Tussenstand – Drinkwatersimulator

r. Luuk Rietveld (faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen, afdeling gezondheidstechniek)
Onderwerp: Simulator voor drinkwaterzuivering
Tussenstand: Halverwege

“Van een proces dat vierentwintig uur per dag bemand wordt, is de drinkwatervoorziening in Noord-Holland naar een volledige onbemande procesvoering gegaan. De zogenaamde operation supervisors houden zich alleen nog met de bedrijfsvoering bezig. Daardoor weten ze steeds minder goed hoe alles precies werkt. Met mijn simulator Waterspot kunnen zij oefenen. Waterspot is vergelijkbaar met een vliegsimulator voor piloten.
De simulator is gebaseerd op modellen. Ik ontwikkel ongelijksoortige modellen, zoals een waterkwaliteitmodel en een hydraulisch model. Het eerste voorspelt onder meer de kwaliteit van het water, de doseringen en de looptijden van filters. Het tweede gaat de verdeling van het water over de zuiveringinstallatie na. Daarnaast ontwerp ik nog een controlemodel. Dat is een kopie van alle regelingen. Bij de waterzuivering staan overal computers met regelingen.
In de toekomst zou men ook software updates kunnen testen met de simulator. Dat is belangrijk, omdat op dit moment veel urgente alarmen worden veroorzaakt door updates. Traditioneel wordt de software getest bij de fabrikant, maar in plaats daarvan willen wij de software virtueel testen in de simulator. Dan zouden we fouten uit het systeem kunnen halen.
Daarnaast kan de simulator het proces optimaliseren. Mijn modellen hebben namelijk een voorspellende waarde. Als je weet dat het over honderd dagen misgaat, omdat de waterkwaliteit dan te wensen overlaat, kun je pro-actief ingrijpen. De simulator kan ook laten zien dat bepaalde metingen niet goed gekalibreerd zijn. Als het model iets voorspelt en de meetinstrumenten wijken daar vanaf, dan moet je de instrumenten verifiëren. De modellen kloppen soms beter dan de metingen.
Ik weet dat er veel behoefte is aan Waterspot. Ik werk twee dagen als teamleider bij Provinciaal Waterleidingbedrijf Noord-Holland (PWN). Ik zie op de werkvloer hoe belangrijk de simulator kan zijn. Ik kan aan de TU Delft, waar ik drie dagen werk, profiteren van de hoogwaardige kennis van modellen van andere promovendi. Dat is echt goud waard.
Ik moest in het begin wel wennen als promovendus. Bij PWN is de tijdschaal veel korter en rond je iets af. Als promovendus zit je op een onzeker traject. Je kunt er niet vanuit gaan dat als dit gebeurt, dat volgt. Ik ben geen toptalent als promovendus, het komt mij niet aanwaaien. Ik maak relatief veel uren. Maar de diepgang van het werk in Delft spreekt mij zeer aan. Als ik klaar ben, blijf ik in ieder geval nog een tijd bij PWN werken. Ik wil ze terugbetalen voor deze kans die zij mij hebben gegeven.”

Henneke de Boer, een van de organisatoren van het Design in Delft-festival, fietste tijdens haar studententijd geregeld door Delft met de prangende vraag wat er achter de Delftse gevels schuil ging. “In 1996 studeerde ik een jaar Bouwkunde en reed geregeld langs een gevel met veel Jugendstil-details. Dat fascineerde mij mateloos en ik heb me altijd afgevraagd hoe het er binnen zou uitzien. En ik bleek niet de enige, want iedereen die ik over dat huis sprak, wilde het weten.” 

Jaren later is het zover. Tijdens de architectuurtocht ‘Gluren bij de buren’, een onderdeel van Design in Delft, opent de eigenaar van het pand zijn deuren voor bezoekers. “Het was erg leuk om er nu, na al die jaren, binnen te mogen kijken”, zegt De Boer. “In Delft zijn Jugendstil-huizen heel zeldzaam. Binnen is heel mooi glas in lood te zien en er zitten allerlei krullen in het houtwerk. De eigenaar heeft het huis uit 1900 erg mooi gerenoveerd.”
‘Gluren bij de buren’ neemt je mee langs panden die creatief met hun ruimte omgaan. Zo voert de tocht langs een kerk waar een woonhuis van is gemaakt en langs drie kleine pandjes die zijn samengevoegd. “Daar heb ik ook vaak voor gestaan en gedacht dat het binnen heel kneuterig moest zijn”, zegt De Boer. “Maar eenmaal binnen blijkt het een mooie grote ruimte. Niks kneuterig. Je verwacht dat helemaal niet als je voor de gevel staat. En dat is erg verrassend voor de bezoekers.”

Het Delft in Design-festival wil bewoners van Delft graag laten zien hoe verrassend Delfts design is. “Delftenaren weten bijna niets van Delfts design”, zegt organisator Ineke Hulshof. “We hebben een schat aan design hier in de stad, die helaas vrijwel onzichtbaar is voor de bewoners. Iedereen kent Delfts blauw, maar Delfts design kent bijna niemand. En dat terwijl er een grote, belangrijke universiteit in deze stad zit”, zegt Hulshof. “Met dit festival willen we iedereen kennis laten maken met design en woningen laten zien waar je anders nooit binnenkomt.”

Wie honger heeft kan eten in industriële monumenten en tijdens het diner uitleg krijgen over de bijzondere panden. De architect van restaurant De Waag aan de Markt vertelt bijvoorbeeld over de bijzondere geschiedenis van het gebouw. Hij wijst tussen voor- en hoofdgerecht op kenmerkende details, zoals de herkenningspunten van het theater dat vroeger in het restaurant zat.

In het Techniek Ontmoetings Punt aan de Hyppolitusbuurt staan verschillende jonge Delftse ontwerpers. Bezoekers kunnen luchtgitaar spelen op het ontwerp van TU-alumnus Ronald Mannak of luisteren naar het verhaal achter het tijdelijke gebouw van bouwkunde. Bouwkunde-alumnus Diederik Fokkema kreeg samen met collega’s de opdracht om het oude hoofdgebouw om te toveren in de nieuwe bouwkundefaculteit. “Die opdracht was een snelkookpan voor ontwerpers”, zegt Fokkema, die op donderdagavond 2 oktober een lezing geeft over de verbouwing. “Je hebt heel weinig tijd om na te denken. Daarom was er geen tijd voor twijfels en moesten we meteen knopen doorhakken.”
Het leverde fascinerende keuzes op. “We wilden een spetterende basis en kozen daarom voor frambozenrood tapijt in de faculteit. Normaal gesproken zou je nooit zo snel voor zo’n heftige kleur kiezen, maar ga je piekeren over of het tapijt wel goed schoon te maken is en of het wel een verstandige kleur is. Nu niet. En dat heeft goed uitgepakt, want iedereen is razend enthousiast over de kleur.” 

Design in Delft festival, tot en met 6 oktober. Aanmelden:designindelft@gmail.com
www.delftdesign.nl