Onderwijs

‘Wie zegt dat stemmachines eerlijk werken?’

Wat hebben de verkiezingen voor het Europese parlement vandaag en die voor de studentenraad in mei met elkaar gemeen? Bij beide wordt gebruikgemaakt van moderne technologieën.

Ir. Peter Knoppers, werkzaam bij de sectie verkeerskunde van de faculteit Citg, vindt het blinde vertrouwen in machines een slechte zaak.

Vanwaar uw interesse voor elektronisch stemmen?

“Toen het stemmen met stemcomputers werd ingevoerd, verbaasde ik me er meteen al over dat niemand de integriteit van de uitslag betwijfelde. Je moet maar hopen dat het klopt. Bij stemmen op papier kunnen kiezers het tellen van de stemmen volgen. Bij een computer rolt er in één keer een uitslag uit. Maar wie zegt dat de software eerlijk werkt?”

Dat wordt toch wel gecontroleerd?

“Bij de gemeentes waar de stemmachines staan, heeft niemand verstand van die software. Dat hebben maar een paar mensen bij het bedrijf dat die machines maakt en bij TNO. Er is dus geen geloofwaardige controle mogelijk. Want stel dat het niet klopt. Wie komt daar ooit achter?”

Er gaat toch niemand met die machines knoeien?

“Waarom niet? Er zijn heel veel manieren waarop je zo’n machine kunt laten frauderen. Dat kun je zelfs zo slim doen dat het niet eens uit tests bij TNO naar voren komt. Waar het om gaat, is het blinde vertrouwen. Nu hebben we tenminste nog een regering die we redelijk vertrouwen, maar is dat over tien jaar nog zo?”

Is er een oplossing?

“Een vrij eenvoudige. Na het stemmen met de computer moet hij een kaartje printen met daarop de persoon en de partij waarop de kiezer heeft gestemd. De kiezer moet dat kaartje zelf verifiëren en hem daarna in een ouderwetse stembus gooien. Vervolgens moeten op een aantal plekken in het land steekproefsgewijs deze kaartjes worden geteld. Je ziet dan heel gauw of de uitslag uit de stembussen dezelfde is als die uit de stemmachines is gekomen.”

En stemmen via internet is nog ondoorzichtiger?

“De overheid doet bij deze Europese verkiezingen een dure test met stemmen via internet. Zesduizend Nederlanders die in het buitenland wonen, kunnen gedurende zeven dagen hun stem via internet uitbrengen. Ik vrees dat dit een voorbode is van een landelijke invoering. Internet is heel fraudegevoelig. De verbinding loopt via tientallen pc’s. Daardoor kan het stemgeheim nauwelijks gewaarborgd worden, wat het ronselen van stemmen aanzienlijk vergemakkelijkt. Maar kennelijk vindt niemand dat interessant.”

Maar bij de studentenraadverkiezingen bleek al dat stemmen via internet tot hogere opkomsten kan leiden.

“Dat effect is hier zeker opgetreden, maar de overheid beseft niet wat ze weggooit als ze overstapt op internetstemmen. Ook als je er een paar procent meer kiezers mee kunt trekken, is het het niet waard.”

ce.et.tudelft.nl/~knop/stemmachines/

Peter Knoppers (Foto: Sam Rentmeester/FMAX)

Vanwaar uw interesse voor elektronisch stemmen?

“Toen het stemmen met stemcomputers werd ingevoerd, verbaasde ik me er meteen al over dat niemand de integriteit van de uitslag betwijfelde. Je moet maar hopen dat het klopt. Bij stemmen op papier kunnen kiezers het tellen van de stemmen volgen. Bij een computer rolt er in één keer een uitslag uit. Maar wie zegt dat de software eerlijk werkt?”

Dat wordt toch wel gecontroleerd?

“Bij de gemeentes waar de stemmachines staan, heeft niemand verstand van die software. Dat hebben maar een paar mensen bij het bedrijf dat die machines maakt en bij TNO. Er is dus geen geloofwaardige controle mogelijk. Want stel dat het niet klopt. Wie komt daar ooit achter?”

Er gaat toch niemand met die machines knoeien?

“Waarom niet? Er zijn heel veel manieren waarop je zo’n machine kunt laten frauderen. Dat kun je zelfs zo slim doen dat het niet eens uit tests bij TNO naar voren komt. Waar het om gaat, is het blinde vertrouwen. Nu hebben we tenminste nog een regering die we redelijk vertrouwen, maar is dat over tien jaar nog zo?”

Is er een oplossing?

“Een vrij eenvoudige. Na het stemmen met de computer moet hij een kaartje printen met daarop de persoon en de partij waarop de kiezer heeft gestemd. De kiezer moet dat kaartje zelf verifiëren en hem daarna in een ouderwetse stembus gooien. Vervolgens moeten op een aantal plekken in het land steekproefsgewijs deze kaartjes worden geteld. Je ziet dan heel gauw of de uitslag uit de stembussen dezelfde is als die uit de stemmachines is gekomen.”

En stemmen via internet is nog ondoorzichtiger?

“De overheid doet bij deze Europese verkiezingen een dure test met stemmen via internet. Zesduizend Nederlanders die in het buitenland wonen, kunnen gedurende zeven dagen hun stem via internet uitbrengen. Ik vrees dat dit een voorbode is van een landelijke invoering. Internet is heel fraudegevoelig. De verbinding loopt via tientallen pc’s. Daardoor kan het stemgeheim nauwelijks gewaarborgd worden, wat het ronselen van stemmen aanzienlijk vergemakkelijkt. Maar kennelijk vindt niemand dat interessant.”

Maar bij de studentenraadverkiezingen bleek al dat stemmen via internet tot hogere opkomsten kan leiden.

“Dat effect is hier zeker opgetreden, maar de overheid beseft niet wat ze weggooit als ze overstapt op internetstemmen. Ook als je er een paar procent meer kiezers mee kunt trekken, is het het niet waard.”

ce.et.tudelft.nl/~knop/stemmachines/

Peter Knoppers (Foto: Sam Rentmeester/FMAX)

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.