Onderwijs

Steunpunt voor jongerejaars

De Studentenraad (sr) wil dat er op elke opleiding een studentensteunpunt komt waar een ouderejaarsstudent de jongerejaars kan ondersteunen bij eenvoudige, praktische vragen.

“Studenten hebben behoefte aan iemand die op hun niveau zit en midden in de studie staat, iemand die net iets meer ervaring heeft”, aldus Menno van de Kamp van de sr. De sr stelt dat het voor velen een drempel is om naar een studieadviseur toe te stappen. Dat ligt volgens de sr niet aan bijvoorbeeld de bereikbaarheid of beschikbaarheid van de studieadviseurs. Het gaat om de beeldvorming, de positie en het takenpakket van de adviseurs. Dat sluit niet aan bij de behoefte van studenten. “Je kent als student de adviseurs vaak niet goed, ze staan praktisch buiten de opleiding. Het zijn personen, waar je komt voor officiële vragen, zoals documenten rond bijvoorbeeld dyslexie.
Door de afstand die studenten voelen tot de studieadviseurs, komen jonge studenten volgens de sr met hun vragen vaak terecht bij de commissaris onderwijs van studieverenigingen, leden van de studievereniging, huisgenoten of de studentenvereniging. Nadeel daarvan is in de ogen van de sr dat niet met zekerheid het juiste antwoord gegeven wordt en dat de vragen en problemen die er leven niet worden geformaliseerd.
Een studentensteunpunt kan dat in de visie van de sr ondervangen. Daarmee kan meteen worden geprofiteerd van de waardevolle kennis van ouderejaars, die nu nog niet wordt gebruikt in de studiebegeleiding. Het liefst ziet de sr dat op elke opleiding een ouderejaarsstudent enkele malen per week op een vaste plaats en tijd beschikbaar is voor vragen. Studenten zouden vrij moeten kunnen inlopen.
Bij dieperliggende problemen zou de student moeten worden doorverwezen naar de studieadviseur. Het studentensteunpunt zou naast de studieadviseur moeten functioneren en zonder onderlinge formele relatie. De sr pleit bij het cvb voor een pilot op een van de faculteiten die na de zomer van start moet gaan.
Gezien de reactie van collegelid Paul Rullmann komt deze pilot er echter (nog) niet na de zomer. Hij vindt het weliswaar een sympathiek voorstel, maar voegt eraan toe dat het college ‘aarzelt’ over de toegevoegde waarde ‘gelet op de functie die studieadviseurs en studieverenigingen op dit vlak vervullen’. Voordat een besluit wordt genomen, overlegt het cvb met PlaSa (Platform studieadviseurs) en de Studie Verenigingen Raad.
Plasa is volgens voorzitter Dagmar Stadler blij dat de studenten constructief meedenken over de begeleiding. “Kennelijk missen de studenten iets.” Zij sluit echter aan bij Rullmann wat betreft de rol van de studieadviseurs en de studieverenigingen. “Ik zou zeggen: probeer zaken te verbeteren bij de studieverenigingen en meld bij ons concreet wat je mist, dan kunnen we eraan werken.”

Het Nederlandse duo Kraak en Smaak begon ooit als studioact, maar na de release van hun laatste album ‘Plastic People’ en het overweldigende Europese succes van de hit ‘Squeeze Me’, zijn ze tegenwoordig ook een van de hotste live-acts. Donderdagavond treden ze vanaf negen uur op in Speakers, evenals de Delftse dj formatie Rundfunk.
Na enkele jaren hard werken zijn hiphoppers Pete Philly & Perquisite tot de grotere artiesten in ons land te rekenen. Ze verwerken niet alleen hiphop, maar ook jazz, broken beats en soul in hun nummers. Na een clubtour door Europa zijn de artiesten weer terug in Nederland en doen zij donderdagavond het Paard van Troje aan. Het optreden start rond half negen.
Deze week is het Paard druk bezet, want naast Pete Philly & Perquisite, staat  Maria Mena op het programma. Deze Noorse schone heeft zichzelf intussen wel bewezen: miljoenen mensen bekeken haar nieuwste clip op internet, ze verdiende een platina plaat voor haar eerste album en ontving een gouden plaat voor haar nieuwste cd. Ook trad de zangeres op bij grote Nederlandse festivals als Pinkpop. Maria Mena staat maandag vanaf ongeveer half negen op het Haagse podium.

www.speakers.nl
www.paard.nl

“Studenten hebben behoefte aan iemand die op hun niveau zit en midden in de studie staat, iemand die net iets meer ervaring heeft”, aldus Menno van der Kamp van de sr. De sr stelt dat het voor velen een drempel is om naar een studieadviseur toe te stappen. Dat ligt volgens de sr niet aan bijvoorbeeld de bereikbaarheid of beschikbaarheid van de studieadviseurs. Het gaat om de beeldvorming, de positie en het takenpakket van de adviseurs. Dat sluit niet aan bij de behoefte van studenten. “Je kent als student de adviseurs vaak niet goed, ze staan praktisch buiten de opleiding. Het zijn personen, waar je komt voor officiële vragen, zoals documenten rond bijvoorbeeld dyslexie.
Door de afstand die studenten voelen tot de studieadviseurs, komen jonge studenten volgens de sr met hun vragen vaak terecht bij de commissaris onderwijs van studieverenigingen, leden van de studievereniging, huisgenoten of de studentenvereniging. Nadeel daarvan is in de ogen van de sr dat niet met zekerheid het juiste antwoord gegeven wordt en dat de vragen en problemen die er leven niet worden geformaliseerd.
Een studentensteunpunt kan dat in de visie van de sr ondervangen. Daarmee kan meteen worden geprofiteerd van de waardevolle kennis van ouderejaars, die nu nog niet wordt gebruikt in de studiebegeleiding. Het liefst ziet de sr dat op elke opleiding een ouderejaarsstudent enkele malen per week op een vaste plaats en tijd beschikbaar is voor vragen. Studenten zouden vrij moeten kunnen inlopen.
Bij dieperliggende problemen zou de student moeten worden doorverwezen naar de studieadviseur. Het studentensteunpunt zou naast de studieadviseur moeten functioneren en zonder onderlinge formele relatie. De sr pleit bij het cvb voor een pilot op een van de faculteiten die na de zomer van start moet gaan.
Gezien de reactie van collegelid Paul Rullmann komt deze pilot er echter (nog) niet na de zomer. Hij vindt het weliswaar een sympathiek voorstel, maar voegt eraan toe dat het college ‘aarzelt’ over de toegevoegde waarde ‘gelet op de functie die studieadviseurs en studieverenigingen op dit vlak vervullen’. Voordat een besluit wordt genomen, overlegt het cvb met PlaSa (Platform studieadviseurs) en de Studie Verenigingen Raad.
Plasa is volgens voorzitter Dagmar Stadler blij dat de studenten constructief meedenken over de begeleiding. “Kennelijk missen de studenten iets.” Zij sluit echter aan bij Rullmann wat betreft de rol van de studieadviseurs en de studieverenigingen. “Ik zou zeggen: probeer zaken te verbeteren bij de studieverenigingen en meld bij ons concreet wat je mist, dan kunnen we eraan werken.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.