Wetenschap

Oud-voorzitter Ton van der Steen: ‘MD-hoogleraren hebben allemaal vuur’

Hij was er vanaf het begin bij, en was lang voorzitter van Medical Delta. Als ingenieur in het Erasmus MC leerde Ton Van der Steen hoe artsen denken, en hoe met hen te werken.

Ton van der Steen ontwikkelt met zijn groep katheters die vaatwanden afbeelden met ultrasound en/of licht. (Foto: Jos Wassink)

  • In 2021 kwamen er negen Medical Delta (MD)-hoogleraren bij. Dat zijn professoren met bij tenminste twee van de vijf academische instellingen die binnen Medical Delta zijn vertegenwoordigd (TU Delft, Erasmus MC, Erasmus Universiteit, Universiteit Leiden en LUMC). De aanwas bracht het totaal van MD-hoogleraren naar 22. Kennelijk een succesformule. Hoe werkt zo’n dubbelaanstelling in de praktijk? Dat is de achterliggende vraag in deze miniserie onderzoeksportretten, waarvan dit de laatste aflevering is.

Prof.dr.ir. Ton van der Steen, hoofd Biomedical Engineering aan het Erasmus MC, weet nog precies hoe Medical Delta begon. “In 2006 riep Karel Luyben, toen decaan bij TNW, zes mensen bijeen. Twee van het LUMC, twee van Erasmus MC en twee van TU Delft. Luyben had in Boston de nauwe samenwerking gezien tussen MIT en Harvard Medical School, waar mooie dingen gebeurden op het gebied van health science and technology. Hij zei: ik denk dat wij in deze regio veel beter geschikt zijn om zoiets te doen en ik stel voor dat we dat gaan inrichten.”

Toch gingen er jaren voorbij voordat de samenwerking tussen technische en medische faculteiten van de grond kwam. “We hebben eerst een paar jaar vergaderd om elkaar te begrijpen, en om de verschillende culturen te verkennen. En ook een antwoord te vinden op de vraag: wat wordt de inhoud? Er kwamen plannen, maar daar gebeurde niet veel mee tussen de vergaderingen door”, herinnert Van der Steen zich. “Toen hebben we een bureau ingericht en is de Medical Delta onder leiding van directeur Menno Kok uitgegroeid tot een volwassen netwerkorganisatie in de provincie Zuid-Holland. Kort daarna zijn we begonnen met het onderzoek te verankeren met dubbelaanstellingen van hoogleraren. Voor een echte samenwerking tussen de universiteiten was het noodzakelijk dat professoren promotiegerechtigd waren op beide plekken, zodat je op allebei de plekken promovendi kunt begeleiden.”

Aftrap
Op 12 juni 2014 was het zover. Het was de eerste dag van het WK voetbal en onder de titel ‘Medical Delta elftal trapt af ’ kwamen de eerste elf Medical Delta-hoogleraren met hun dubbelaanstelling in het nieuws.

Drie jaar later concludeerde een visitatiecommissie dat het potentieel van Medical Delta groter was dan er tot dan toe uit de verf kwam. Daarop werd Van der Steen gevraagd om Medical Delta opnieuw in te richten en daarbij de wetenschap te verzwaren. Hij werd uiteindelijk voorzitter van Medical Delta nieuwe stijl.

“Ik heb 51 hoogleraren uit de vijf kennisinstellingen bij elkaar geroepen om een inhoudelijk programma te schrijven. Dat programma financierde Medical Delta voor 20 procent – de rest moest ergens anders vandaan komen. Maar met die 20 procent wilde ik wel sturing geven aan het programma. En het maakte het ook makkelijker om andere subsidies te krijgen.” Als oud-voorzitter van technologiefonds STW weet Van der Steen goed hoe onderzoeksfinanciering werkt.

