Campus

Vormgeving die moet verkopen

In het Paviljoen bij Bouwkunde is maandag de expositie ‘It Looks Like it Sounds’ geopend. Onder de gelijknamige titel is een boek uitgekomen over cd-vormgeving van grafisch bureau Fabrique.

Omdat vormgeving de passie en ook de broodwinning is van Jeroen van Erp (1959), Robert Muda (1969) en Pieter Aarts (1966) kan alles wat op hun pad komt verheven worden tot een kunstwerk. Een ouderwets behangetje, een pulpblaadje, een plastic koffertje; het kan allemaal nog wel eens van pas komen. Op dit moment zijn de drie danig onder de indruk van de kerst-cd van Jantje Smit. Niet dat de muziek hun veel doet, maar het artwork des te meer. Van Erp: ,,Perfecte typografie, alles is top. De ontwerper is geen bekende, het moet haast wel een toevalstreffer zijn. Die cd mag in geen verzameling ontbreken.”

Het hoofdkwartier van de drie is in Delft aan de Koornmarkt. Elke ‘afdeling’ heeft z’n eigen ruimte. Boven de zitbank in het kantoor van Van Erp hangt de Anton Corbijn-foto van Miles Davis met de handen voor de ogen. Naast zijn kantoor zitten voornamelijk jonge mensen achter computers. Aan de muur hangt een enorme uitvergroting van een foto met een zittende Naomi Campbell, waarop nog net een stukje van haar slipje te zien is.

Sinds 1991 maakte Van Erp cd-hoesjes voor onder meer Hallo Venray (de ‘navelhoes’), Kinderen voor Kinderen, 2 Meter Sessies en Albert West. In het boek staan de hoogtepunten van de door Fabrique ontworpen ‘verpakkingen voor de muziekindustrie’.


Aura

Van Erp was in 1992 één van de oprichters van Fabrique. Zes jaar later runt hij samen met Pieter Aarts en Robert Muda een bedrijf met achttien personeelsleden en een niet geringe staat van dienst. Enkele opdrachtgevers uit verleden en heden: ABN Amro, Sony Music, Albert Heijn, Gorefest en de RET. Fabrique is zowel thuis in de grafische vormgeving, industrieel ontwerpen als ook in nieuwe media.

Toch ziet Van Erp nog onontgonnen terreinen. ,,Het lijkt me geweldig om de homepage van het koninklijk huis te mogen maken, in samenwerking met de BVD, hahaha. Of het shirt van het Nederlands elftal.” Ook is er iets waar Van Erp van overtuigd is dat hij het beter had gekund: alle platenhoezen van Prince.

De expositie en het boek laten alleen het met muziek verwante werk zien, vanwege de ,,aura rond de muziek”. Daar is Fabrique het bekendst om en daar is het allemaal mee begonnen. Bijna vanzelfsprekend is het eerste plaatje in het boek de hoes van de Hallo Venray-cd ‘The more I laugh, the hornier due gets’ uit 1991. Daarna volgen de hoesjes met namen van bekende en minder bekende acts elkaar op. Veel ontwerpen zijn voor de Nederlandse platenmaatschappij VAN Record Company.

Op de tentoonstelling is een twintigtal ontwerpen van cd-hoezen, en zijn videoclips en homepages te zien, die als overeenkomst hebben dat ze allen ontworpen zijn door Fabrique. Voordat de expositie naar Delft kwam, was deze in oktober en november in Weesp te zien. Behalve het eindresultaat hangen er ook briefjes van opdrachtgevers en dergelijke bij. Die moeten een idee geven van hoe de hoes tot stand is gekomen. Na Delft zal de boel verkassen naar Amsterdam, alwaar het komt te hangen in het Nederlands Popinstituut.
Stijl

Bij Fabrique wordt er getracht elk cd-hoesje apart te benaderen. ,,Iemand als Anton Corbijn maakt mooie foto’s, maar ze zijn direct te herkennen”, aldus Van Erp. De eigen stijl van Fabrique is dus eigenlijk het ontbreken van een eigen stijl geworden. Of zoals Aarts het zegt: ,,We hebben geen eigen stijl, maar een eigen benadering.”

