Opinie

Werken aan het ‘wij-gevoel’

Na een ‘carrière’ van acht jaar aan de TU is de tijd gekomen mijn activiteiten elders te ontplooien. En voordat de deur van de TU-wijk definitief dichtvalt, kijk ik graag nog even om.

br />
Een van de voordelen van mijn baantje hier was dat ik – met een lege dossiermap onder mijn arm – door de hele TU-wijk kon zwerven. Niet alleen merkte ik dat je op deze manier de universiteit echt leert kennen, ook was mijn arbeidsrendement nu van het zelfde niveau als dat van de studenten en het gros van de medewerkers …

Ik herinner me mijn eerste indruk bij mijn omzwervingen: een van lichte schrik. Er werd op de werkvloer vaak heel wat afgemopperd. Nu was ik van mijn vorige baan wel gewend dat niet iedereen de heilzame werking van de ideeën van de staf juichend begroette. Toch moest ik even wennen aan die benadering van veel van mijn gesprekspartners.

Langzamerhand kreeg ik echter door dat mopperen lang niet altijd wijst op ongeïnteresseerdheid of afkeer. De meeste van mijn knorrige praters lieten merken dat ze best betrokken waren bij de instelling: als je ’tussen de woorden door’ luisterde, hoorde je dat de ergernis, de boosheid voortkwamen uit een positieve instelling!

Een aardig voorbeeld. Een van mijn regelmatige discussiepartners, lid van de u-raadsfractie voor Democratisch Beleid en werkzaam bij Elektrotechniek, verbaasde mij steeds weer met zijn onuitputtelijke bron van kritische achterdocht bij alles wat het college van bestuur bedacht. Zelfs als het cvb een borrel aanbood rook hij argwanend aan zijn glas, speurend naar arsenicum of cyaankali … Toch is er geen seconde twijfel aan zijn betrokkenheid !

Door de vele gesprekken kreeg ik begrip voor het ongeduld dat een aantal van mijn gesprekspartners naar voren brachten: op het gebied van personeelsbeleid bijvoorbeeld. Er waren toch vanuit het cvb regels voor functionerings- en beoordelingsgesprekken: waarom werkte dat dan nog zo klunzig?

In dat opzicht lijkt de TU op die Egyptische piramide: als je op de top een emmer water omkiept, duurt het uren voordat je beneden een enkel druppeltje voelt …

Wat ook duidelijk werd, is het feit dat de interne communicatie van heel groot belang is. Onbekend maakt onbemind, zo zegt men. Dat geldt zeker ook voor de TU. Ondanks goedbedoelde pogingen blijft het met de informatievoorziening nu nog tobben. Uiteraard speelt Delta in het geheel een belangrijke rol, maar ook voor dit weekblad zijn de mogelijkheden beperkt. Te vaak heb ik de indruk gekregen dat medewerkers op grond van te weinig of onjuiste inlichtingen een beeld van iets hadden dat op geen enkele wijze in overeenstemming was met de realiteit. Of dat nu over de inkrimpingsoperatie in het verleden ging of over vertrekkende cvb-leden: de informatieverstrekking liet meestal te wensen over.

Opvallend is de aandacht die de TU dit jaar heeft gegeven aan extra ‘reclame’. Ik hoop dat men niet vergeet dat een van de belangrijkste stelregels van marketing is dat goede public relations begint met een goed systeem van internecommunicatie. De introductie van het nieuwe collegelid (uiteraard weet Van Barneveld al wie dat is …) is een goede gelegenheid hier wat aan te doen.

Eén opmerking moet me nog van het hart. Vaak hoorde ik van mijn gesprekspartners dat het cvb andere belangen had dan hun faculteit, hun vakgroep of hun dienst. Ik blijf erbij dat dit een – helaas wijd verspreid – misverstand is. Het belang van de TU is het belang van iedereen. De door mij bepleite verbeterde informatieverstrekking moet dat duidelijk maken.

Het is nog niet zo lang geleden dat binnen de TU veel gesproken werd over het ‘wij-gevoel’. Er werd zelfs een dure externe deskundige ingehuurd, ‘bekend van radio, krant en tv’. Zijn idee is nog uitgevoerd ook: iedereen kreeg op geschept papier de TU-geloofsbelijdenis thuis gestuurd. Het resultaat was inderdaad dat er een ‘wij-gevoel’ ontstond: namelijk ‘zó willen wij het niet’!

Philip van Barneveld

De auteur is tot medio vorig jaar columnist van Delta geweest. Onder het pseudoniem M.A.P. Oosterdag was hij ook buiten-universitair lid van de universiteitsraad. Zijn column had een kip als beeldmerk.

