Onderwijs

Presentatie IO-minors trekt veel bekijks

Robots, slimme sportgadgets en een heuse drone: studenten lieten donderdag 30 januari zien wat zij het afgelopen half jaar hebben gemaakt voor hun minors bij Industrieel Ontwerpen.


Een wit plastic bekertje verschrompelt in zijn greep. Het gekraak is hoorbaar als Robot Joost het gehavende ding van de tafel op de grond zet. Student werktuigbouwkunde Mark Wiersma lacht. Samen met vijf andere studenten van verschillende opleidingen ontwierp en bouwde hij het afgelopen half jaar aan Joost. Nu kunnen ze laten zien wat hij kan. Feilloos doet hij het nog niet, wat wil je in zo’n korte tijd?



Wat Joost wel kan, is indrukwekkend. Hij rijdt rond, buigt, pakt en zet neer. Het idee was om een robot te maken die bij ouderen thuis aan het werk kan. Hij moet spullen voor ze pakken, of het nu van tafel is of van de grond. Want het bijzondere aan Joost is vooral dat hij kan buigen, vertelt Wiersma. En dat zijn arm op twee punten kan draaien.



Joost is niet de enige robot vandaag in de hal van Industrieel Ontwerpen (IO). Er zijn er nog drie. En naast robots is er veel meer te zien. De studenten van maar liefst zes IO-minors presenteren vandaag hun eindresultaten: advanced prototyping, automotive design, interactive environments, sports innovation, sustainable design engineering en robotica. De tastbare eindresultaten trekken veel bekijks.



In een zaal grenzend aan de hal probeert een student verwoed om de daar opgestelde Laser-zeilsimulator van de faculteit op gang te helpen. In de boot wacht een andere student rustig tot het ding begint te schommelen. Op het ronde beeldscherm voor zich ziet hij zijn virtuele boot door het water snijden als hij het roer beet heeft.


Studente maritieme techniek Irith Lely is één van de studenten die de zeilsimulator voor de minor sports innovation heeft verbeterd. Samen een student werktuigbouwkunde en een student natuurkunde heeft ze druk gezet op het roer.



Die roerdruk moet zo goed mogelijk gesimuleerd worden om zeilers het gevoel te geven echt in een boot te zitten. De studenten verbeterden ook de windsimulatie. Lely is enthousiast: “Met deze simulator kunnen zeilers op Olympisch niveau trainen, terwijl de trainer naast ze staat. Zeilers zien hier toekomst in en het is mooi voor ons om aan zoiets tastbaars te werken.”


 


Even verderop vouwt student bouwkunde Jasper Stallenberg net zijn ‘Klapter’ in elkaar. Hij laat zien hoe zijn zelfgebouwde drone in een kleine houten kist past. Zo kan het vliegtuigje van 420 gram overal mee naartoe. Stallenberg bouwde de drone voor de minor advenced prototyping.



Waar zijn medestudenten zich meestal aan de opdracht sieraden te ontwerpen hielden, mocht hij iets totaal anders doen. “Ik wilde gewoon graag eens een drone bouwen. Deze is gemakkelijk aan te passen aan je eigen wensen en relatief goedkoop, 200 euro. Je kunt hem besturen met je smartphone.” Op zijn laptop laat de student zien hoe dat eruit ziet. In het echt kan dat even niet. Eén dag voor de eindpresentatie vloog de Klapter tegen een muur en verloor hij een klein stukje van een propeller.

 


Het ontwerp van student industrieel ontwerpen Florian Wortel en zijn vier teamgenoten verkeert nog veel meer in de conceptfase. Voor de minor sustainable design engineering ontwierpen zij een modulaire telefoon, waarvan de losse onderdelen vervangbaar zijn. Wortel laat met een dummie zien hoe zo’n telefoon eruit zou kunnen zien. “Zo hoeft niet het hele apparaat in een lade te verdwijnen als de eigenaar een betere camera wil”, legt hij uit. “Je klikt er gewoon een nieuwe in.”


Achter Wortel staat een plattegrondje van de productstromen die ten grondslag liggen aan de fabricage van mobiele telefoons. De studenten hebben namelijk ook nagedacht over hoe de onderdelen steeds bij het belbedrijf terug kunnen komen. “Zo is er straks geen e-waste meer”, zegt de student met een glimlach. Duurzamer wordt het niet.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.