Onderwijs

Plan voor duurzaam dorp in Tanzania

De TU gaat samen met energiebedrijf Eneco onderzoek doen naar de productie van biobrandstoffen rondom het Tanzaniaanse dorpje Makanya. Het dorpje moet uitgroeien tot een levensgroot laboratorium voor Delfts onderzoek naar onder meer duurzaam wonen, landbouw en energie.

Boer Iddi heeft nu wat cassaveplanten groeien op de wat hogere en droge stukjes grond van zijn akker in het heuvelachtige noorden van Tanzania vlakbij het dorpje Makanya. Iets anders eetbaars wil er nauwelijks groeien. Zelf leeft de boer voornamelijk van de bonen en maïs van zijn land. De cassave brengt hij naar de markt. Maar daar krijgt hij er nauwelijks wat voor.

Iddi draait al een aantal jaren mee in een onderzoek van Delftse hydrologen, onder leiding van prof.dr.ir. Huub Savenije van Civiele Techniek en Geowetenschappen (CiTG). Het onderzoek is gericht op het verbeteren van de landbouwtechnieken en de hydrologie in het gebied. Sinds de samenwerking boert Iddi beter. Maar die hogere droge stukjes grond, daar heeft hij nog maar weinig profijt van. Volgens Savenije kan dat binnenkort veranderen. Een andere plant die het daar goed zou doen is namelijk de Jatropha curcas, een giftige struik die op droge grond groeit. Uit de zaden van deze plant kan olie geperst worden, en daarmee kun je elektriciteit opwekken in een warmtekrachtcentrale.

Dit laatste ziet Eneco wel zitten. Deze week ondertekende het energiebedrijf samen met de faculteit CiTG een intentieverklaring om gezamenlijk een onderzoek te starten naar biomassaplantages. Eneco doet eerst een haalbaarheidsstudie. Als die positief uitpakt, wil het bedrijf investeren in de olieproductie rondom Makanya. Ook wil Eneco het Delftse onderzoek naar efficiënt watergebruik en de verbetering van de lokale leefomstandigheden sponsoren.

Volgens de Delftse hoogleraar is het project veelbelovend. Savenije: “Jatropha is een plant die niet concurreert met de gewassen die verbouwd worden voor de voedselvoorziening. De boeren kunnen zaden aanleveren bij lokale verwerkingsbedrijven van Jatropha. Enkele van dergelijk bedrijven bestaan al in de omgeving. Daarnaast zijn er in het gebied veel sisalplantages die omgebouwd zouden kunnen worden tot Jatrophaplatages. Sisal is een vezelrijke agave waar van oudsher touw van gemaakt wordt. Maar voor zulk touw is nu nauwelijks meer een markt.”

Over geldbedragen wil Eneco niet praten. Maar Savenije denkt dat door de samenwerking binnenkort drie promovendi onderzoek kunnen gaan doen naar de hydrologie van het gebied, het waterbeheer rondom de plantages en het ‘duurzame dorp-concept’. Dit laatste sluit aan bij het idee om van Makanya een soort levensgroot laboratorium te maken, waar Delftse wetenschappers samen met Afrikaanse collega’s onderzoek doen naar de voedselketen, energievoorziening, waterbeheer, eerlijke handel en bouw. Dit idee werd onlangs tijdens het lustrumsymposium gelanceerd.

Een woordvoeder van Eneco verklaart dat het bedrijf in gesprek is met ontwikkelingsorganisatie ICCO en Max Havelaar om de plantaardige Tanzaniaanse olie te certificeren. “Het ziet ernaar uit dat de productie van de olie geen belasting vormt op het milieu en de voedselvoorziening”, zegt hij. “Hiermee kunnen we onze elektriciteitsproductie vergroenen.”

Boer Iddi heeft nu wat cassaveplanten groeien op de wat hogere en droge stukjes grond van zijn akker in het heuvelachtige noorden van Tanzania vlakbij het dorpje Makanya. Iets anders eetbaars wil er nauwelijks groeien. Zelf leeft de boer voornamelijk van de bonen en maïs van zijn land. De cassave brengt hij naar de markt. Maar daar krijgt hij er nauwelijks wat voor.

Iddi draait al een aantal jaren mee in een onderzoek van Delftse hydrologen, onder leiding van prof.dr.ir. Huub Savenije van Civiele Techniek en Geowetenschappen (CiTG). Het onderzoek is gericht op het verbeteren van de landbouwtechnieken en de hydrologie in het gebied. Sinds de samenwerking boert Iddi beter. Maar die hogere droge stukjes grond, daar heeft hij nog maar weinig profijt van. Volgens Savenije kan dat binnenkort veranderen. Een andere plant die het daar goed zou doen is namelijk de Jatropha curcas, een giftige struik die op droge grond groeit. Uit de zaden van deze plant kan olie geperst worden, en daarmee kun je elektriciteit opwekken in een warmtekrachtcentrale.

Dit laatste ziet Eneco wel zitten. Deze week ondertekende het energiebedrijf samen met de faculteit CiTG een intentieverklaring om gezamenlijk een onderzoek te starten naar biomassaplantages. Eneco doet eerst een haalbaarheidsstudie. Als die positief uitpakt, wil het bedrijf investeren in de olieproductie rondom Makanya. Ook wil Eneco het Delftse onderzoek naar efficiënt watergebruik en de verbetering van de lokale leefomstandigheden sponsoren.

Volgens de Delftse hoogleraar is het project veelbelovend. Savenije: “Jatropha is een plant die niet concurreert met de gewassen die verbouwd worden voor de voedselvoorziening. De boeren kunnen zaden aanleveren bij lokale verwerkingsbedrijven van Jatropha. Enkele van dergelijk bedrijven bestaan al in de omgeving. Daarnaast zijn er in het gebied veel sisalplantages die omgebouwd zouden kunnen worden tot Jatrophaplatages. Sisal is een vezelrijke agave waar van oudsher touw van gemaakt wordt. Maar voor zulk touw is nu nauwelijks meer een markt.”

Over geldbedragen wil Eneco niet praten. Maar Savenije denkt dat door de samenwerking binnenkort drie promovendi onderzoek kunnen gaan doen naar de hydrologie van het gebied, het waterbeheer rondom de plantages en het ‘duurzame dorp-concept’. Dit laatste sluit aan bij het idee om van Makanya een soort levensgroot laboratorium te maken, waar Delftse wetenschappers samen met Afrikaanse collega’s onderzoek doen naar de voedselketen, energievoorziening, waterbeheer, eerlijke handel en bouw. Dit idee werd onlangs tijdens het lustrumsymposium gelanceerd.

Een woordvoeder van Eneco verklaart dat het bedrijf in gesprek is met ontwikkelingsorganisatie ICCO en Max Havelaar om de plantaardige Tanzaniaanse olie te certificeren. “Het ziet ernaar uit dat de productie van de olie geen belasting vormt op het milieu en de voedselvoorziening”, zegt hij. “Hiermee kunnen we onze elektriciteitsproductie vergroenen.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.