Van Erp studeerde nog in Delft toen hij al bezig was met een productiemaatschappij waardoor hij in aanraking kwam met de band Fatal Flowers. Nadat hij afstudeerde bij industrieel ontwerpen ,,staarde hij zich niet blind op de muziek”. ,,Er is altijd weinig geld voor het hoesje en het moet snel gebeuren. Daarbij is het vaak een overdemocratisch proces; de vriendin van de geluidsman kent nog een fotograaf en weer een ander kan mooi tekenen.”

Maar de ommekeer kwam toen Jan-Douwe Kroeske belde met de vraag of Van Erp een hoes wilde ontwerpen voor zijn 2 Meter Sessies. Van Erp kende Kroeske nog uit zijn ‘Fatal Flowers-tijd’.

Onder de bedrijfstaknaam ‘Entertaiment Graphics’ heeft Fabrique nu een dikke honderdvijftig hoesjes op zijn naam staan. Van Erp is nu in de positie gekomen dat er ,,serieus geluisterd wordt naar gekke ideeën” en er nog wat verdiend kan worden ook.

Dat het cd-hoesje zo klein is, vergeleken met de inmiddels ouderwetse lp-hoes, vinden Van Erp, Muda en Aarts niet erg. Er zijn nog genoeg mogelijkheden om een cd te verpakken. ,,Je hoort nooit iemand zeuren over dat de postzegel te klein is”, citeert Aarts vrijwel letterlijk uit het voorwoord van Fabrique’s boek. ,,Toen de cd net bestond werden de platenhoezen gewoon verkleind tot cd-hoesje; dat werd wel lelijk”, aldus Aarts. Nu houden de ontwerpers er gewoon rekening mee als ze met een klus beginnen. Wat wel onoverkomelijk is dat ,,de platenhoes naar karton ruikt en een cd in een plastic doosje zit”, aldus Van Erp.

Van Erp vindt de kracht van Fabrique dat de goede eigenschappen van de industrieel ontwerper en de grafisch vormgever optimaal benut worden. ,,Het is de kunst iets te maken wat goed is, mooi is èn ook publieksvriendelijk”, luiden de wijze woorden van Van Erp. In Nederland is het volgens hem niet gebruikelijk dat één bedrijf de buitengevels van een winkelketen, het hoesje van een band, het interieur van een bus en de homepage van een bank maakt. ,,In Engeland bijvoorbeeld, is dat heel normaal.”

Ook al is een opleiding tot industrieel ontwerpen wellicht handig voor het maken van cd-hoesjes, de liefde voor muziek blijkt eeneerste vereiste. Vandaar ook de titel: ‘It Looks Like It Sounds’. En dat Van Erp een muziekliefhebber was, en nog steeds is, blijkt wel uit het feit dat hij tijdens de opening van de tentoonstelling binnnen de kortste keren zelf achter de draaitafel stond om het geheel van passende muziek te voorzien.

‘It Looks Like it Sounds’; t/m 27 maart; op werkdagen iedere pauze in het Paviljoen.

,,,,,

Omdat vormgeving de passie en ook de broodwinning is van Jeroen van Erp (1959), Robert Muda (1969) en Pieter Aarts (1966) kan alles wat op hun pad komt verheven worden tot een kunstwerk. Een ouderwets behangetje, een pulpblaadje, een plastic koffertje; het kan allemaal nog wel eens van pas komen. Op dit moment zijn de drie danig onder de indruk van de kerst-cd van Jantje Smit. Niet dat de muziek hun veel doet, maar het artwork des te meer. Van Erp: ,,Perfecte typografie, alles is top. De ontwerper is geen bekende, het moet haast wel een toevalstreffer zijn. Die cd mag in geen verzameling ontbreken.”

Het hoofdkwartier van de drie is in Delft aan de Koornmarkt. Elke ‘afdeling’ heeft z’n eigen ruimte. Boven de zitbank in het kantoor van Van Erp hangt de Anton Corbijn-foto van Miles Davis met de handen voor de ogen. Naast zijn kantoor zitten voornamelijk jonge mensen achter computers. Aan de muur hangt een enorme uitvergroting van een foto met een zittende Naomi Campbell, waarop nog net een stukje van haar slipje te zien is.

