Campus

Zonder gat geen donut

De voorlaatste Studium Generale-lezing uit de serie weird science ging over dingen die er niet zijn. Of toch wel? Gaten, stiltes en leegtes. Gerard Janssen en Bas Albers, samen het dj-duo Easy Aloha’s, schreven er een boek over.

Want ‘gaten, leegte en stiltes zijn de bron van diepe inzichten, slap geouwehoer en filosofische paradoxen’, volgens de schrijvers. ‘Even belangrijk als wat er is, is wat er niet is. Het zijn de gaten, tunnels, holen, stiltes en leegtes die het leven kleur geven. Slimheid en creativiteit hebben vaak te maken met oog hebben voor de dingen die er niet zijn. Met afwezigheden kun je rare dingen doen’, stellen de twee in hun boek.
Niet iedereen realiseert het zich, maar gaten zijn ontzettend belangrijk voor de mens, vertelt Janssen. Je wordt uit een gat geboren en verdwijnt in een donkere tunnel met licht aan het einde. Talloze filosofen bogen zich erover, maar feitelijk kom je er nooit uit wat een gat eigenlijk is.
Janssen houdt een donut omhoog. Een donut zonder gat is geen donut, betoogt hij. Maar zeggen dat er een gat in een donut zit, is net zoiets als zeggen dat er een plat stuk ruimte op een pizza ligt. En hoe zit het met een Emmenthaler? Zitten daar gaten in of moet je zeggen dat de kaas geperforeerd is? Er zijn gatenfilosofen die voorstellen om gaten als immateriële dingen te behandelen, voorwerpen die van niks gemaakt zijn. Anderen betogen dat een gat niet kan bestaan zonder een ding. Of dat ze helemaal niet bestaan. Met een toneelstukje laten Janssen en Albers zien hoe lastig het is om gaten weg te redeneren.
Als twee perforatiegaatjes elkaar overlappen, is er dan sprake van één gat of van twee gaten? Een interessante vraag die opspeelde bij de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 2000, toen de uitslag van Florida beslist werd door middel van ponskaarten. Veel stemmers op Al Gore ponsten een gaatje dat soms naast de naam van Pat Buchanan leek te staan. Voor de zekerheid ponsten ze vervolgens een tweevoudig, dus groter gaatje naast de naam van Gore. De stemmen werden na heftige discussie op hoog niveau ongeldig verklaard, waardoor Bush de verkiezingen won. Beweer nu nog maar eens dat gaten geen rol spelen in het menselijk bestaan.
De beamer tovert uiteenlopende plaatjes op het scherm. We zien ultragrote diamantmijnen, openingen van rioleringen, geheime tunnels. Van gaten aan elkaar hangende kunstobjecten, van Guido Geelen. Het gips waarmee een Engelse kunstenares een huis liet vollopen, voordat ze het huis weer afbrak. Het draagbare gat (met hengsel!) van een Franse kunstenaar. Een schilderij van Lucio Fontana die zijn doeken bewerkte met een stanleymes, zodat ze ‘contact maakten met de ruimte voor en achter het schilderij’. Het kan altijd gekker. Er zijn mensen die een gaatje in hun eigen hoofd boren, omdat dat zou helpen tegen depressie doordat de luchtdruk onder je schedel lager wordt. Janssen wil het publiek meegeven dat ‘lege’ ruimte mede beeldbepalend is voor de beleving. “Jan des Bouvrie verplaatst geen bank, hij verandert de vorm van de ruimte.”
In het blokje stiltemuziek wordt het beroemde werk ‘4’33’’ van John Cage uit 1952 gememoreerd. Vier minuten en 33 seconden stilte, om het publiek ervan bewust te maken dat stilte niet bestaat. Componist Mike Batt kreeg in 2002 een proces aan zijn broek van de erven Cage, toen hij achter zijn werkje ‘A Minute’s Silence’ behalve zijn eigen naam – voor de grap – ook die van Cage zette. Ondanks Batts verweer dat zijn nummer in een andere toonsoort was geschreven en een veel complexere structuur had, moest hij enkele tonnen royalty’s afstaan. Stilte is een serieuze zaak. Voordat de bezoekers het gat van de deur opzoeken, sluit Albers de lezing passend af met enkele fragmenten van stiltenummers.

www.easyalohas.com

Heb je de teleurstelling al verwerkt?

