De Europese Commissie stopt wetenschappelijke samenwerking met Rusland. Dit heeft ook gevolgen voor de TU Delft, die meedraait in 5 EU-projecten waar Rusland bij betrokken is.
In navolging van de Europese Commissie, Duitsland en Denemarken zal ook Nederland de wetenschappelijke samenwerking met Rusland in de ijskast zetten. Het kabinet komt deze week nog met een verklaring hierover, zeggen betrokkenen in de academische wereld tegen het Hoger Onderwijs Persbureau (HOP). Net als andere landen stelt Nederland sancties in tegen het regime van Poetin. Daar horen sancties op het gebied van de wetenschap bij.
Het kabinet zoekt vermoedelijk de balans. Het wil niet dat het Russische regime profiteert van Nederlands onderzoeksgeld, maar wil ook geen heksenjacht ontketenen tegen individuele onderzoekers en studenten – zeker niet als ze tegen de oorlog zijn.
Europese Unie
De Europese Commissie heeft woensdag al de wetenschappelijke samenwerking met Rusland gestaakt. Alle betalingen aan Russische partners worden stopgezet, nieuwe contracten worden niet getekend.
In het Europese wetenschapsprogramma Horizon is Rusland een partnerland. Russische onderzoekers werken bijvoorbeeld samen met Europese collega’s op het gebied van nanotechnologie, klimaat en gezondheid.
Delftse samenwerking
De TU Delft werkt voor zover bekend mee aan vijf Europese projecten samen met onder meer Russische partners. Het gaat om projecten met de acroniemen AGILE 4.0, ARTEM, FUTPRINT50, PATRICIA, RI-URBANS. De eerste drie richten zich op de ontwikkeling van efficiëntere en stillere vliegtuigen. PATRICIA (Partitioning And Transmuter Research Initiative in a Collaborative Innovation Action) richt zich op de vermindering van nucleair afval bij kernreactors. Het project RI-URBANS moet leiden tot betere systemen om luchtkwaliteit in steden te meten.
Duitsland kondigde al eerder een academische boycot aan en ook Denemarken heeft dat inmiddels gedaan. Omgekeerd wordt Oekraïne juist met open armen ontvangen. Het land is vorig jaar als partnerland toegetreden tot het Horizonprogramma.
Erasmus+
Rusland is ook een partnerland in het Europese uitwisselingsprogramma Erasmus+. Ruim 2.500 Russische studenten gingen op uitwisseling naar Europa en omgekeerd gingen 1.900 Europese studenten naar Rusland. Dat zal vermoedelijk ook veranderen, al zegt de Europese Commissie daar nog niets over. Wel roept zij op tot hulp aan Oekraïense uitwisselingsstudenten en hulp aan Erasmusstudenten die momenteel in Rusland zitten.
In 2020 volgden 1.201 studenten uit Rusland een opleiding in het Nederlandse hoger onderwijs: ruim 900 bachelors en bijna 300 masters. Het werden er steeds meer in de afgelopen jaren, mede dankzij een zogeheten NESO-kantoor in Moskou dat de uitwisseling bevordert. Uit Oekraïne kwamen bijna 700 studenten hierheen, van wie zeshonderd een bachelor volgden en honderd een master. Omgekeerd komt het minder vaak voor. De cijfers lopen een beetje achter, maar in 2018 volgden voor zover bekend slechts 22 Nederlandse studenten een opleiding in Rusland en zes in Oekraïne.
HOP, Bas Belleman/Delta, Tomas van Dijk
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
redactie@hogeronderwijspersbureau.nl
Comments are closed.