Na een ‘carrière’ van acht jaar aan de TU is de tijd gekomen mijn activiteiten elders te ontplooien. En voordat de deur van de TU-wijk definitief dichtvalt, kijk ik graag nog even om.

Een van de voordelen van mijn baantje hier was dat ik – met een lege dossiermap onder mijn arm – door de hele TU-wijk kon zwerven. Niet alleen merkte ik dat je op deze manier de universiteit echt leert kennen, ook was mijn arbeidsrendement nu van het zelfde niveau als dat van de studenten en het gros van de medewerkers …

Ik herinner me mijn eerste indruk bij mijn omzwervingen: een van lichte schrik. Er werd op de werkvloer vaak heel wat afgemopperd. Nu was ik van mijn vorige baan wel gewend dat niet iedereen de heilzame werking van de ideeën van de staf juichend begroette. Toch moest ik even wennen aan die benadering van veel van mijn gesprekspartners.

Langzamerhand kreeg ik echter door dat mopperen lang niet altijd wijst op ongeïnteresseerdheid of afkeer. De meeste van mijn knorrige praters lieten merken dat ze best betrokken waren bij de instelling: als je ’tussen de woorden door’ luisterde, hoorde je dat de ergernis, de boosheid voortkwamen uit een positieve instelling!

Een aardig voorbeeld. Een van mijn regelmatige discussiepartners, lid van de u-raadsfractie voor Democratisch Beleid en werkzaam bij Elektrotechniek, verbaasde mij steeds weer met zijn onuitputtelijke bron van kritische achterdocht bij alles wat het college van bestuur bedacht. Zelfs als het cvb een borrel aanbood rook hij argwanend aan zijn glas, speurend naar arsenicum of cyaankali … Toch is er geen seconde twijfel aan zijn betrokkenheid !

Door de vele gesprekken kreeg ik begrip voor het ongeduld dat een aantal van mijn gesprekspartners naar voren brachten: op het gebied van personeelsbeleid bijvoorbeeld. Er waren toch vanuit het cvb regels voor functionerings- en beoordelingsgesprekken: waarom werkte dat dan nog zo klunzig?

In dat opzicht lijkt de TU op die Egyptische piramide: als je op de top een emmer water omkiept, duurt het uren voordat je beneden een enkel druppeltje voelt …

Wat ook duidelijk werd, is het feit dat de interne communicatie van heel groot belang is. Onbekend maakt onbemind, zo zegt men. Dat geldt zeker ook voor de TU. Ondanks goedbedoelde pogingen blijft het met de informatievoorziening nu nog tobben. Uiteraard speelt Delta in het geheel een belangrijke rol, maar ook voor dit weekblad zijn de mogelijkheden beperkt. Te vaak heb ik de indruk gekregen dat medewerkers op grond van te weinig of onjuiste inlichtingen een beeld van iets hadden dat op geen enkele wijze in overeenstemming was met de realiteit. Of dat nu over de inkrimpingsoperatie in het verleden ging of over vertrekkende cvb-leden: de informatieverstrekking liet meestal te wensen over.

Opvallend is de aandacht die de TU dit jaar heeft gegeven aan extra ‘reclame’. Ik hoop dat men niet vergeet dat een van de belangrijkste stelregels van marketing is dat goede public relations begint met een goed systeem van internecommunicatie. De introductie van het nieuwe collegelid (uiteraard weet Van Barneveld al wie dat is …) is een goede gelegenheid hier wat aan te doen.

Eén opmerking moet me nog van het hart. Vaak hoorde ik van mijn gesprekspartners dat het cvb andere belangen had dan hun faculteit, hun vakgroep of hun dienst. Ik blijf erbij dat dit een – helaas wijd verspreid – misverstand is. Het belang van de TU is het belang van iedereen. De door mij bepleite verbeterde informatieverstrekking moet dat duidelijk maken.

Het is nog niet zo lang geleden dat binnen de TU veel gesproken werd over het ‘wij-gevoel’. Er werd zelfs een dure externe deskundige ingehuurd, ‘bekend van radio, krant en tv’. Zijn idee is nog uitgevoerd ook: iedereen kreeg op geschept papier de TU-geloofsbelijdenis thuis gestuurd. Het resultaat was inderdaad dat er een ‘wij-gevoel’ ontstond: namelijk ‘zó willen wij het niet’!

Philip van Barneveld

De auteur is tot medio vorig jaar columnist van Delta geweest. Onder het pseudoniem M.A.P. Oosterdag was hij ook buiten-universitair lid van de universiteitsraad. Zijn column had een kip als beeldmerk.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.