Sinds 1991 maakte Van Erp cd-hoesjes voor onder meer Hallo Venray (de ‘navelhoes’), Kinderen voor Kinderen, 2 Meter Sessies en Albert West. In het boek staan de hoogtepunten van de door Fabrique ontworpen ‘verpakkingen voor de muziekindustrie’.


Aura

Van Erp was in 1992 één van de oprichters van Fabrique. Zes jaar later runt hij samen met Pieter Aarts en Robert Muda een bedrijf met achttien personeelsleden en een niet geringe staat van dienst. Enkele opdrachtgevers uit verleden en heden: ABN Amro, Sony Music, Albert Heijn, Gorefest en de RET. Fabrique is zowel thuis in de grafische vormgeving, industrieel ontwerpen als ook in nieuwe media.

Toch ziet Van Erp nog onontgonnen terreinen. ,,Het lijkt me geweldig om de homepage van het koninklijk huis te mogen maken, in samenwerking met de BVD, hahaha. Of het shirt van het Nederlands elftal.” Ook is er iets waar Van Erp van overtuigd is dat hij het beter had gekund: alle platenhoezen van Prince.

De expositie en het boek laten alleen het met muziek verwante werk zien, vanwege de ,,aura rond de muziek”. Daar is Fabrique het bekendst om en daar is het allemaal mee begonnen. Bijna vanzelfsprekend is het eerste plaatje in het boek de hoes van de Hallo Venray-cd ‘The more I laugh, the hornier due gets’ uit 1991. Daarna volgen de hoesjes met namen van bekende en minder bekende acts elkaar op. Veel ontwerpen zijn voor de Nederlandse platenmaatschappij VAN Record Company.

Op de tentoonstelling is een twintigtal ontwerpen van cd-hoezen, en zijn videoclips en homepages te zien, die als overeenkomst hebben dat ze allen ontworpen zijn door Fabrique. Voordat de expositie naar Delft kwam, was deze in oktober en november in Weesp te zien. Behalve het eindresultaat hangen er ook briefjes van opdrachtgevers en dergelijke bij. Die moeten een idee geven van hoe de hoes tot stand is gekomen. Na Delft zal de boel verkassen naar Amsterdam, alwaar het komt te hangen in het Nederlands Popinstituut.
Stijl

Bij Fabrique wordt er getracht elk cd-hoesje apart te benaderen. ,,Iemand als Anton Corbijn maakt mooie foto’s, maar ze zijn direct te herkennen”, aldus Van Erp. De eigen stijl van Fabrique is dus eigenlijk het ontbreken van een eigen stijl geworden. Of zoals Aarts het zegt: ,,We hebben geen eigen stijl, maar een eigen benadering.”

Van Erp studeerde nog in Delft toen hij al bezig was met een productiemaatschappij waardoor hij in aanraking kwam met de band Fatal Flowers. Nadat hij afstudeerde bij industrieel ontwerpen ,,staarde hij zich niet blind op de muziek”. ,,Er is altijd weinig geld voor het hoesje en het moet snel gebeuren. Daarbij is het vaak een overdemocratisch proces; de vriendin van de geluidsman kent nog een fotograaf en weer een ander kan mooi tekenen.”

Maar de ommekeer kwam toen Jan-Douwe Kroeske belde met de vraag of Van Erp een hoes wilde ontwerpen voor zijn 2 Meter Sessies. Van Erp kende Kroeske nog uit zijn ‘Fatal Flowers-tijd’.

Onder de bedrijfstaknaam ‘Entertaiment Graphics’ heeft Fabrique nu een dikke honderdvijftig hoesjes op zijn naam staan. Van Erp is nu in de positie gekomen dat er ,,serieus geluisterd wordt naar gekke ideeën” en er nog wat verdiend kan worden ook.

Dat het cd-hoesje zo klein is, vergeleken met de inmiddels ouderwetse lp-hoes, vinden Van Erp, Muda en Aarts niet erg. Er zijn nog genoeg mogelijkheden om een cd te verpakken. ,,Je hoort nooit iemand zeuren over dat de postzegel te klein is”, citeert Aarts vrijwel letterlijk uit het voorwoord van Fabrique’s boek. ,,Toen de cd net bestond werden de platenhoezen gewoon verkleind tot cd-hoesje; dat werd wel lelijk”, aldus Aarts. Nu houden de ontwerpers er gewoon rekening mee als ze met een klus beginnen. Wat wel onoverkomelijk is dat ,,de platenhoes naar karton ruikt en een cd in een plastic doosje zit”, aldus Van Erp.

