Los gestapelde blokken steen en beton overbruggen de watergang naar The Green Village. Het prototype herbruikbare boogbrug staat hier vijf jaar lang op proef.
Wat is de overeenkomst tussen woningbouw, waterbergingen en verouderde bruggen? Alle drie dragen ze bij aan een groeiende vraag naar bruggen. Planners verwachten een behoefte van zo’n 100 duizend stuks in de komende tientallen jaren.
Voor brugontwerpers Ate Snijder en Rob Nijsse (faculteit Bouwkunde respectievelijk Civiele Techniek en Geowetenschappen) was dit aanleiding om te kijken of de productie van vaste oeververbindingen anders en duurzamer kan. Momenteel is een cyclus van bouw en sloop van eenmalige projecten nog gebruikelijk. Nijsse en Snijder willen bruggenbouw duurzamer maken (met minder CO2-uitstoot), circulair (van gerecycled materiaal) en modulair (herbruikbare blokken). Het prototype van hun circulaire en modulaire boogbrug presenteerde Snijder op dinsdag 19 maart aan pers en publiek.
Het midden van de brug bestaat uit gemalen baksteen, wastafels en toiletpotten
Voor de bouwblokken gebruikten Snijder en Nijsse drie verschillende materialen. De buitenste en dikste blokken zijn gemaakt van (restjes) geopolymeerbeton, een mengsel van alkaline, hoogovenslakken en koolvliegas als bindmiddel. Bij de productie van GPB komt veel minder CO2 vrij dan bij gewone betonproductie en het zet afvalstoffen om in constructiemateriaal.
De volgende meters zijn gemaakt van gerecycled beton. Circuton, zoals dat heet, is samengesteld uit grind, zand en cement afkomstig uit ter plaatse verpulverd beton. Op die manier voorkom je CO2-uitstoot vanwege cementproductie en transport.
De kleurrijkste stenen in het midden van de brug bestaan uit gemalen baksteen, wastafels en toiletpotten, wat je terugziet in de verschillende tinten.
Zoals de Romeinen
“We hebben de brug gebouwd zoals de Romeinen deden” vertelt BAM-projectleider Bas de Jong. Eerst bouwden ze een houten boog waarop de 206 stenen droog – dus zonder cement – gestapeld werden. Door hun S-vormig profiel grijpen de blokken ineen. Toen de brug eenmaal onder spanning stond – de beide uiteinden werden naar elkaar toe gedrukt – kon het 27-ton zware geheel opgevijzeld worden en op z’n plek gehesen. Dat konden de Romeinen dan weer niet.
De brug werd tussen twee eindstukken of ‘menhirs’ geplaatst die met een 3D betonprinter vervaardigd zijn. De menhirs begeleiden ook de staalkabels die als leuning fungeren.
De komende tijd zal de constructie regelmatig worden gecontroleerd op zetting. De makers verwachten dat de brug nog wel iets zal inzakken. Hij blijft vijf jaar staan, net als de glazen brug die eraan voorafging. The Green Village fungeert als field lab; een testlocatie om uit te zoeken hoe een in een lab bedacht idee zich standhoudt in het echt.
“Als de circulaire boogbrug stabiel blijkt kan die een duurzaam alternatief bieden voor de eenmalige bruggen die nu de standaard zijn”, vertelt Snijder bij de presentatie. Het bouwmateriaal van de boogbrug is circulair en kan op andere plaatsen voor andere overspanningen en breedtes hergebruikt worden. De maximale overspanning schatten de ontwikkelaars op 25 tot 30 meter en de bouwtijd op zo’n drie weken. Over (vergelijkende) kosten durven ze nog geen uitspraak te doen.
Wel werkt Snijder aan een calculator die hij ter beschikking wil stellen aan gemeenten. Daarmee kunnen ambtenaren hun eigen circulaire boogbrug samenstellen. Als uitkomst toont het rekenmodel dan ook meteen de CO2-emissies die met de bouw gepaard gaan, en de kosten.
Bekijk het verhaal van de boogbrug in 4 minuten:
- Lees ook: The Green Village over Circulaire Boogbrug
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
j.w.wassink@tudelft.nl
Comments are closed.