In 2006 moet de ‘kleine kwaliteit’ op de TU door studenten in interne en externe enquètes met een acht worden gewaardeerd.
JOOST PANHUYSEN
Voldoende werkplekken. De nakijktijd van tentamens. Het efficiënt inroosteren van tentamens. ‘Kleine kwaliteit’ kent vele gezichten. De kleine kwaliteit op de TU Delft moet beter, concludeerde vorig jaar de commissie-Rullmann. Die kwaliteit is bepalend voor hoe met name eerstejaars de universiteit ervaren.
De onlangs gestarte werkgroep logistieke kwaliteit heeft een meetbaar doel voor ogen: over twee jaar moet de kleine kwaliteit in publicaties als de Elsevier-enquète en de Keuzegids voor Hoger Onderwijs een acht scoren.
“De term kleine kwaliteit suggereert ten onrechte dat het gaat om zaken van marginaal belang”, legt voorzitter Trijntje Kraak uit. “Daarom kozen we voor de term logistieke kwaliteit.” Kraak is door de TU Delft benaderd ‘omdat men graag iemand met een frisse kijk wilde’. Op de Hogeschool Holland gaf ze leiding aan een vergelijkbaar project.
De werkgroep logistiek kwaliteit is geen vrijblijvende praatclub, benadrukt Kraak. Waar de logistieke kwaliteit ernstig tekort schiet en geijkte wegen geen oplossing dichterbij brengen, wil de werkgroep graag inspringen. Vertegenwoordigers van alle faculteiten zijn in de werkgroep vertegenwoordigd en kijken kritisch naar de uitvoering van de facultaire actieplannen op het gebied van logistieke kwaliteit.
Inventariseren blijkt echter ook nuttig. Zo kan Kraak melden dat over de nakijktijd van tentamens momenteel verwarring bestaat. “Volgens het onderwijs- en tentamenreglement mag die nakijktijd maximaal vijftien werkdagen bedragen, maar andere bronnen spreken van tien dagen. Gemeten naar dat eerste criterium wordt tachtig procent van de tentamens op tijd nagekeken. Geen slechte score, maar het is nog te weinig bekend.”
Studentenraadfractie Oras heeft eerder dit jaar een grote studentenenquète gehouden waarin ook de kleine kwaliteit uitgebreid aan bod kwam. Oras-secretaris Sandra van der Hulst ziet wel een rol weggelegd voor de werkgroep. “Men kan de best practices bekendheid helpen geven op de TU en aandringen op betere feedback naar klagende studenten.” Maar zonder voldoende middelen en zonder voldoende draagvlak binnen de universiteit zal de werkgroep weinig bereiken, denkt Van der Hulst.
Uit de Oras-enquète blijkt onder meer dat studenten graag een centraal print- en kopieercentrum in de TU-wijk zouden zien, als aanvulling op de facultaire faciliteiten. Ook zien de meeste studenten boeken niet graag uit de centrale bibliotheek verdwijnen. Over de tentamens zijn nog steeds veel klachten, uiteenlopend van docenten die te laat komen tot een datum, tijd of locatie van een tentamen die tussentijds worden gewijzigd.
Als te lange nakijktijden van tentamens inderdaad zeldzamer zijn dan algemeen wordt aangenomen, moeten faculteiten waar het wel gebeurt ‘zeggen dat het een uitzondering is die ze erg betreuren’, vindt Van der Hulst. “Die faculteiten moeten toezeggen dat er iets gaat veranderen en duidelijkheid scheppen over wat nu de gehanteerde nakijktijd is.”
De kleine kwaliteit is bepalend voor hoe met name eerstejaars de universiteit ervaren
JOOST PANHUYSEN
Voldoende werkplekken. De nakijktijd van tentamens. Het efficiënt inroosteren van tentamens. ‘Kleine kwaliteit’ kent vele gezichten. De kleine kwaliteit op de TU Delft moet beter, concludeerde vorig jaar de commissie-Rullmann. Die kwaliteit is bepalend voor hoe met name eerstejaars de universiteit ervaren.
De onlangs gestarte werkgroep logistieke kwaliteit heeft een meetbaar doel voor ogen: over twee jaar moet de kleine kwaliteit in publicaties als de Elsevier-enquète en de Keuzegids voor Hoger Onderwijs een acht scoren.
“De term kleine kwaliteit suggereert ten onrechte dat het gaat om zaken van marginaal belang”, legt voorzitter Trijntje Kraak uit. “Daarom kozen we voor de term logistieke kwaliteit.” Kraak is door de TU Delft benaderd ‘omdat men graag iemand met een frisse kijk wilde’. Op de Hogeschool Holland gaf ze leiding aan een vergelijkbaar project.
De werkgroep logistiek kwaliteit is geen vrijblijvende praatclub, benadrukt Kraak. Waar de logistieke kwaliteit ernstig tekort schiet en geijkte wegen geen oplossing dichterbij brengen, wil de werkgroep graag inspringen. Vertegenwoordigers van alle faculteiten zijn in de werkgroep vertegenwoordigd en kijken kritisch naar de uitvoering van de facultaire actieplannen op het gebied van logistieke kwaliteit.
Inventariseren blijkt echter ook nuttig. Zo kan Kraak melden dat over de nakijktijd van tentamens momenteel verwarring bestaat. “Volgens het onderwijs- en tentamenreglement mag die nakijktijd maximaal vijftien werkdagen bedragen, maar andere bronnen spreken van tien dagen. Gemeten naar dat eerste criterium wordt tachtig procent van de tentamens op tijd nagekeken. Geen slechte score, maar het is nog te weinig bekend.”
Studentenraadfractie Oras heeft eerder dit jaar een grote studentenenquète gehouden waarin ook de kleine kwaliteit uitgebreid aan bod kwam. Oras-secretaris Sandra van der Hulst ziet wel een rol weggelegd voor de werkgroep. “Men kan de best practices bekendheid helpen geven op de TU en aandringen op betere feedback naar klagende studenten.” Maar zonder voldoende middelen en zonder voldoende draagvlak binnen de universiteit zal de werkgroep weinig bereiken, denkt Van der Hulst.
Uit de Oras-enquète blijkt onder meer dat studenten graag een centraal print- en kopieercentrum in de TU-wijk zouden zien, als aanvulling op de facultaire faciliteiten. Ook zien de meeste studenten boeken niet graag uit de centrale bibliotheek verdwijnen. Over de tentamens zijn nog steeds veel klachten, uiteenlopend van docenten die te laat komen tot een datum, tijd of locatie van een tentamen die tussentijds worden gewijzigd.
Als te lange nakijktijden van tentamens inderdaad zeldzamer zijn dan algemeen wordt aangenomen, moeten faculteiten waar het wel gebeurt ‘zeggen dat het een uitzondering is die ze erg betreuren’, vindt Van der Hulst. “Die faculteiten moeten toezeggen dat er iets gaat veranderen en duidelijkheid scheppen over wat nu de gehanteerde nakijktijd is.”
De kleine kwaliteit is bepalend voor hoe met name eerstejaars de universiteit ervaren
Comments are closed.