Opinie

Parkeerinfarct op Mekelweg

Sam en Moos zitten op een bankje in het Vondelpark te genieten van de prille lentezon. Er stopt een busje van Gemeentewerken en twee in fel oranje gestoken werklui stappen uit.

Nummer één neemt een spade uit de bus en begint met intervallen van twintig centimeter gaten te scheppen. Nummer twee wacht even en volgt dan zijn collega op een afstandje, terwijl hij de gaten weer dichtgooit. Na dit schouwspel een minuut of vijf te hebben gadegeslagen, kan Moos het niet laten even te vragen wat precies het nut is van de exercitie. “De planter is vandaag ziek”, roept de gemeenteman vrolijk en vervolgt zijn werk.

Wij kregen vroeger op Civiel college over ons gebouw. Wat daar allemaal wel niet aan mis was in termen van ‘hoe bouw ik gebouwen’. Treden van variabele hoogte en lengte in de collegezalen die de argeloze loper doen struikelen wanneer omhooglopend of lanceren richting bord bij afdaling. Het concept de begane grond open te laten om een ‘zwevend’ gebouw te creëren, er even aan voorbijgaand dat daarmee in het Hollandse klimaat een windtunnel van formaat ontstaat die toegang tot het gebouw de helft van het jaar onmogelijk maakt; iets wat met goedkope glaswanden gedeeltelijk, maar niet helemaal verholpen is. Perfect college: leren van andermans stommiteiten. Ik weet het nog steeds en kan er nog dagelijks van genieten.

En toen gingen we de Mekelweg verbouwen. Als ik zo het proces gadesla denk ik dat er een Sam-en-Moos-stukje inzit. In het halfjaar dat alle parkeerplaatsen al waren afgegraven, maar verder geen werk van betekenis plaatsvond, was denk ik de parkeergaragebouwer ziek. Ik heb nog nooit zo’n ideale bouwplaats gezien om een grote bak beton in te knallen en alle auto’s uit het zicht te laten verdwijnen als het Mekelpark. Maar, kans verkeken, de beekjes, bergen en dalen worden al vormgegeven en het gras moet geplant: opening deze zomer.

Nee, daar was over nagedacht. We maken een grote parkeerplaats bij Technopolis en laten de nieuwe tram elke drie minuten heen en weer shuttelen. Iedereen blij en tevreden: goed parkeren naast de snelweg, niet meer zoeken naar het juiste gebouw met je auto en als een vorst het nieuwe Mekelpark, het Centrum van Technologie binnengereden worden. Genieten van dat verdraaid mooi staaltje Delftse regelkunst dat we natuur en techniek, studeren en genieten zo mooi verweven hebben.

Maar nee, nu niet, nog niet. We maken onze eigen casestudie over hoe het niet moet. Studenten en wetenschappers die hun banden lek rijden op onverharde wegen. Een enkel blubberig paadje om de modderpoel die vroeger Mekelweg heette over te steken. En auto’s, auto’s, overal auto’s. Op het gras, op de stoep, voor de deur. Gelukkig heeft iemand bedacht (na een half jaar) dat het vrijhouden van vluchtwegen en brandkranen wel handig is: nog minder plek. Ik durf mijn contacten niet meer uit te nodigen in deze bouwput: ze zullen bij het zien van deze ellende nooit meer geloven dat hier die topgrade studenten worden opgeleid, laat staan dat hier onderzoek van wereldklasse wordt gedaan: we kunnen niet eens de aanleg van een tuintje managen…

Maar, niet getreurd. Dit is Delft, zie een klus, pak ‘m aan. Mag ik van u 2500 stelcon-platen en 10 bussen? Twee telefoontjes en het is in een week geregeld. Bestellen we daarna de tramrails en beginnen we met de aanleg over de Mekelweg, trammetje erbij en gaan. En dan kun je er uiteindelijk altijd nog een slagboom en parkeerheffing bijklussen. Misschien nog wel een leuk concept om te valoriseren: DelftParq, instant parking anywhere. Hans, bel jij even?

