Onderwijs

Veiliger fietsen op Mekelpark

Fietsen op de fietspaden van het Mekelpark wordt veiliger. De afdeling Facilitair Management en Vastgoed (FMVG) gaat onder meer de bochten van de haaks op elkaar staande paden beter berijdbaar maken.

Aanleiding zijn klachten van medewerkers en studenten. Eind vorige week stelde Louise Clement van de studentenraad (sr) de veiligheid van het Mekelpark aan de orde tijdens de vergadering van de sr met het college van bestuur (cvb). Clement maakte eerder dit jaar een zware val vlak bij EWI en schreef daarover in Delta 38 een opinie-artikel.

In de vergadering vroeg Clement zich af of het Mekelpark veilig is. Ze wees op de scherpe hoeken die de fietspaden maken, het ontbreken van verkeersborden, de slechte afwatering op de paden en de verraderlijke wind rond de hoogbouw bij EWI.

Vorige week liet collegelid Paul Rullmann in een interview in Delta al gekscherend weten dat er eigenlijk een windscherm zou moeten komen bij het fietspad voor EWI, omdat studenten daar regelmatig ‘tegen het asfalt gevouwen worden’ en dat ‘talent kost’. Hij liet in de vergadering weten het Mekelpark niet onveilig te vinden, ‘maar je moet wel niet-anarchistisch fietsen en goed uitkijken’. Rullmann wees erop dat de huidige inrichting van het Mekelpark tijdelijk is vanwege de aan te leggen tramlijn 19. Hij meldde daarnaast dat hij FMVG al had gevraagd naar de situatie te kijken.

Raymond Hartman van FMVG stelt dat, ondanks dat de inrichting tijdelijk is, wordt gewerkt aan het verbeteren van de veiligheidssituatie. Om de bochten beter berijdbaar te maken wordt gedacht aan het wat terughalen van de stenen en betonblokken die auto’s moeten weren van het fietspad.

Volgens Hartman is het niet de bedoeling om verkeerborden en haaientanden aan te brengen. “De normale verkeersregels gelden.” Wel wordt gekeken naar de afwatering op de paden. “We hebben al op enkele plaatsen de drainage verbeterd, maar zo nodig pakken we meer plekken aan als de afwatering er problematisch is.”

