Onderwijs

Wetenschapsfraude: harder straffen of niet?

Wetenschapsfraude dient harder te worden gestraft, vond een groot deel van een groep studenten voor aanvang van een debat met rector Luyben. Na afloop was de groep niet meer zo stellig.

Luyben voelde meer voor een wat andere formulering: wetenschapsfraude dient harder te worden aangepakt. Intensiever. Want wat is de meest effectieve manier van straffen? “Ik ben daar geen deskundige in.”


Mensen kunnen hun leven beteren, hield Luyben de studenten voor met een voorbeeld uit de TU-praktijk. Zo had een buitenlandse postdoc in een artikel onvoldoende duidelijk gemaakt het werk van een ander te hebben geciteerd. Was de postdoc wel voldoende op de hoogte van wat hier wel en niet kan?


De persoon in kwestie kreeg geen vaste aanstelling bij de TU. “Dat kun je aan de grote klok hangen, maar dat hebben we niet gedaan”, zei Luyben. Iemand kan zijn leven beteren. “Dezelfde wetenschapper wilde jaren daarna opnieuw een betrekking en kreeg wel een dienstverband.”


Maar wetenschapsfraude harder straffen? “Ik weet niet wat mijn antwoord zou zijn”, zei Luyben. Een student vond dat in de wetenschap in ieder geval niet minder hard gestraft moest worden dan in andere sectoren. “Dat geeft een verkeerde uitstraling.”


Mee eens, vond Luyben. Wat hij erg vond was dat er proefschriften waren gebaseerd op de fraude van Diederik Stapel. “Het is belangrijk aandacht te besteden aan benadeelden, niet alleen aan de fraudeur.” Zo was hij ook voor uitbreiding van de Pluk-ze wet, waarbij geld van criminelen wordt afgenomen. “Het Nederlandse wetstelsel zou in zijn algemeenheid intensiever kunnen.”


De bepaling van de strafmaat dan: de TU heeft een commissie wetenschappelijke integriteit die advies uitbrengt aan het college van bestuur. Wetenschappers kunnen vervolgens op non-actief worden gesteld, legde Luyben uit. “Loopt iemand met een pistool rond: ontslaan, op non-actief. Maar ik vind dat het aan de rechter is, niet aan de gemeenschap, om iemand te lynchen.”


Desgevraagd gaf Luyben aan dat de TU ook wel zaken heeft doorgegeven aan het Openbaar Ministerie. “Niet fraude, maar dingen op het gebied van integrale veiligheid.” 


De rector wierp vervolgens de vraag op welk doel straf dient. “Afschrikken? Straf schrikt volstrekt niet af. Mensen denken er op dat moment niet over na”, antwoordde hij zelf.


“De wetenschap wordt niet beter van een harde straf”, zei een student. “Beter is het te kijken naar hoe het kan dat in het peer review systeem vijftig artikelen van Stapel zijn gebaseerd op fraude.”


Stapel komt in de wetenschap niet meer aan de bak, hij heeft zijn doctorstitel ingeleverd, is zijn baan kwijt en zit behoorlijk in de malaise, schetste Luyben. “Ik heb geen medelijden, maar wat moet je er nog meer aan toevoegen voor de maatschappij, de gedupeerden of de wetenschap?”


Als in de wetenschap publiceren of een doctorstitel halen heel belangrijk is, is dat een reden om te gaan frauderen, vond een student. Misschien moest er wat meer op kwaliteit worden gelet in plaats van op kwantiteit? Eens, vond Luyben. “Bijna alle gevallen van wetenschapsfraude komen naar voren door de wetenschap zelf. Ik geloof vooral in culturen beïnvloeden, checks and balances en data herhalen. Repressie en controle is niet altijd het antwoord.”


Daarna gingen er geen vingers meer de lucht in toen de oorspronkelijke stelling werd herhaald: wetenschapsfraude dient harder te worden gestraft.

 

Nieuwsredacteur Connie van Uffelen

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

c.j.c.vanuffelen@tudelft.nl

Comments are closed.