Campus

Over alles wat studenten elkaar te zeggen hebben

Vijftig jaar lang al kent het Delftse studentenleven een eigen opinie- en nieuwsblad. Lang voor de voorganger van Delta met zijn wekelijkse uitgaven begon, werd het Orakel opgericht.

Met onderwerpen over masturberen tot een discussie over ‘hoe om te gaan met mts’ers’.

Op precies dezelfde verschijningsdatum als dit jaar – op 17 november – kwam vijftig jaar geleden het eerste ‘Orakel van Delft’ uit. De uitgave werd verzorgd door de centrale commissie voor studentenbelangen, de voorloper van de VSSD en oorspronkelijk een commissie van het Delftsch Studenten Corps. ,,Over alles wat studenten elkaar te zeggen hebben”, aldus de hoofdredacteur in de eerste editie. Dat bleek te variëren van onderwerpen over ‘onze jongens in Indonesië’ tot een special gewijd aan masturberen.

De naam Orakel van Delft verwijst naar de Delftse wijsgeer Hugo de Groot, die deze titel droeg. Nogmaal de eerste hoofdredacteur: ,,Het gaat niet om godsspraak, noch om onbegrijpelijkheid.”

De centrale commissie kan het in die eerste editie niet nalaten om een probleem aan de kaak te stellen waarmee de VSSD ook nu nog kampt: ,,De centrale commissie wordt te veel gezien als een handleidingenvereeniging, maar wij behartigen ook maatschappelijke en culturele belangen.”

In het eerste jaar na de oorlog hebben vele onderwerpen in het Orakel een internationaal tintje. Het eerste nummer opent met een oproep om op een internationale studentendag de slachtoffers van het schrikbewind van het nationaal-socialisme te herdenken. De redactie belicht de abominabele toestanden waarin studenten in diverse landen in Europa leven. Duitsland wordt daarbij niet overgeslagen: ,,Ze hebben geen voedsel, geen huizen, nauwelijks kleding of ze zijn gekleed in militaire uniformen die blijkbaar in groten getale beschikbaar waren.”

Het Orakel drukt het integrale openingscollege na de oorlog af van het vak logica door prof.dr. D. van Dantzig. Het Orakel en Dantzig verwerken en herdenken de oorlog. Dantzig noemt namen die iedere TU-student nog kent: ,,Er is veel door studenten gevochten, en ook een drietal professoren hebben hun leven gelaten. Professor Mekel, Schoemaker en Wiersma zijn gefusilleerd om hun ondergrondse activiteiten. Wat heeft dit met een college logica te maken, vraagt U zich af? U zult Uw weg moeten zoeken tussen emotie en logica. Helaas is de begripskritiek op de maatschappij geen vak op de TH.”

Het meeleven met de oorlog blijkt ook een jaar later groot: de verontwaardiging in Delft is aanzienlijk als de student-ondertekenaars van een loyaliteitsverklaring aan de Duitsers clementie krijgen, en hun straf van enkele maanden uitsluiting van de universiteit gehalveerd wordt. Een brief wordt op hoge poten geschreven aan de minister en verschijnt in het Orakel.
Nihilisme

Maar binnen een jaar gaat het Orakel over tot de orde van de dag volgt. De Orakel-redactie vindt een onderwerp waar zij nog tientallen jaren over zal schrijven: ,,Het nihilisme is een groot probleem. Hoe kan ervoor gezorgd worden dat iedereen lid wordt van een studentenvereniging.” Dit probleem ziet het Orakel als onoverkomelijk bij de oprichting van een TH buiten Delft: ,,Hoe kan een stad zonder tradities toch verenigingen oprichten.”

Het overkoepelend overleg van studentenverenigingen in Delft komt met wilde plannen, zoals een vijf-sociëteitenplan, waarin iedereen lid is van één vereniging met vijf sociëteiten. Een ander voorstel: iedereen die lid is bij de centrale commissie wordt ook automatisch lid van het DSC (zo’n tachtig procent van de studenten was ook lid van het centrale commissie). Uiteindelijk wordt in het Orakel met droevenis vastgesteld dat de verenigingen hiervoor toch te ver uit elkaar groeien.

