Campus

Ren robot, ren!

Een robot die net zo efficiënt rent als een mens of dier, is niet zo snel gebouwd. Bachelor-eindprojecten helpen het onderzoek vooruit.


Een sprintje trekken, of zelfs een gewone wandeling, is een minder ongecompliceerde beweging dan je misschien zou denken. Voordat je je voorste voet weer neerzet, doe je namelijk iets opmerkelijks: je trekt dat been wat naar achteren. Iets wat niemand opmerkt, maar wat aan de TU uitgebreid is onderzocht en plechtig swing leg retraction is genoemd. Je zou verwachten dat dit de meest efficiënte manier is om je voort te bewegen – waarom anders zou de natuur dit trucje in mens én dier hebben gestopt? Toch is dat maar de vraag. Het bachelor-eindproject van Wouter Verbeek (21), Koen van der Mijle (21) en Robert Vrees (22) wijst namelijk uit dat swing leg retraction weliswaar een hoop voordelen heeft, maar óók zorgt voor grote impactverliezen. Voor robots is het dus niet per se de beste manier om te lopen.


Wouter Verbeek: “Onze begeleider bij 3mE stelde: ‘Als je een been met een knie modelleert als een telescopisch been, kun je aantonen dat swing leg retraction voor een vermindering zorgt van die impactverliezen. “Wij ontdekten dat dit voor een been met een knie niet opgaat. Wel zorgt de beweging voor meer stabiliteit, en hij vermindert impactkrachten. Maar op de impactverlíezen heeft swing leg retraction geen positieve invloed. Sterker nog: wij ontdekten dat een negatieve swing-leg-retraction-snelheid, waarbij je je voorste been dus op het laatst vooruit zwaait in plaats van naar achteren, eigenlijk voor de kleinste impactverliezen zorgt. Maar goed, dat is voor de stabiliteit weer slecht; daar ga je van struikelen. Wij zeggen dus níet dat je swing leg retraction dan maar niet moet toepassen op een robot. Het belangrijkste is dat we hebben aangetoond dat die beweging niet zorgt voor lagere impactverliezen.”

Het was overigens maar goed dat de studenten het onderzoek met z’n drieën deden. “Voor de praktijktesten, die het grootste deel van ons bachelor-eindproject in beslag namen, hebben we de robot namelijk met tie wraps opgehangen boven een lopende band. Op tien centimeter boven de band lieten we hem vallen terwijl de robot zijn been terugtrok. Met behulp van sensoren konden we meten wat de kinetische energieverliezen – de impactverliezen – waren.” En daar komt behalve brain power vooral een hoop ordinaire spierkracht bij kijken.

Maar wat heb je aan zulke informatie? “Voor de robotica is het handig om te weten hoe mensen en dieren bewegen. We zijn bezig robots efficiënter en stabieler te laten lopen. Daar levert ons onderzoek toch maar mooi een kleine bijdrage aan.”

Van bacheloropleidingen is bekend hoe lang studenten erover doen om hun diploma te halen. Van masteropleidingen niet. Zeven jaar na de invoering van het bachelor-masterstelsel kunnen studenten het afstudeersucces van masteropleidingen niet laten meewegen in hun studiekeuze.

Goede begeleiding
De kwestie wordt nijpend, nu studenten straks nog maar één jaar studievertraging mogen oplopen voordat ze een verhoogd collegegeld moeten gaan betalen. Wie al weet dat hij een economische of psychologische masterstudie wil doen, zal bij gelijke geschiktheid misschien liever de opleiding kiezen waar studenten goede begeleiding krijgen en vlot doorstuderen.

Database
De benodigde informatie staat allemaal in de grote database waar studievoortgang van alle studenten in wordt bijgehouden. Maar het ministerie heeft er ‘de capaciteit niet voor’ om de feiten over studiesucces in de masterfase uit te zoeken, laat een woordvoerder weten.

Markeringsmomenten
Volgens universiteitenvereniging VSNU heeft het onderwerp wel de aandacht, maar zijn er ‘praktische redenen’ waarom die gegevens nog niet bekend zijn. Er zouden geen ‘duidelijke markeringsmomenten’ zijn waarop studenten aan hun masteropleiding beginnen. Vanwege de ‘zachte knip’ kunnen sommige studenten al aan de master beginnen, terwijl ze eigenlijk eerst hun bachelor nog moeten afmaken. Studenten beginnen ook niet allemaal in september, omdat veel masters twee instroommomenten hebben.

Beschikbaar
“Dit soort gegevens moeten gewoon per opleiding beschikbaar zijn”, vindt Guy Hendricks van het Interstedelijk Studenten Overleg. “Dan weet iedereen waar hij aan toe is. Het zijn belangrijke gegevens voor studenten in een tijd dat het onderwijs duurder wordt. De praktische problemen vallen wel op te lossen. Je kunt mij niet wijsmaken dat een opleiding niet weet wanneer een student aan zijn masteropleiding begint.”

Opheldering
Het is opmerkelijk, vindt ook Jasper van Dijk van de Socialistische Partij. Die gaat morgen in een debat aan staatssecretaris Halbe Zijlstra vragen of hij het acceptabel vindt dat zulke gegevens er niet zijn. Zijlstra’s eigen partij, de VVD, vindt alvast van niet. De masterrendementen moeten snel bekend gemaakt worden, zegt kamerlid Anne-Wil Lucas. “Studenten moeten kunnen weten waar ze aan toe zijn.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.