Het is prettig dat mijn column gretig aftrek vindt. Naast veel lof ontvang ik soms boze reacties. Vooral religieuze zieltjes blijken snel gekwetst. Ik moet dan altijd denken aan Bill Hicks, die eens na een voorstelling werd aangesproken door een groep rednecks: ‘Hey buddy, we’re Christians, we don’t like what you said.”Then forgive me’, zei Bill.
Marc de Vries begint zijn repliek op mijn column met: ‘God kan Zichzelf prima verdedigen.’ Hoe weet hij dat zo stellig? Volgaarne ontvang ik een reactie van die god van Marc, maar ik vrees dat ik dan lang kan wachten. Ook ben ik heel benieuwd naar de reactie van die god op de wijze waarop Marc de Vries meent voor hem in de bres te moeten springen. Als kleine jongen haalde ik het niet in mijn hoofd om voor mijn beurt te spreken en mijn vader ‘te hulp’ te komen. Marc de Vries klimt echter schaamteloos op de troon van zijn god. Als dat diezelfde god van het oude testament is, dan loopt het vast slecht af met Marc de Vries. én met zijn nageslacht tot in de derde generatie. Want de god van het oude testament nam geen halve maatregelen.
Gek genoeg mag ik gewoon verder leven. Maar dit terzijde. Ik probeer een pittige polemiek in gang te zetten, maar mijn tegenstander haalt er god en zijn ouwe moer bij. Hij prijst (of verwijt) mij dat mijn woorden die van Auguste Comte hadden kunnen zijn. Dat hij de wijze Auguste met een extra ‘p’ in zijn achternaam bedeelt, zet zijn argument niet echt kracht bij. Maar dit terzijde.
Wetenschapsfilosofie lijkt me een boeiende bezigheid. Volgens de alwetende Wikipedia is wetenschapsfilosofie ‘het onderdeel van de filosofie dat de filosofische basis, vooronderstellingen en consequenties van de wetenschap bestudeert.’ Marc de Vries is hoogleraar reformatorische wetenschapsfilosofie. Volgens diezelfde Wikipedia is dat ‘een filosofische stroming die de Bijbel, als door God gegeven openbaring, als gezaghebbend aanvaardt.’ In de reformatorische filosofie worden dus niet de vooronderstellingen van de wetenschap bestudeerd. De bijbel wordt simpelweg blindelings voor waar aangenomen. Dit heeft natuurlijk niets met wetenschap te maken. Vervang ‘Bijbel’ door ‘smurfen’ en ‘God’ door ‘Peyo’ en je ziet hoe belachelijk dit is. Marc de Vries en al die andere stumpers die god en de bijbel nodig hebben om hun leven zin te geven, mogen niet verwachten dat rationeel denkende mensen een imaginaire god met meer gezag bedelen dan de smurfen. Want god is net zo reëel als de grote smurf. Dat god toevallig iets eerder bedacht is dan de grote smurf legt geen gewicht in de schaal. Want de christelijke god was ook niet de eerste menselijke fabulatie.
Marc de Vries ervaart een déjà vu, want hij herinnert zich een column die ik vier jaar geleden schreef. Naar aanleiding daarvan kreeg ik helaas geen reactie van Marc of van god. Maar nu wel (alleen van Marc). Die column van 3 februari 2005 besloot ik met de woorden ‘Stel je voor dat de TU Delft colleges faciliteert waarin wordt besproken hoe een christelijke visie doorwerkt in de nanotechnologie. Of colleges waarin wordt gevraagd: is er zoiets als een christelijke opvatting over wetenschappelijk onderzoek? Daar moet je toch niet aan denken?’ Het is heel vermakelijk dat Marc de Vries opmerkt dat die colleges er al zijn. Duh! (Merriam-Webster:  ‘duh – used derisively to indicate that something just stated is all too obvious or self-evident’) Die colleges waren er al op het moment dat ik die column schreef, en juist dáárom maakte ik die opmerking. Te subtiel blijkbaar, want ik heb er verder nooit iemand over gehoord. Het leek me een nette manier om deze uitwas aan de orde te stellen. Netter dan bijvoorbeeld: ‘Tot mijn verbijstering loopt er op de TU Delft een hoogleraar reformatorische wijsbegeerte rond – ‘een filosofische stroming die de Bijbel, als door God gegeven openbaring, als gezaghebbend aanvaardt’. Die leerstoel moet een vergissing zijn. Ik roep daarom het college van bestuur op om deze vergissing onmiddellijk te rectificeren en de poten onder deze absurde leerstoel vandaan te zagen.’ Dat heb ik toen niet geschreven. Maar nu wel.

Dap Hartmann is astronoom en columnist van Delta. Hij is werkzaam als docent bij de faculteit Techniek, Bestuur en Management.

Aanleiding zijn klachten van medewerkers en studenten. Eind vorige week stelde Louise Clement van de studentenraad (sr) de veiligheid van het Mekelpark aan de orde tijdens de vergadering van de sr met het college van bestuur (cvb). Clement maakte eerder dit jaar een zware val vlak bij EWI en schreef daarover in Delta 38 een opinie-artikel.

In de vergadering vroeg Clement zich af of het Mekelpark veilig is. Ze wees op de haakse aansluitingen van de fietspaden, het ontbreken van verkeersborden, de slechte afwatering op de paden en de verraderlijke wind rond de hoogbouw bij EWI.

Vorige week liet collegelid Paul Rullmann in een interview in Delta al gekscherend weten dat er eigenlijk een windscherm zou moeten komen bij het fietspad voor EWI, omdat studenten daar regelmatig ‘tegen het asfalt gevouwen worden’. Dat vindt hij onwenselijk omdat ‘het talent kost’.

Rullmann liet in de vergadering weten het Mekelpark niet onveilig te vinden, ‘maar je moet wel niet-anarchistisch fietsen en goed uitkijken’. Hij wees erop dat de huidige inrichting van het Mekelpark tijdelijk is vanwege de aan te leggen tramlijn 19. Hij meldde daarnaast dat hij FMVG al had gevraagd naar de situatie te kijken.

Raymond Hartman van FMVG stelt dat, ondanks dat de inrichting tijdelijk is, wordt gewerkt aan het verbeteren van de veiligheidssituatie. Om de bochten beter berijdbaar te maken wordt gedacht aan het wat terughalen van de stenen en betonblokken die auto’s moeten weren van het fietspad.

Volgens Hartman is het niet de bedoeling om verkeerborden en haaientanden aan te brengen. “De normale verkeersregels gelden.” Wel wordt gekeken naar de afwatering op de paden. “We hebben al op enkele plaatsen de drainage verbeterd, maar zo nodig pakken we meer plekken aan als de afwatering er problematisch is.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.