De Hogeschool Windesheim heeft de overeenkomst met de LOI opgezegd en gaat waarschijnlijk zelf afstandsonderwijs aanbieden. De samenwerking was te duur, vond de hogeschool.
Dit jaar betaalde de hogeschool 1,7 miljoen euro voor de samenwerking, meldt hogeschoolkrant Hskwin’. Dat vindt Windesheim te duur. Maar de instelling heeft intussen tien jaar ervaring met afstandsonderwijs en wil er waarschijnlijk op eigen kracht mee doorgaan.
Of de hogeschool momenteel verlies maakt op de samenwerking met de LOI, blijft onduidelijk. “We hebben wel eens geprobeerd de kosten en baten op een rij te krijgen”, zegt de coördinator van het afstandsonderwijs van Windesheim. “Dat is niet gelukt.”
De krant memoreert ook de bedroevende resultaten van het afstandsonderwijs. Slechts vijf tot tien procent van de studenten weet de opleiding op tijd af te ronden. Ook het opstarten van de afstandsopleidingen verliep niet vlekkeloos.
Een woordvoerder van de LOI bevestigt dat de instellingen in overleg hebben besloten de samenwerking stop te zetten.
Blinkende espressomachines, koffiezetapparaten met cupjes of pads. Een beetje koffieliefhebber weet niet meer wat het is om losse koffie in een filterzakje te scheppen en daar heet water overheen te gieten. Toch beweert een ambachtelijk koffiebrander in dagblad Trouw van zaterdag 17 april dat dat laatste de koffie het meeste recht doet.
Maar ja, wie wil daar anno 2010 nog aan? Het oog en het oor willen ook wat en de buurman heeft ook zo’n mooie espressomachine staan. Geld speelt blijkbaar geen doorslaggevende rol en ach, wat kan het schelen dat de plastic afvalberg verder groeit van die paar cupjes? Om van de grondstoffen die bij de productie van al die apparaten en toebehoren nodig zijn nog maar te zwijgen.
Moet dat niet anders? Kunnen de beoogde ontwerpers van nog een nieuwe machine niet zeggen: we werken niet meer mee aan de verkwisting als ze wordt gevraagd een product te ontwerpen dat niets wezenlijks meer toevoegt aan de wereld?
Professor product innovation management (Industrieel Ontwerpen) Jan Buijs neemt het op voor de ontwerper. “Veel mensen denken dat het de ontwerper is die besluiten neemt over het wel of niet ontwikkelen van nieuwe producten. Ook denken ze dat de ontwerper primair verantwoordelijk is voor de duurzaamheid van het nieuwe product. In werkelijkheid zijn het de ‘bazen’ van de ontwerper die dit soort beslissingen nemen.”
Buijs doelt op product managers, brand managers of soms de directeur van het bedrijf dat de ontwerper de opdracht geeft een bepaald product te ontwerpen, ‘een opdracht inclusief de eisen waaraan dat product moet voldoen’. “Is de ontwerper in dienst van een onafhankelijk ontwerpbureau, dan geeft de externe opdrachtgever de ontwerper de opdracht om dat bepaalde product, met die specifieke kenmerken, te ontwerpen.”
Natuurlijk is de ontwerper in beide gevallen geen uitvoerende slaaf, voegt Buijs toe. “Zij of hij zal zeker aan de bazen en opdrachtgevers weerwoord moeten geven, maar uiteindelijk is het toch die baas of opdrachtgever die de beslissing neemt. In het uiterste geval kan de ontwerper weigeren de opdracht uit te voeren.” Maar de consequenties zijn dan voor de ontwerper. “Bij een ontwerpbureau gaat de opdracht dan naar een concurrerend bureau, bij een bedrijfsgebonden ontwerper kan hem of haar dat de baan kosten.”
Overigens vraagt Buijs zich af of het waar is dat koffie het beste tot zijn recht komt als het met de hand is gezet. “Ik denk dat als je een Italiaanse barista zou vragen naar de kwaliteit van koffie, hij erg zou afgeven op handmatig gefilterde koffie zoals we die in Nederland zetten. Italiaanse espresso moet uit een mooi opgepoetst, glimmend apparaat komen, waarbij de geluiden die die machine maakt ook een rol spelen bij de beleving van de kwaliteit van het kopje koffie.”
Juist bij zoiets als koffie is de culturele context van essentieel belang, denkt Buijs. Hij vindt het dan ook niet gek dat een producent aan de behoefte van consumenten aan blinkende apparaten wil voldoen.
De verantwoordelijkheid voor het verminderen van verkwisting ligt volgens Buijs voor een groot deel bij diezelfde consument. “Misschien moeten we de consument eens opvoeden tot consuminderen. Maar gezien de commotie die is ontstaan naar aanleiding van de opmerkingen van de Partij voor de Dieren dat een ‘vegetariër in een Hummer milieuvriendelijker is dan een vleeseter in een Toyota Prius’ denk ik dat het lang kan duren voordat de consument anders gaat denken over het eigen consumptiepatroon.”
Dus zullen de nieuw ontworpen koffieapparaten ons om de oren blijven vliegen. En eerlijk is eerlijk: je weet nooit of daar niet eens eentje tussen zit die ouderwets opgegoten koffie zal doen verbleken.
Comments are closed.