“De grootste verwerking heb ik achter de rug. Ik heb wel een tijd nodig om alles een plekje te geven. Dat we niet hebben bereikt wat we voor ogen hadden is een mentale klap. We hebben er toch een paar jaar naartoe gewerkt. Ik voel me nu goed. Het is fijn om weer thuis te zijn, bij mijn vrouw en zoontje.”

Je was erbij toen Nederland in 2004 zilver won. Je wilde nu echt de gouden plak. Is de missie mislukt?

“Mislukt is een groot woord, al hadden we er een ander idee van. We misten de finale op een haar na. Extra teleurstellend omdat we heel goed speelden. Die laatste wedstrijd om het brons, de 6-2 nederlaag tegen Australië, geeft een heel nare nasmaak. Ik had er meer vrede mee gehad als we na een heel goede wedstrijd nét verloren hadden. Het was al met al absoluut een mooie ervaring. Na al die jaren heb ik wel geleerd om te relativeren. Ik heb genoten in China, dat we verloren is alleen onwijs jammer. Het is maar een spelletje, maar je wilt wel graag met een prijs thuiskomen.”

Er waren vier kanshebbers voor goud. Vooraf zei je dat de vorm van de dag doorslaggevend zou zijn. Was dat ook zo?

“De verschillen zijn zo klein, het draait om de details. Tegen Duitsland, in de halve finale, speelden we heel goed. Vlak voor tijd werd het 1-1, door een klein foutje. Dan verlies je op strafballen, wat een loterij is. Heel erg jammer, maar het hoort er bij. Niet iedereen kan winnen.”

Tegen Australië stonden jullie binnen tien minuten met 3-0 achter. Konden jullie het niet meer opbrengen voor brons te gaan, na het missen van de finale?

“We hebben erover gepraat in de groep. Iedereen wilde heel graag brons winnen. Toch stonden we achterin te slapen. We kwamen terug tot 3-2, maar toen het snel 4-2 werd was het gespeeld.”

Er verschenen berichten in de pers over onderlinge verwijten. Sommige spelers zouden niet genoeg het belang beseffen van het toernooi.

“Daar weet ik niets van. Ik denk niet dat mensen dat niet door hebben. We maakten dezelfde cruciale fouten als eerder, op dezelfde cruciale momenten. Het is moeilijk om te controleren, maar ik denk niet dat dat aan de inzet heeft gelegen.”

Je bent nu 29. Blijf je beschikbaar voor Oranje?

“Ik heb in principe aangegeven dat ik twee jaar door wil gaan. Ik ga eerst spreken met de nieuwe bondscoach. Horen wat zijn visie is. Daarna kijk ik verder hoe het loopt.”

Hoe was de ontvangst in Nederland, maandag?

“Heel bijzonder, al wil je als niet-medaillewinnaar eigenlijk snel naar huis. Op Schiphol werden we begroet door brandweer en politie. De bussen die ons naar het Olympisch Stadion in Amsterdam brachten werden begeleid door twee Apache-helikopters. Overal zwaaiende mensen langs de kant. In Beijing leef je in je eigen wereld. Je hebt geen idee hoe mensen het thuis beleven. In het stadion was het ontzettend druk. De mensen waren superenthousiast.”

Begint nu het gewone leven weer?

“De eerste twee weken blijf ik thuis, een beetje rusten. Daarna ga ik weer trainen bij mijn club Bloemendaal. Dan verschijn ik ook weer in Delft.”

Ronald Brouwer. (Foto: Sam Rentmeester/FMAX)

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.