Die inventarisatie leidde tot een wetenschappelijk programma met dertien onderwerpen die allemaal geleid werden door een technisch en een klinisch persoon en per programma twee promovendi, gefinancierd door Medical Delta. De initiële kosten, 5 miljoen euro, werden opgebracht door de vijf deelnemende kennisinstellingen: Universiteit Leiden, Erasmus universiteit, TU Delft, Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) en Erasmus MC. Daarna zijn onderzoekers succesvol geweest in hun aanvragen van externe financiering, zodat de totale waarde van het Medical Delta onderzoek volgens Van der Steen nu zo’n 100 miljoen euro bedraagt.

Verkeerd begrepen
In de praktijk blijkt de samenwerking tussen arts en ingenieur een stuk subtieler dan een spel tussen vraag en aanbod. Door samen op te trekken leert de ingenieur welke vragen er potentieel leven, en de arts leert ook welke vragen hij kan stellen. Vraag en aanbod ontwikkelen zich tegelijkertijd, stelt Van der Steen.

“Dat heb ik zelf ervaren bij de ontwikkeling van echo-katheters. Ik ben voordat ik in 1994 begon vele dagen gewoon als vlieg op de muur in het Katheterisatielab gaan staan om te zien hoe interventiecardiologen verstopte kransslagaderen openen met katheters en stents. Hierdoor begreep ik aan welke voorwaarden een katheter moet voldoen om niet alleen nuttig te zijn, maar ook nog gebruikt te worden.”

Tien jaar later kwam elektrofysiologie naar Rotterdam: het behandelen van hartritmestoornissen door het wegbranden van elektrische paden in het hart met behulp van katheters. Deze behandelingen konden wel zes uur duren. “Ik had een schriftje met vijf oplossingen hoe ik dacht dat ik hun procedure kon versnellen. Nadat ik drie uur had staan kijken bij een behandeling heb ik dat schriftje weggegooid.”

Het bleek dat elektrofysiologen en interventiecardiologen zo’n verschillende manier van werken hebben dat je de kennis die hebt van de een niet kan gebruiken voor de ander. “Bij een interventiecardioloog gaat het om snel ingrijpen. Het is vooral belangrijk dat je wat doet. Snel en redelijk is beter dan zorgvuldig maar te laat. Bij elektrofysiologie is het net andersom. Daar wil de arts de elektrische geleiding door het hart verbeteren. Daarbij is het belangrijk heel precies te werken. Dat kan ook, want er is geen kritieke situatie. Dat geeft een heel andere sfeer bij arts, verpleegkundigen en technici.”

Uitbreiding
Op 2 november 2021, kwamen er negen Medical Delta-hoogleraren bij. Volgens Van der Steen is zo’n dubbelbenoeming complex: “De volgordelijkheid en prioriteit in de processen van de vijf kennisinstellingen verschillen. Je moet per kandidaat met zeker zes actoren tegelijkertijd schakelen. Dat is best wel op eieren lopen. Uit het feit dat deze dubbelbenoemingen tot stand komen blijkt al hoe belangrijk de bestuurders Medical Delta vinden.”

Medical Delta stelt een kader, een taakstelling, maar laat de inhoud vrij. Deze moet van de onderzoeker komen. Hier hebben bestuurders volgens Van der Steen soms wel moeite mee. Van der Steen: “Er komt van alles boven. Je krijgt een enorm breed spectrum aan mensen wat betreft kennis, karakter, inzichten, diplomatieke vaardigheden of juist onhandigheid. Dat mag allemaal. Maar het heeft allemaal vuur. Dat is eigenlijk het belangrijkste van al die Medical Delta-hoogleraren gemeen hebben.”

Of er in de toekomst nog een nieuwe lichting komt? “Ik hoop en verwacht van wel. Dat hangt ook van bestuurlijke ontwikkelingen af. Maar de potentie is er gewoon en ik kan er zo al drie aanwijzen waarvan ik denk dat die opbloeien als Medical Delta-hoogleraar. Maar dat hangt ook af van het initiatief van de nieuwe voorzitter, Frank-Willem Jansen.”

Wetenschapsredacteur Jos Wassink

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

j.w.wassink@tudelft.nl

Comments are closed.