Onderwijs

Wel of geen verplichtingen voor studenten?

Zijn verplichtingen in het wetenschappelijk onderwijs wenselijk? De Delftse studentenraad kaartte het onderwerp ‘verschoolsing’ vorige week maar weer eens aan bij het college van bestuur.


Met zijn eigen evaluatie van de nieuwe curricula nog vers in het geheugen viel de studentenraad (sr) tijdens een vergadering met collegelid Anka Mulder meteen maar met de deur in huis. “Verschoolsing is negatief, studenten moeten ruimte hebben om soft skills te ontwikkelen en zelfstandig te zijn”, zei Jet ten Voorde.


De sr begrijpt dat structuur nodig is. “Maar studieadviseurs en mentoren kunnen daar ook op wijzen” aldus Ten Voorde. “Verplichtingen knellen als een keurslijf. Een voorbeeld is het aantal contacturen bij technische natuurkunde: daar geldt voor eerstejaars studenten een verplichte aanwezigheid van negen tot vijf.”


Of neem de stijgende bachelor-rendementen, een onderwerp dat Mulder vlak daarvoor in dezelfde vergadering had toegelicht. “Er is een verschil in studiesucces en studierendement” zei Ten Voorde. “Negatieve stimulerende prikkels hebben invloed op studenten: het aantal gevallen van studievertraging door overmacht is verdubbeld en studieadviseurs zien veel studenten met klachten over stress.”


Mulder antwoordde dat er bij de TU soms een reflex is om dingen te gaan verplichten, als sprake is van lage rendementen. Daar moet volgens haar wel regie op zijn door opleidingsdirecteuren, zodat er bijvoorbeeld niet tien toetsen worden gegeven voor het ene vak en één voor het andere. “Het is wel goed om te kijken waarom opleidingen dit doen: niet om studenten te pesten, maar om ze succesvoller door het jaar te halen”, aldus Mulder.


De praktijk, zo hield Mulder de sr voor, is dat het aantal studenten dat het bindend studieadvies (bsa) haalt stijgt. Net als het aantal studenten dat zijn propedeuse in één jaar haalt. Maar waarom dan geen positief stimulerende maatregelen inzetten, vroeg de sr zich af. Daar zou de TU meer mee bereiken. Die maatregelen waren er sinds 1970 tot 2010 volop geweest, zei Mulder, maar hadden niet gewerkt. “De gemiddelde studieduur van 7,2 jaar hier is een natuurwet. Ook in 2010. Ik denk dat maatregelen als het bindend studieadvies en de harde knip effect hebben gehad.”


Wel was Mulder het met de sr eens dat studenten die net van het vwo komen meer hulp en structuur kunnen gebruiken dan studenten die in masterfase zitten. En naar stress bij studenten moest zeker worden gekeken. “Het gaat bij rendementen niet alleen om getallen, het gaat om mensen”, beaamde Mulder.


Overigens denkt zij dat er al een behoorlijk omslag onder studenten is om harder te studeren. “Studentenverenigingen dringen er behoorlijk op aan om de bsa-norm van 45 studiepunten te halen. Bij de verenigingen gelden trouwens ook behoorlijk wat verplichtende maatregelen. Laten we daar een balans in vinden.”

 

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.