Maar ook andersoortige maatschappelijke betrokkenheid spreekt uit het Orakel. In een nummer uit het begin van de jaren zestig vinden we een fel protest tegen het optreden van de kardinalen van de Katholieke Kerk op het tweede Vaticaans concilie in Rome. Krijgt de paus niet teveel macht?

In ’65 vinden we het volgende citaat in het Orakel: ,,Na zeven à acht jaar studieduur is het economisch rendement van een studie toch voldoende? Het studierendement is een exponentieel dalende functie van het aantal toetsmomenten, dus van de tentamens, en is daarom onveranderlijk.”
Dienstmaagd

Maar de tijden veranderen en daarmee ook het ivoren-torengehalte van het Orakel. Dit is duidelijk te merken aan de opkomst van de Studenten Vak Beweging in Nederland. Delft blijft niet achter en in ’63 wordt de VSSD opgericht. Oorspronkelijk is het niet veel anders dan de oude centrale commissie, maar een democratisch gekozen bestuursraad brengt daar verandering in. In totaal doen maar liefst twaalf verschillende lijsten mee aan de verkiezingen.

Hun lijstje aandachtspunten is illustratief voor de bezigheden van de studenten van die tijd: ,,Als eerste moeten gehuwde studenten het makkelijker krijgen. De studietoelage is te laag en de huisvesting in Delft kan beter. Daarnaast moet er meer indirecte subsidie aan eettafels gegeven worden, moet er meer medische verzorging komen en moet de universiteit gedemocratiseerd worden.”

Sommige stukken zijn bijzonder, neem de oproep ‘Student experimentele fysica gezocht voor Antartica-expeditie.’ Andere stukken getuigen van een botte Delftse mentaliteit: ,,De student die prostituées bezoekt is zeldzaam geworden, evenals de student die met de dienstmaagd vrijt, niet ten laatste omdat er nauwelijks nog dienstmaagden: zij zijn de vrouwelijke studentes van nu!”
Ratten

In de jaren zeventig deint het Orakel mee op een progressieve stroming. Complete nummers worden gewijd aan seksuele voorlichting. De AAG laat keihard van zich horen. Sommige faculteiten kunnen dit niet waarderen, zo blijkt in nummerzeventien van april ’76 uit een reactie van het faculteitsbestuur van Vliegtuigbouw in het Orakel: ,,De AAG’ers zijn fascistoïde ratten”, waarop het bestuur alle studenten uit zijn midden verwijdert.

In de jaren tachtig vindt een kentering plaats als voor het eerst een andere partij dan de AAG grote hoeveelheden stemmen trekt. De redactie vraagt zich even af of dit niet toevallig ligt aan de lage opkomst, maar al snel past ook het Orakel zich aan. Het blad komt niet meer in de links-anarchistische stijl uit, maar met een strakkere opmaak: minder een pamflet en meer een maandblad.

Dit levert begin jaren negentig een crisis op in de redactie. Wie leest het blad nog eigenlijk? In 1946 was zowat iedereen lezer, en intensief ook, gezien de reacties. In 1990 lijkt de functie van het Orakel naast de Delta moeilijk te definiëren. Redactieleden waren voor het Orakel de afgelopen jaren soms moeilijk te vinden, reden voor een redactie in 1991 om met een geheel zwarte voorkant uit te komen zonder enige tekst. Veel bekendheid in Delft verwerft het blad tijdelijk door een strip over het hopeloos onhaalbare vak ‘Elementaire eliminatie transformatie’.

Een nieuwe redactie heeft in 1995 het roer opnieuw omgegooid, een strak opgemaakt Orakel valt deze week bij mensen in de bus. Met een aantal klassieke elementen: het overzicht van de VSSD-boeken, de internationale blik naar studenten die vechten om te overleven, ditmaal in Birma. We vinden in het Orakel een oproep tot politiek engagement, een actie tegen de minister, een culturele agenda en een oproep om de VSSD niet te zien als boekenclub. Dezelfde onderwerpen en problemen als vijftig jaar geleden.