Dr. Ir. Jan van der Tempel is projectmanager bij de sectie Waterbouw en Offshore van de faculteit Civiele Techniek & Geowetenschappen

Sam en Moos zitten op een bankje in het Vondelpark te genieten van de prille lentezon. Er stopt een busje van Gemeentewerken en twee in fel oranje gestoken werklui stappen uit. Nummer één neemt een spade uit de bus en begint met intervallen van twintig centimeter gaten te scheppen. Nummer twee wacht even en volgt dan zijn collega op een afstandje, terwijl hij de gaten weer dichtgooit. Na dit schouwspel een minuut of vijf te hebben gadegeslagen, kan Moos het niet laten even te vragen wat precies het nut is van de exercitie. “De planter is vandaag ziek”, roept de gemeenteman vrolijk en vervolgt zijn werk.

Wij kregen vroeger op Civiel college over ons gebouw. Wat daar allemaal wel niet aan mis was in termen van ‘hoe bouw ik gebouwen’. Treden van variabele hoogte en lengte in de collegezalen die de argeloze loper doen struikelen wanneer omhooglopend of lanceren richting bord bij afdaling. Het concept de begane grond open te laten om een ‘zwevend’ gebouw te creëren, er even aan voorbijgaand dat daarmee in het Hollandse klimaat een windtunnel van formaat ontstaat die toegang tot het gebouw de helft van het jaar onmogelijk maakt; iets wat met goedkope glaswanden gedeeltelijk, maar niet helemaal verholpen is. Perfect college: leren van andermans stommiteiten. Ik weet het nog steeds en kan er nog dagelijks van genieten.

En toen gingen we de Mekelweg verbouwen. Als ik zo het proces gadesla denk ik dat er een Sam-en-Moos-stukje inzit. In het halfjaar dat alle parkeerplaatsen al waren afgegraven, maar verder geen werk van betekenis plaatsvond, was denk ik de parkeergaragebouwer ziek. Ik heb nog nooit zo’n ideale bouwplaats gezien om een grote bak beton in te knallen en alle auto’s uit het zicht te laten verdwijnen als het Mekelpark. Maar, kans verkeken, de beekjes, bergen en dalen worden al vormgegeven en het gras moet geplant: opening deze zomer.

Nee, daar was over nagedacht. We maken een grote parkeerplaats bij Technopolis en laten de nieuwe tram elke drie minuten heen en weer shuttelen. Iedereen blij en tevreden: goed parkeren naast de snelweg, niet meer zoeken naar het juiste gebouw met je auto en als een vorst het nieuwe Mekelpark, het Centrum van Technologie binnengereden worden. Genieten van dat verdraaid mooi staaltje Delftse regelkunst dat we natuur en techniek, studeren en genieten zo mooi verweven hebben.

Maar nee, nu niet, nog niet. We maken onze eigen casestudie over hoe het niet moet. Studenten en wetenschappers die hun banden lek rijden op onverharde wegen. Een enkel blubberig paadje om de modderpoel die vroeger Mekelweg heette over te steken. En auto’s, auto’s, overal auto’s. Op het gras, op de stoep, voor de deur. Gelukkig heeft iemand bedacht (na een half jaar) dat het vrijhouden van vluchtwegen en brandkranen wel handig is: nog minder plek. Ik durf mijn contacten niet meer uit te nodigen in deze bouwput: ze zullen bij het zien van deze ellende nooit meer geloven dat hier die topgrade studenten worden opgeleid, laat staan dat hier onderzoek van wereldklasse wordt gedaan: we kunnen niet eens de aanleg van een tuintje managen…

Maar, niet getreurd. Dit is Delft, zie een klus, pak ‘m aan. Mag ik van u 2500 stelcon-platen en 10 bussen? Twee telefoontjes en het is in een week geregeld. Bestellen we daarna de tramrails en beginnen we met de aanleg over de Mekelweg, trammetje erbij en gaan. En dan kun je er uiteindelijk altijd nog een slagboom en parkeerheffing bijklussen. Misschien nog wel een leuk concept om te valoriseren: DelftParq, instant parking anywhere. Hans, bel jij even?

Dr. Ir. Jan van der Tempel is projectmanager bij de sectie Waterbouw en Offshore van de faculteit Civiele Techniek & Geowetenschappen

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.