Onderwijs

Onderzoekscholen functioneren goed

De onderzoekscholen in Delft functioneren bestuurlijk goed. Dat blijkt uit een onderzoek dat het college van bestuur onder faculteiten en onderzoekscholen heeft gehouden.

br />
Het college van bestuur concludeert dat een aantal zorgen van de universiteitsraad over de onderzoekscholen niet is aangetroffen. Zo vreesde de u-raad dat op noodlijdende faculteiten waar veel mensen in onderzoekscholen werken, deze groep medewerkers gevrijwaard was van personele bezuinigingen. Uit het onderzoek blijkt echter dat onderzoekscholen ook een bijdrage in de bezuinigingen leveren.

Volgens het college komt dit omdat de faculteiten de onderzoekscholen meer in hun greep houden dan verwacht. De u-raad toonde zich in het verleden bezorgd dat de verhoudingen eerder andersom zouden zijn.

Onderzoekscholen hebben kritiek op de hoeveelheid regels waaraan zij zich aan moeten houden. Behalve aan de erkenningscriteria van de KNAW moeten ze ook voldoen aan eigen voorschriften van de TU. Zo was de u-raad bij oprichting van de eerste onderzoekscholen bang dat sommige vakgroepen daar geheel in op zouden gaan. Daarom is er een voorschift opgesteld om zoiets onmogelijk te maken.

Het college concludeert dat de punten van zorg tot nu toe niet zijn uitgekomen. Het cvb vindt dat de eigen TU-criteria daarom geen waarde hebben, en wil dat ze worden ingetrokken.

De onderzoekscholen willen meer beheersbevoegdheden voor hun wetenschappelijk directeur. Deze moet zelf aan fondsvorming kunnen doen, apparatuur verwerven en eigen personeel kunnen aanstellen. Een aantal faculteiten vindt dit niet wenselijk, maar het college wil de wetenschappelijk directeur wel een aantal submandaten geven, met uitzondering voor de aanstelling van eigen personeel.

De verwachte voordelen van onderzoekscholen komen volgens het cvb-onderzoek goed uit de verf. Zo bieden de onderzoekscholen een integratie van verschillende vakgebieden die vroeger versnipperd samenwerkten. Daarnaast hebben ze een zeer positieve uitwerking op de opleiding van aio’s en oio’s, die daardoor in het algemeen een goede kans op een baan hebben. (S.H.)

Steven Hubeek

De onderzoekscholen in Delft functioneren bestuurlijk goed. Dat blijkt uit een onderzoek dat het college van bestuur onder faculteiten en onderzoekscholen heeft gehouden.

Het college van bestuur concludeert dat een aantal zorgen van de universiteitsraad over de onderzoekscholen niet is aangetroffen. Zo vreesde de u-raad dat op noodlijdende faculteiten waar veel mensen in onderzoekscholen werken, deze groep medewerkers gevrijwaard was van personele bezuinigingen. Uit het onderzoek blijkt echter dat onderzoekscholen ook een bijdrage in de bezuinigingen leveren.

Volgens het college komt dit omdat de faculteiten de onderzoekscholen meer in hun greep houden dan verwacht. De u-raad toonde zich in het verleden bezorgd dat de verhoudingen eerder andersom zouden zijn.

Onderzoekscholen hebben kritiek op de hoeveelheid regels waaraan zij zich aan moeten houden. Behalve aan de erkenningscriteria van de KNAW moeten ze ook voldoen aan eigen voorschriften van de TU. Zo was de u-raad bij oprichting van de eerste onderzoekscholen bang dat sommige vakgroepen daar geheel in op zouden gaan. Daarom is er een voorschift opgesteld om zoiets onmogelijk te maken.

Het college concludeert dat de punten van zorg tot nu toe niet zijn uitgekomen. Het cvb vindt dat de eigen TU-criteria daarom geen waarde hebben, en wil dat ze worden ingetrokken.

De onderzoekscholen willen meer beheersbevoegdheden voor hun wetenschappelijk directeur. Deze moet zelf aan fondsvorming kunnen doen, apparatuur verwerven en eigen personeel kunnen aanstellen. Een aantal faculteiten vindt dit niet wenselijk, maar het college wil de wetenschappelijk directeur wel een aantal submandaten geven, met uitzondering voor de aanstelling van eigen personeel.

De verwachte voordelen van onderzoekscholen komen volgens het cvb-onderzoek goed uit de verf. Zo bieden de onderzoekscholen een integratie van verschillende vakgebieden die vroeger versnipperd samenwerkten. Daarnaast hebben ze een zeer positieve uitwerking op de opleiding van aio’s en oio’s, die daardoor in het algemeen een goede kans op een baan hebben. (S.H.)

Steven Hubeek

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.