Onderwijs

Zelfstandige kamers stimuleren ‘bizar’

Studentenorganisaties vinden het Landelijk Actieplan Studentenhuisvesting een goede eerste stap, maar missen daarin een stimulans om ook onzelfstandige studentenkamers te bouwen.


Met het actieplan is de komende vier jaar de bouw van zestienduizend extra studentenwoningen mogelijk. Dat komt doordat voortaan kleinere kamers kunnen worden gebouwd, het ombouwen van leegstaande panden gemakkelijker wordt en tijdelijke studentenwoningen langer kunnen worden verhuurd.


Daarnaast hoeven er voortaan minder parkeerplaatsen te komen bij studentenwoningen en gaat een ‘verhuurdersheffing’ van 250 euro per woning niet voor onzelfstandige eenheden gelden.



Volgens de landelijke studentenvakbond LSVb creëert het actieplan veel ruimte om de kamernood aan te pakken, maar zou ook de afgeschafte huurtoeslag voor onzelfstandige kamers opnieuw kunnen worden ingevoerd. Het actieplan stimuleert nu zelfstandige woonruimte, vindt de Delftse studentenvakbond VSSD. “Een bizar punt”, zegt voorzitter Mariska Heidema. “Het tegenovergestelde moet juist gebeuren: onzelfstandige woonruimte stimuleren. Dit is bij de politiek al langer bekend.”

Door ‘perverse prikkels’ daarentegen worden volgens de VSSD nu ten opzichte van studentenhuizen onevenredig veel zelfstandige kamers gebouwd. De huurtoeslag op zelfstandige woningen zou woningcorporaties aansporen duurdere woningen neer te zetten. Hoewel het wat betreft kosten voor de student weinig uitmaakt (juist door die huurtoeslag), worden er minder woningen voor hetzelfde geld gebouwd, meent de VSSD.



Dat de verhuurdersheffing niet voor onzelfstandige woningen zal gelden, doet daar volgens de studentenbonden niets aan af. “Woningcorporaties moeten die verhuurdersheffing betalen, dus kunnen ze minder investeren en komen er minder woningen”, zegt Heidema.



Met het instellen van zogeheten lokale aanjaagteams om studenten bij de huisvesting te betrekken is de VSSD zeer tevreden. In Delft werken gemeente, TU en de Delftse corporaties al samen aan een lokale taskforce studentenhuisvesting.

Hoeveel extra woningen het landelijke actieplan voor Delft kan opleveren, heeft directeur Jan Benschop van huisvester Duwo nog niet becijferd. Nu heeft Duwo er zo’n 2000 in de planning: 1100 in het gebied TU-midden, 600 in de spoorzone en een paar losse projecten waarover nog wordt onderhandeld. “Het zou me niet verbazen als we tegen de TU kunnen zeggen: er komen er nog duizend bij”, zegt Benschop. “Maar het moet natuurlijk in het bestemmingsplan passen.” Omdat de kamers voortaan kleiner mogen worden dan de huidige 28 vierkante meter, zegt Benschop beter in staat te zijn om te bouwen voor de buitenlandse student. “Voor buitenlandse studenten die hier vier jaar zijn, is 28 vierkante meter mooi. Maar als je een half jaar komt en je wilt lage lasten, dan heb je voor een gemeubileerde kamer met een goed bureau en een bed geen 28 vierkante meter nodig.”



Het college van burgemeester en wethouders verwacht in de periode 2010 tot 2014 2200 extra studentenkamers op te leveren. De ambitie is om vijfduizend nieuwe studentenwoningen te hebben gerealiseerd in 2023. “Elke student moet kunnen wonen waar hij studeert”, zegt wethouder Pieter Guldemond. 



Het Landelijk Actieplan Studentenhuisvesting werd donderdag 17 november in de TU Delft Library ondertekend door minister Piet Hein Donner van Binnenlandse Zaken, huisvesters, landelijke studentenvakbond LSVb, kennissteden, hoger onderwijsinstellingen en Vastgoed Belang.

