Onderwijs

Ook Chinese beurspromovendi in Nederland rapporteren aan hun ambassade

Moeten Chinese beurspromovendi rapporteren aan hun ambassade? De minister laat dat onderzoeken. Bronnen vertellen Delta dat ze dat wel moeten, maar niet altijd serieus nemen.

Foto ter illustratie. De mensen op deze foto komen niet in het verhaal voor. (Foto: Justyna Botor)

Het is denkbaar dat China het beursprogramma voor promovendi (China Scholarship Council) inzet voor het verwerven van hoogwaardige kennis en technologie, antwoordt Onderwijsminister Dijkgraaf op schriftelijke vragen van VVD-Kamerlid Hatte van der Woude.

Om met CSC-beurs naar het buitenland te gaan, tekenen de Chinese promovendi een contract waarin ze de lijn van de communistische partij onderschrijven. Volgens een rapport van de Amerikaanse overheid uit 2020 valt niet goed te beoordelen of promovendi daadwerkelijk op deze voorwaarden worden gescreend.

Voortgang rapporteren
In Duitsland werd vorige maand bekend dat Chinese promovendi soms verplicht hun ambassade of consulaat op de hoogte houden van hun onderzoeksvorderingen. Tijdens het promotietraject staan familieleden van de promovendi in Duitsland bovendien garant. Die draaien op voor kosten als de promovendus zijn traject afbreekt, niet naar behoren presteert of na het promotietraject niet tijdig terugkeert naar China. Dat gaat om bedragen tot zo’n 75 duizend euro.

Het zou inderdaad “onwenselijk” zijn als dit in Nederland ook speelt, vindt Dijkgraaf – maar harde uitspraken doet hij nog niet. Dat familieleden garant zouden staan voor de promovendi in Nederland heeft hij niet gehoord. Signalen van promovendi die verslag doen bij de ambassade of het consulaat heeft hij wel opgevangen. Maar het is “moeilijk vast te stellen wat de precieze mate van invloed is die de Chinese overheid uitoefent op individuele promovendi”, voegt de minister eraan toe.

Onderzoeksformulier invullen
Uit onderzoek van Delta blijkt dat ook in Nederland promovendi verslag moeten doen bij hun ambassade: ze moeten elk semester een formulier over hun onderzoeksvorderingen invullen en die naar de ambassade mailen. Delta heeft zo’n formulier in handen. De ambassade vraagt promovendi hun persoonlijke gegevens in te vullen en een korte samenvatting te geven van hun onderzoeksvorderingen. Ook postdoctorale onderzoekers zijn verplicht om dit te doen, is te lezen op het formulier. Eenmaal per jaar moet het formulier worden ondertekend door de professor of begeleider van de universiteit waar de promovendus onderzoek doet. Het is niet bekend of dit ook daadwerkelijk gebeurt.

‘Denk je nou echt dat de ambassade tijd heeft om al onze formuleren door te lezen?’

Meerdere Chinese promovendi die Delta sprak, zeiden het niet al te nauw te nemen met het rapporteren. “Er zijn momenteel zo’n 2000 Chinese promovendi in Nederland. Denk je nou echt dat de ambassade tijd heeft om al onze formuleren door te lezen?”, antwoordt één van hen. De promovendi wilden Delta alleen anoniem te woord staan omdat ze reprailles vrezen van de Chinese overheid. 

Ook de voorwaarde om na promoveren een paar jaar te werken in China neemt een deel van de promovendi niet al te serieus. “De CSC-organisatie heeft de capaciteit niet om te controleren of iedereen daadwerkelijk terugkeert dus sommige mensen wagen de gok en blijven in het buitenland,” zegt een andere bron van Delta.

Zowel Nederlands als Amerikaans onderzoek onderschrijven dit beeld. Nederlandse onderzoekers van het Leiden Asia Centre becijferden in 2017 bijvoorbeeld dat 79 procent van de promovendi niet van plan is om terug te keren. Eramus Magazine sprak eerder met Chinese studenten over de voorwaarde om loyaal te zijn aan de communistische partij. Zij zeiden dat die eis slechts symbolisch was. 

In hoeverre Chinese promovendi daadwerkelijk loyaal moeten zijn aan de communistische partij, is volgens deskundigen moeilijk om daadwerkelijk uit te zoeken. Onderzoeker Remco Zwetsloot, een van de opstellers van een rapport over CSC-promovendi voor de Amerikaanse overheid zegt daarover: “Je kunt het ze wel vragen, maar het is onwaarschijnlijk dat ze er echt iets over willen delen.” Hetzelfde geldt voor journalistieke vragen, aldus Zwetsloot. 

Onderzoek
Nu kondigt de minister een eigen onderzoek aan naar ‘het totaal aantal CSC-promovendi en in welke vakgebieden zij in Nederland actief zijn’. Dat onderzoek moet ook meer inzicht bieden in ‘het type contractvoorwaarden’ waarmee de promovendi in Nederland komen werken.

Risico’s ontstaan zelden enkel door één factor’

Verder vraagt hij universiteitenvereniging UNL of er geen strengere eisen aan buitenlandse beursverstrekkers moeten worden gesteld. Elke universiteit maakt momenteel een risicoanalyse over de kennisveiligheid, zegt Dijkgraaf erbij, en daarin worden ook de beursprogramma’s en beurspromovendi meegenomen.

Nuance
Hij wil de nuance in het oog houden: “Risico’s op het gebied van kennisveiligheid ontstaan zelden enkel door één factor, zoals een loyaliteitsverklaring.” De ‘mate van toegang tot sensitieve kennis’ en ‘het bestaan van (financiële) banden met een instelling en/of overheid’ spelen daarbij ook een rol.

Volgens onderzoeker Zwetsloot komt het kennisveiligheidsrisico vooral kijken bij het “kleine percentage onderzoekers dat expertise ontwikkelt op gebieden die relevant zijn voor het Chinese leger of commerciële behoefte”. Deze promovendi kunnen zelfs worden bedreigd, zegt hij. “Ook al is dat dan maar 5 tot 10 procent van de promovendi, het is wel een hele belangrijke 5 tot 10 procent.” Uit eerder onderzoek van Delta bleek dat promovendi met een CSC-beurs aan de TU Delft de afgelopen jaren onder meer onderzoek hebben gedaan naar onbemande luchtvaartuigen en kunstmatige intelligentie. Allen waren afkomstig van militaire universiteiten.

De TU Delft neemt daarom al een tijdje geen Chinese promovendi meer aan die afkomstig zijn van militaire universiteiten of die willen promoveren op “gevoelige onderzoeksgebieden”. Ook adviseert de universiteit onderzoeksgroepen om geen Chinese promovendi meer aan te nemen die slechts een deel van hun promotietraject in Nederland doorbrengen. Dit advies is in oktober 2022 gedeeld met decanen en faculteitssecretarissen en sinds deze maand verspreid via een intranetpagina over kennisveiligheid.   

Omgekeerd is er in de media ook oog voor de positie van de promovendi zelf. Hun maandelijkse beursbedrag is vaak te karig om in het levensonderhoud te voorzien. Universiteiten zouden hen beter moeten steunen, menen critici.

Delta, Annebelle de Bruijn/ HOP, Peer van Tetterode

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.