Van Erp vindt de kracht van Fabrique dat de goede eigenschappen van de industrieel ontwerper en de grafisch vormgever optimaal benut worden. ,,Het is de kunst iets te maken wat goed is, mooi is èn ook publieksvriendelijk”, luiden de wijze woorden van Van Erp. In Nederland is het volgens hem niet gebruikelijk dat één bedrijf de buitengevels van een winkelketen, het hoesje van een band, het interieur van een bus en de homepage van een bank maakt. ,,In Engeland bijvoorbeeld, is dat heel normaal.”

Ook al is een opleiding tot industrieel ontwerpen wellicht handig voor het maken van cd-hoesjes, de liefde voor muziek blijkt eeneerste vereiste. Vandaar ook de titel: ‘It Looks Like It Sounds’. En dat Van Erp een muziekliefhebber was, en nog steeds is, blijkt wel uit het feit dat hij tijdens de opening van de tentoonstelling binnnen de kortste keren zelf achter de draaitafel stond om het geheel van passende muziek te voorzien.

‘It Looks Like it Sounds’; t/m 27 maart; op werkdagen iedere pauze in het Paviljoen.

Omdat vormgeving de passie en ook de broodwinning is van Jeroen van Erp (1959), Robert Muda (1969) en Pieter Aarts (1966) kan alles wat op hun pad komt verheven worden tot een kunstwerk. Een ouderwets behangetje, een pulpblaadje, een plastic koffertje; het kan allemaal nog wel eens van pas komen. Op dit moment zijn de drie danig onder de indruk van de kerst-cd van Jantje Smit. Niet dat de muziek hun veel doet, maar het artwork des te meer. Van Erp: ,,Perfecte typografie, alles is top. De ontwerper is geen bekende, het moet haast wel een toevalstreffer zijn. Die cd mag in geen verzameling ontbreken.”

Het hoofdkwartier van de drie is in Delft aan de Koornmarkt. Elke ‘afdeling’ heeft z’n eigen ruimte. Boven de zitbank in het kantoor van Van Erp hangt de Anton Corbijn-foto van Miles Davis met de handen voor de ogen. Naast zijn kantoor zitten voornamelijk jonge mensen achter computers. Aan de muur hangt een enorme uitvergroting van een foto met een zittende Naomi Campbell, waarop nog net een stukje van haar slipje te zien is.

Sinds 1991 maakte Van Erp cd-hoesjes voor onder meer Hallo Venray (de ‘navelhoes’), Kinderen voor Kinderen, 2 Meter Sessies en Albert West. In het boek staan de hoogtepunten van de door Fabrique ontworpen ‘verpakkingen voor de muziekindustrie’.


Aura

Van Erp was in 1992 één van de oprichters van Fabrique. Zes jaar later runt hij samen met Pieter Aarts en Robert Muda een bedrijf met achttien personeelsleden en een niet geringe staat van dienst. Enkele opdrachtgevers uit verleden en heden: ABN Amro, Sony Music, Albert Heijn, Gorefest en de RET. Fabrique is zowel thuis in de grafische vormgeving, industrieel ontwerpen als ook in nieuwe media.

Toch ziet Van Erp nog onontgonnen terreinen. ,,Het lijkt me geweldig om de homepage van het koninklijk huis te mogen maken, in samenwerking met de BVD, hahaha. Of het shirt van het Nederlands elftal.” Ook is er iets waar Van Erp van overtuigd is dat hij het beter had gekund: alle platenhoezen van Prince.

De expositie en het boek laten alleen het met muziek verwante werk zien, vanwege de ,,aura rond de muziek”. Daar is Fabrique het bekendst om en daar is het allemaal mee begonnen. Bijna vanzelfsprekend is het eerste plaatje in het boek de hoes van de Hallo Venray-cd ‘The more I laugh, the hornier due gets’ uit 1991. Daarna volgen de hoesjes met namen van bekende en minder bekende acts elkaar op. Veel ontwerpen zijn voor de Nederlandse platenmaatschappij VAN Record Company.