Paul Rutten

Vijftig jaar lang al kent het Delftse studentenleven een eigen opinie- en nieuwsblad. Lang voor de voorganger van Delta met zijn wekelijkse uitgaven begon, werd het Orakel opgericht. Met onderwerpen over masturberen tot een discussie over ‘hoe om te gaan met mts’ers’.

Op precies dezelfde verschijningsdatum als dit jaar – op 17 november – kwam vijftig jaar geleden het eerste ‘Orakel van Delft’ uit. De uitgave werd verzorgd door de centrale commissie voor studentenbelangen, de voorloper van de VSSD en oorspronkelijk een commissie van het Delftsch Studenten Corps. ,,Over alles wat studenten elkaar te zeggen hebben”, aldus de hoofdredacteur in de eerste editie. Dat bleek te variëren van onderwerpen over ‘onze jongens in Indonesië’ tot een special gewijd aan masturberen.

De naam Orakel van Delft verwijst naar de Delftse wijsgeer Hugo de Groot, die deze titel droeg. Nogmaal de eerste hoofdredacteur: ,,Het gaat niet om godsspraak, noch om onbegrijpelijkheid.”

De centrale commissie kan het in die eerste editie niet nalaten om een probleem aan de kaak te stellen waarmee de VSSD ook nu nog kampt: ,,De centrale commissie wordt te veel gezien als een handleidingenvereeniging, maar wij behartigen ook maatschappelijke en culturele belangen.”

In het eerste jaar na de oorlog hebben vele onderwerpen in het Orakel een internationaal tintje. Het eerste nummer opent met een oproep om op een internationale studentendag de slachtoffers van het schrikbewind van het nationaal-socialisme te herdenken. De redactie belicht de abominabele toestanden waarin studenten in diverse landen in Europa leven. Duitsland wordt daarbij niet overgeslagen: ,,Ze hebben geen voedsel, geen huizen, nauwelijks kleding of ze zijn gekleed in militaire uniformen die blijkbaar in groten getale beschikbaar waren.”

Het Orakel drukt het integrale openingscollege na de oorlog af van het vak logica door prof.dr. D. van Dantzig. Het Orakel en Dantzig verwerken en herdenken de oorlog. Dantzig noemt namen die iedere TU-student nog kent: ,,Er is veel door studenten gevochten, en ook een drietal professoren hebben hun leven gelaten. Professor Mekel, Schoemaker en Wiersma zijn gefusilleerd om hun ondergrondse activiteiten. Wat heeft dit met een college logica te maken, vraagt U zich af? U zult Uw weg moeten zoeken tussen emotie en logica. Helaas is de begripskritiek op de maatschappij geen vak op de TH.”

Het meeleven met de oorlog blijkt ook een jaar later groot: de verontwaardiging in Delft is aanzienlijk als de student-ondertekenaars van een loyaliteitsverklaring aan de Duitsers clementie krijgen, en hun straf van enkele maanden uitsluiting van de universiteit gehalveerd wordt. Een brief wordt op hoge poten geschreven aan de minister en verschijnt in het Orakel.
Nihilisme

Maar binnen een jaar gaat het Orakel over tot de orde van de dag volgt. De Orakel-redactie vindt een onderwerp waar zij nog tientallen jaren over zal schrijven: ,,Het nihilisme is een groot probleem. Hoe kan ervoor gezorgd worden dat iedereen lid wordt van een studentenvereniging.” Dit probleem ziet het Orakel als onoverkomelijk bij de oprichting van een TH buiten Delft: ,,Hoe kan een stad zonder tradities toch verenigingen oprichten.”

Het overkoepelend overleg van studentenverenigingen in Delft komt met wilde plannen, zoals een vijf-sociëteitenplan, waarin iedereen lid is van één vereniging met vijf sociëteiten. Een ander voorstel: iedereen die lid is bij de centrale commissie wordt ook automatisch lid van het DSC (zo’n tachtig procent van de studenten was ook lid van het centrale commissie). Uiteindelijk wordt in het Orakel met droevenis vastgesteld dat de verenigingen hiervoor toch te ver uit elkaar groeien.