Taizé is een plaatsje in Frankrijk tussen Lyon en Dijon. “De meeste mensen horen ervan via hun kerk of de school als er een reis heen gaat”, vertelt Philippe Van de Loo (18), die in zijn enthousiasme op een prettige manier over zijn woorden struikelt. ‘Daarheen’ betekent: naar de broeders van Taizé. “Een reis van een week, het is een soort pelgrimage geworden. Per week komen er in de zomer vierduizend tot vijfduizend mensen. Allemaal jongeren.”
Ze komen voor iets heel bijzonders. “De broeders hebben een strakke, sobere regelmaat en daar probeer je aan mee te doen. Je hebt het dan over drie vieringen per dag, bijeenkomsten, simpel eten en slapen in een barak en je vindt er rust.”

Van de Loo valt even stil. “Het is moeilijk goed uit te leggen”, zegt hij dan. “Het lijkt heel strak en zo, met de vieringen, maar zo voelt het niet. De dag gaat heel natuurlijk. Er is een open sfeer met jongeren die geloven en jongeren met twijfel over het geloof. Dat kun je delen, ook met de broeders. En ’s avonds is er steeds een geweldig feest met gitaren erbij en zo. Je maakt daar snel vrienden uit heel Europa.”

Nu hij als student rondloopt in de wereld van techniek en natuurwetenschap, die tal van bijbelse waarheden heeft ontkracht, is Van de Loo’s visie op Taizé niet veranderd. “Wat je studeert – techniek of iets anders – maakt niet uit. Het gaat erom of je verdieping zoekt, levensvragen hebt. Ik weet zeker dat er veel techniekstudenten aan Taizé-bijeenkomsten deelnemen.”

De broeders hebben Van de Loo al enkele malen mogen ontvangen. Hij kwam dan ook al vroeg en op een ‘speciale manier’ in contact met Taizé. “Mijn ouders hebben elkaar ontmoet in Taizé.” En dus zet hij zich met hart en ziel als vrijwilliger in om de Europese jongerenontmoeting van 28 december tot en met 1 januari in Sportpaleis Ahoy tot een succes te maken.

“Die Europese bijeenkomst aan het eind van het jaar is er al ongeveer dertig jaar, steeds in een grote stad”, vertelt hij. “Er komen ongeveer dertigduizend jongeren op af. Het gaat om  ontmoeting, inspiratie, gezelligheid. Je ziet ook het patroon van Taizé terug in het programma: drie vieringen per dag, met de eerste in de kerk van de gemeenschap of parochie waar je te gast bent. De andere zijn in Ahoy. Dat vind ik wel mooi. Normaal is Ahoy voor grote concerten en grote evenementen. Dit is ook groot, maar anders. Duizenden jongeren die heel andere liederen zingen en die ook tien minuten stil zijn. Anders dan normaal en tegelijk voelt het goed, juist die rust. Als student neem ik daar nooit de tijd voor, eigenlijk alleen in Taizé.”

De broeders organiseren de bijeenkomst met veel vrijwilligers. “Enkele duizenden”, schetst Van de Loo. “Taizé draait om vrijwilligers. Ook in Frankrijk hebben de meeste mensen die komen een baantje.” De vrijwilligers voor Rotterdam krijgen meer op hun bord. Voor ongeveer dertigduizend mensen moet onderdak worden geregeld bij parochies en kerkelijke gemeenschappen in de regio rond Rotterdam. “Ik help in mijn parochie de bijeenkomst onder de aandacht te brengen en met onderdak regelen voor vierhonderd jongeren. Dat is een hele klus. Hopelijk komen er voldoende gezinnen. Ik wil niet dat jongeren op een matje in een sportzaal moeten liggen.” Wie zich geroepen voelt, kan kijken op de site rkdelft.nl of een mailtje sturen (p.vandeloo@hotmail.com). Ter geruststelling: een simpele slaapplek is voldoende. “En mensen hebben weinig last. De gast heeft een programma en is dus veel weg.” Wie wil meedoen, maakt volgens Van de Loo nog kans. “Kijk maar op taize.fr.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.