Politieke partijen willen dat minister Dijkgraaf meer haast maakt met maatregelen tegen internationalisering, maar volgens hem is dat niet mogelijk.
Dat bleek afgelopen donderdag tijdens zijn eerste begrotingsdebat met de Tweede Kamer. Allerlei partijen, links en rechts van het politieke spectrum, maken zich zorgen over de groei van het aantal buitenlandse studenten. Sommige universiteiten kunnen de toestroom niet meer aan en er zijn ook niet genoeg kamers voor al die studenten. Wat gaat de minister doen, wilden de partijen weten.
Teleurstelling
Nog even geduld, antwoordde de onderwijsminister. Hij komt in februari met een visie op internationalisering en dan, vóór de zomer, met een ‘toekomstverkenning’ voor het hele hoger onderwijs. Tot die tijd wil hij er eigenlijk niet over praten.
Wacht eens, komt er in februari dan geen wetsvoorstel, wilde de voormalige Delftse wethouder Hatte van der Woude (VVD) weten. De problemen met de toename van het aantal internationale studenten zijn niet van vandaag of gisteren. De Tweede Kamer praat er al jaren over. Waarom moet het allemaal zo lang duren? Ze sprak van “grote verwarring en teleurstelling”.
‘We hebben universiteiten waar de meerderheid van de studenten niet-Nederlands is’
Dijkgraaf leek verbaasd. Natuurlijk komt er nog geen wetsvoorstel, want dat schrijf je niet in een maand of drie. Bovendien moet nog blijken wat die visie op internationalisering zal zijn. Eerder kan hij niet aan de slag. Van der Woude stond zichtbaar geschokt bij de interruptiemicrofoon. “Ik ga er de komende minuten even op kauwen wat ik daarmee ga doen.”
Ook Pieter Omtzigt, voorheen van het CDA, vond het traag gaan. “We hebben nu universiteiten waar de meerderheid van de studenten niet-Nederlands is”, zei hij met een verwijzing naar Maastricht. Als de minister pas halverwege de regeerperiode met een visie komt en daarna nog aan een wetsvoorstel gaat werken, “dan weet ik dat het weer aan een volgend kabinet gelaten wordt”, zei hij. “Dat is mijn grote angst hier.”
Sussen
SP-Kamerlid Peter Kwint had eveneens zijn bedenkingen. Volgens hem – en daar stond hij niet alleen in – moeten de instellingen stoppen met werven, ook in het belang van de internationale studenten zelf. “Dat het mentale welzijn van buitenlandse studenten onder druk staat, komt ook doordat ze ongeveer heel september in een tent op het sportveld moeten kamperen; dat is niet eens een fictief voorbeeld.”
Toch wilde Dijkgraaf niets zeggen over zijn plannen. Hij suste alleen dat er nog altijd een wet van het vorige kabinet in de ‘vrieskast’ staat: de Wet Taal en Toegankelijkheid, die het hoger onderwijs mogelijkheden zou geven om de toestroom in te dammen. Die is al aangenomen in de Tweede Kamer en ligt bij de senaat. Maar in eerdere interviews en debatten heeft hij laten merken dat hij die wet niet ziet zitten.
Van der Woude wilde de minister “vrolijk” aanmoedigen om toch vóór de zomer met een eigen wetsvoorstel te komen voor de internationale instroom van studenten. Ze diende samen met het CDA en anderen daartoe een motie in, die minister Dijkgraaf ontraadde met een verwijzing naar zijn komende plannen. Hij beloofde concrete maatregelen, zoals bestuurlijke afspraken en wetgeving. Ook kijkt hij naar de voertaal van opleidingen en de verantwoordelijkheid van onderwijskeurmeester NVAO.
HOP, Bas Belleman/ Delta
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
redactie@hogeronderwijspersbureau.nl
Comments are closed.