Maar ook andersoortige maatschappelijke betrokkenheid spreekt uit het Orakel. In een nummer uit het begin van de jaren zestig vinden we een fel protest tegen het optreden van de kardinalen van de Katholieke Kerk op het tweede Vaticaans concilie in Rome. Krijgt de paus niet teveel macht?

In ’65 vinden we het volgende citaat in het Orakel: ,,Na zeven à acht jaar studieduur is het economisch rendement van een studie toch voldoende? Het studierendement is een exponentieel dalende functie van het aantal toetsmomenten, dus van de tentamens, en is daarom onveranderlijk.”
Dienstmaagd

Maar de tijden veranderen en daarmee ook het ivoren-torengehalte van het Orakel. Dit is duidelijk te merken aan de opkomst van de Studenten Vak Beweging in Nederland. Delft blijft niet achter en in ’63 wordt de VSSD opgericht. Oorspronkelijk is het niet veel anders dan de oude centrale commissie, maar een democratisch gekozen bestuursraad brengt daar verandering in. In totaal doen maar liefst twaalf verschillende lijsten mee aan de verkiezingen.

Hun lijstje aandachtspunten is illustratief voor de bezigheden van de studenten van die tijd: ,,Als eerste moeten gehuwde studenten het makkelijker krijgen. De studietoelage is te laag en de huisvesting in Delft kan beter. Daarnaast moet er meer indirecte subsidie aan eettafels gegeven worden, moet er meer medische verzorging komen en moet de universiteit gedemocratiseerd worden.”

Sommige stukken zijn bijzonder, neem de oproep ‘Student experimentele fysica gezocht voor Antartica-expeditie.’ Andere stukken getuigen van een botte Delftse mentaliteit: ,,De student die prostituées bezoekt is zeldzaam geworden, evenals de student die met de dienstmaagd vrijt, niet ten laatste omdat er nauwelijks nog dienstmaagden: zij zijn de vrouwelijke studentes van nu!”
Ratten

In de jaren zeventig deint het Orakel mee op een progressieve stroming. Complete nummers worden gewijd aan seksuele voorlichting. De AAG laat keihard van zich horen. Sommige faculteiten kunnen dit niet waarderen, zo blijkt in nummerzeventien van april ’76 uit een reactie van het faculteitsbestuur van Vliegtuigbouw in het Orakel: ,,De AAG’ers zijn fascistoïde ratten”, waarop het bestuur alle studenten uit zijn midden verwijdert.

In de jaren tachtig vindt een kentering plaats als voor het eerst een andere partij dan de AAG grote hoeveelheden stemmen trekt. De redactie vraagt zich even af of dit niet toevallig ligt aan de lage opkomst, maar al snel past ook het Orakel zich aan. Het blad komt niet meer in de links-anarchistische stijl uit, maar met een strakkere opmaak: minder een pamflet en meer een maandblad.

Dit levert begin jaren negentig een crisis op in de redactie. Wie leest het blad nog eigenlijk? In 1946 was zowat iedereen lezer, en intensief ook, gezien de reacties. In 1990 lijkt de functie van het Orakel naast de Delta moeilijk te definiëren. Redactieleden waren voor het Orakel de afgelopen jaren soms moeilijk te vinden, reden voor een redactie in 1991 om met een geheel zwarte voorkant uit te komen zonder enige tekst. Veel bekendheid in Delft verwerft het blad tijdelijk door een strip over het hopeloos onhaalbare vak ‘Elementaire eliminatie transformatie’.

Een nieuwe redactie heeft in 1995 het roer opnieuw omgegooid, een strak opgemaakt Orakel valt deze week bij mensen in de bus. Met een aantal klassieke elementen: het overzicht van de VSSD-boeken, de internationale blik naar studenten die vechten om te overleven, ditmaal in Birma. We vinden in het Orakel een oproep tot politiek engagement, een actie tegen de minister, een culturele agenda en een oproep om de VSSD niet te zien als boekenclub. Dezelfde onderwerpen en problemen als vijftig jaar geleden.

Paul Rutten

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.