De regeling waarmee oudere werknemers hun werkweek kunnen verkorten, mag niet tot meer werkdruk of kosten leiden. Kan dat wel? HR-directeur Ingrid Halewijn betwijfelt dat.
Door Mirjam van der Ploeg en Connie van Uffelen
Wie per 1 januari 2019 vijf jaar of korter voor zijn pensioendatum zit, kan zijn werkweek met één of twee dagen verkorten met gedeeltelijke doorbetaling van het salaris en behoud van pensioenopbouw. Het gaat om een proef van anderhalf jaar om te kijken hoeveel mensen er gebruik van maken.
Deze regeling uit de nieuwe CAO, het vitaliteitspact, is een grote wens van de vakbonden, omdat dit aan oudere medewerkers de mogelijkheid biedt hun werktijd stapsgewijs af te bouwen. Zeker nu hun pensioendatum later ingaat. De regeling zou budgetneutraal uit te voeren moeten zijn, omdat het werk dat hierdoor blijft liggen kan worden ingevuld door jongere medewerkers die minder kosten.
Directeur Human Resources Ingrid Halewijn zet daar vraagtekens bij. “Oudere medewerkers zijn vaak leidinggevenden of ervaren professionals en wetenschappers. Het is niet zo dat je al die taken zomaar kunt laten overnemen door minder ervaren mensen.”
- Hoe oud zijn TU-medewerkers? Scroll naar beneden voor het antwoord.
In de regeling is volgens Halewijn opgenomen dat deelname niet tot verhoging van de werkdruk of kosten mag leiden. “Stel dat iedereen die in aanmerking komt er gebruik van maakt, dan gaat dat mogelijk tot hogere vervangingskosten leiden dan ingeschat. Ik snap de inzet van vakbonden voor hun achterban, maar ik vind het in de praktijk best lastig.”
Vaart erachter
Fred Veer, voorzitter van de VLO waarin verschillende vakbonden zijn verenigd, is blij dat het pact in de cao is opgenomen. Ook hij erkent dat jonge medewerkers niet zomaar het werk van oudere medewerkers kunnen overnemen. “Het verschilt per individuele werknemer wat er nodig is aan vervanging. Je moet er goede afspraken over maken. Daar moet de TU nog veel voor regelen.”
Dat regelen kost een hoop tijd, zegt Veer. “Er is nog geen begin gemaakt, terwijl het recht in januari ingaat. De TU moet bedenken wat ze precies wil. Medewerkers die gebruik willen maken van de regeling moeten al over vier weken hun verzoek indienen. Er moet dus vaart achter komen.”
Veer voorziet dat er enkele honderden medewerkers zijn die gebruik willen maken van het recht om minder te gaan werken. “Vooral voor oudere medewerkers die in schaal 10 of hoger zitten is het een boeiende en interessante optie.” Wat Veer betreft kan de TU een voorbeeld nemen aan Groningen. “Daar beheren ze de totale lasten op centraal niveau in plaats van bij de diensten en faculteiten. Op die manier is er voldoende geld voor nieuwe mensen.”
Aantal 65+ers verdubbeld
In 2016 werkten er 48 medewerkers van 65 jaar en ouder in dienst bij de TU, zo blijkt uit de jaarstatistieken van de universiteit. In 2017 steeg dit aantal naar 84, een stijging van 75%. Het aantal medewerkers van 60 tot en met 64 steeg in dezelfde tijd van 441 naar 444. Het totaal aantal medewerkers steeg met 5%. Zie hieronder hoe het aantal oudere medewerkers zich heeft ontwikkeld sinds 2010.
Op 31 december 2017 waren er in totaal 5189 mensen werkzaam bij de TU Delft. De leeftijdscategorie 25- tot 29-jarigen is met 1227 medewerkers het best vertegenwoordigd. Dit is te verklaren door het grote aantal promovendi dat bij de TU werkt en veelal in deze leeftijdscategorie valt.
[Update 22 oktober 2018: In de bovenste grafiek werd per abuis het verkeerde aantal 45- tot 49-jarigen in 2017 weergegeven. De grafiek is nu aangepast met het correcte aantal: 634.]
[Update 23 oktober 2018: In de zin: ‘Ook hij erkent dat jonge medewerkers niet zomaar het werk van nieuwe medewerkers kunnen overnemen.’ is het woord ‘nieuwe’ vervangen door ‘oudere’.]
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
c.j.c.vanuffelen@tudelft.nl
Comments are closed.