Op de tentoonstelling is een twintigtal ontwerpen van cd-hoezen, en zijn videoclips en homepages te zien, die als overeenkomst hebben dat ze allen ontworpen zijn door Fabrique. Voordat de expositie naar Delft kwam, was deze in oktober en november in Weesp te zien. Behalve het eindresultaat hangen er ook briefjes van opdrachtgevers en dergelijke bij. Die moeten een idee geven van hoe de hoes tot stand is gekomen. Na Delft zal de boel verkassen naar Amsterdam, alwaar het komt te hangen in het Nederlands Popinstituut.
Stijl

Bij Fabrique wordt er getracht elk cd-hoesje apart te benaderen. ,,Iemand als Anton Corbijn maakt mooie foto’s, maar ze zijn direct te herkennen”, aldus Van Erp. De eigen stijl van Fabrique is dus eigenlijk het ontbreken van een eigen stijl geworden. Of zoals Aarts het zegt: ,,We hebben geen eigen stijl, maar een eigen benadering.”

Van Erp studeerde nog in Delft toen hij al bezig was met een productiemaatschappij waardoor hij in aanraking kwam met de band Fatal Flowers. Nadat hij afstudeerde bij industrieel ontwerpen ,,staarde hij zich niet blind op de muziek”. ,,Er is altijd weinig geld voor het hoesje en het moet snel gebeuren. Daarbij is het vaak een overdemocratisch proces; de vriendin van de geluidsman kent nog een fotograaf en weer een ander kan mooi tekenen.”

Maar de ommekeer kwam toen Jan-Douwe Kroeske belde met de vraag of Van Erp een hoes wilde ontwerpen voor zijn 2 Meter Sessies. Van Erp kende Kroeske nog uit zijn ‘Fatal Flowers-tijd’.

Onder de bedrijfstaknaam ‘Entertaiment Graphics’ heeft Fabrique nu een dikke honderdvijftig hoesjes op zijn naam staan. Van Erp is nu in de positie gekomen dat er ,,serieus geluisterd wordt naar gekke ideeën” en er nog wat verdiend kan worden ook.

Dat het cd-hoesje zo klein is, vergeleken met de inmiddels ouderwetse lp-hoes, vinden Van Erp, Muda en Aarts niet erg. Er zijn nog genoeg mogelijkheden om een cd te verpakken. ,,Je hoort nooit iemand zeuren over dat de postzegel te klein is”, citeert Aarts vrijwel letterlijk uit het voorwoord van Fabrique’s boek. ,,Toen de cd net bestond werden de platenhoezen gewoon verkleind tot cd-hoesje; dat werd wel lelijk”, aldus Aarts. Nu houden de ontwerpers er gewoon rekening mee als ze met een klus beginnen. Wat wel onoverkomelijk is dat ,,de platenhoes naar karton ruikt en een cd in een plastic doosje zit”, aldus Van Erp.

Van Erp vindt de kracht van Fabrique dat de goede eigenschappen van de industrieel ontwerper en de grafisch vormgever optimaal benut worden. ,,Het is de kunst iets te maken wat goed is, mooi is èn ook publieksvriendelijk”, luiden de wijze woorden van Van Erp. In Nederland is het volgens hem niet gebruikelijk dat één bedrijf de buitengevels van een winkelketen, het hoesje van een band, het interieur van een bus en de homepage van een bank maakt. ,,In Engeland bijvoorbeeld, is dat heel normaal.”

Ook al is een opleiding tot industrieel ontwerpen wellicht handig voor het maken van cd-hoesjes, de liefde voor muziek blijkt eeneerste vereiste. Vandaar ook de titel: ‘It Looks Like It Sounds’. En dat Van Erp een muziekliefhebber was, en nog steeds is, blijkt wel uit het feit dat hij tijdens de opening van de tentoonstelling binnnen de kortste keren zelf achter de draaitafel stond om het geheel van passende muziek te voorzien.

‘It Looks Like it Sounds’; t/m 27 maart; op werkdagen iedere pauze in het Paviljoen.