TU-student en gemeenteraadslid Boris van Overbeeke wil met deze serie studenten interesseren voor politiek. Die politiek worstelt, net als hijzelf.
Twee maanden geleden beloofde ik de redactie een column te schrijven over studenten en politiek. Doordat die belofte werd ingehaald door het virus is het vorige keer jammerlijk mislukt om me aan dat onderwerp te houden. Een nieuwe poging.
Ik zal niet de enige zijn die worstelt. Alleen samen krijgen we corona onder controle, een motto als een suikerspin, maar in al zijn sentimentele lelijkheid nét te waar. Alleen als iedereen zijn verantwoordelijkheid neemt, blijven de ziekenhuizen het aantal ic-patiënten aankunnen. Het intelligente aan onze lockdown zit hem erin dat we daar zelf een beetje bij moeten nadenken. We worden geacht zelf slim genoeg te zijn om dat te snappen. Ik wil mijn verantwoordelijkheid nemen. Maar ik worstel met de vraag hoe ik dat het beste doe.
Ik belde met een vriendin. Zij is arts, pas afgestudeerd, en terechtgekomen op de intensive care-zaal van een groot ziekenhuis. Afgelopen week heeft ze daar vijftien mensen dood zien gaan. Vijftien. Zo onvoorstelbaar. Ze is even oud als ik, even jong. Maar terwijl ik op mijn kamertje Python-scriptjes zat te schrijven moest zij drie families per dag vertellen dat het klaar was. Dat het niet meer goed zou komen. De telefoon ophangend wilde ik mezelf tot kerst in mijn huis opsluiten, alles om haar werk maar iets te verlichten.
‘Ik twijfel of ik wel doordrongen ben van de ernst van het virus’
Toch denk ik dat dat niet het juiste is om te doen. De dagen schuiven nu al in elkaar tot een grijze niksigheid. Ja, er zijn Skypebelletjes, Hangouts- en Zoomsessies. Maar virtueel contact kan toch niet in de schaduw staan van het echte werk. Wij zijn geen solitaire wezens. Mensen moeten elkaar zien. Daarin definiëren we onszelf. Wat voor mens zou er met kerst mijn huis uitkruipen? Ik zou verstikt zijn. Dat is ook niet goed. Verantwoordelijkheid nemen betekent volgens mij ook dat ik de dingen blijf doen die wel kunnen, mijn vrienden ontmoet, binnen de voorschriften natuurlijk.
Wat voor mij persoonlijk geldt, geldt voor iedereen. En dan wordt deze column eindelijk wat politieker. Erkenning in hun bestaan is de meest fundamentele menselijke behoefte. Politici moeten zich daarvan bewust zijn. Wat gebeurt er met een samenleving waarin de mensen elkaar maanden niet in de ogen hebben kunnen kijken? Wat gebeurt er als een stad van zichzelf losgeraakt uit een coma ontwaakt? Die stad ontwaakt schreeuwend om de aandacht die ze maandenlang tekort gekomen is. Verantwoordelijkheid nemen betekent voor politici volgens mij ook dat ze ontmoetingen mogelijk blijven maken.
Maar als ik dan terugdenk aan mijn artsenvriendin twijfel ik of ik eigenlijk wel doordrongen ben van de ernst van het virus. Vijftien mensen in een week. Het blijft een worsteling.
Boris van Overbeeke (28) is afgestudeerd kunsthistoricus en studeert nu Engineering Policy and Management. Hij is lid van de Delftse gemeenteraad en schrijft hier over de TU en lokale politiek (maar nu nog even niet). Volg hem op Instagram of Twitter.
- Lees hier de eerste column van Boris of klik op een van de tags onder dit artikel.
Boris van Overbeeke / Columnist
Comments are closed.