoeken, maar het is er wel.”
Wat kunnen medewerkers en studenten zelf doen om bij te dragen aan een minder hoge CO2-uitstoot?
“Er komt een nieuwe opzet van het studenteninitiatief Green Office: Green TU. Ik vind dat we voor alle duurzaamheidsinitiatieven aan de TU studententeams moeten uitnodigen. We hebben 25 duizend studenten: laat ze meedoen. Ze willen graag, zijn buitengewoon gemotiveerd en hebben absoluut creatieve ideeën.”
En medewerkers?
“Met het ov en de fiets komen. En kies bewust voor je eten. Medewerkers zouden zich bewuster moeten worden, maar ook zou de universiteit mensen moeten helpen met bewustwording.”
Wanneer bent u tevreden?
“Als we in 2030 het grootste deel van de doelen uit de roadmap hebben gerealiseerd. Dat houdt in dat we op elektriciteit, aardgas, mobiliteit, reizen, voedsel en afval het grootste deel van de CO2-uitstoot hebben verminderd. Dat is 90 tot 95 procent minder uitstoot dan nu.”
Dat is ambitieus.
“Van den Dobbelsteen heeft oplossingsrichtingen geschetst en we hebben nog tien jaar de tijd. Bovendien is het inclusief compensatie via het aanplanten van bos. Dan kom je wel een eind in de richting.”
- Op 12 december 2019 is er een internationale conferentie op de campus over de CO2-roadmap TU Delft.
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
c.j.c.vanuffelen@tudelft.nl
Comments are closed.