Staatssecretaris Nuis voelt niets voor het voorstel om studenten na het tweede cursusjaar tussentijds te selecteren. Dat kan ,,wel eens een valkuil blijken waarover niet scherp genoeg is nagedacht”, aldus Nuis tijdens de jubileumconferentie van de VSNU, gisteren.
Hij vroeg zich af of de maatschappij wel behoefte heeft ,,aan studenten die na twee jaar een diploma ontvangen waaruit vooral blijkt dat ze niet echt in het wo-stelsel mee kunnen.”
Volgens Nuis, de project manager hervorming hoger onderwijs, stelt de commissie-De Moor een ,,generieke verkorting” van de cursusduur voor. Nuis vindt dat een te strakke benadering. Hij houdt vast aan zijn opvatting dat de ene studie langer kan zijn dan de andere, bijvoorbeeld door een verschil in zwaarte.
De komende maanden wil Nuis met de universiteiten en hogescholen overleggen over differentiatie in het hoger onderwijs. In mei komt hij met een plan. Nuis noemde alvast verschillende mogelijkheden. Zo noemde hij het belang van terugkerend onderwijs. ,,Waarom niet een korte eerste opleiding, waarna later in het leven een vervolg?” Ook vindt Nuis dat slimme studenten dezelfde studie in een kortere tijd moeten kunnen doen.
Nuis deelde de verwachting van De Moor dat de universiteiten in de toekomst kleiner zullen worden. Het hoger beroepsonderwijs zal daardoor groeien, meent Nuis. Als alternatieven voor universitaire studies zullen er in het HBO ,,nieuwe, korte, intensief begeleide, praktijkgerichte opleidingen moeten worden ingericht”. (HOP/P.E.)
Staatssecretaris Nuis voelt niets voor het voorstel om studenten na het tweede cursusjaar tussentijds te selecteren. Dat kan ,,wel eens een valkuil blijken waarover niet scherp genoeg is nagedacht”, aldus Nuis tijdens de jubileumconferentie van de VSNU, gisteren. Hij vroeg zich af of de maatschappij wel behoefte heeft ,,aan studenten die na twee jaar een diploma ontvangen waaruit vooral blijkt dat ze niet echt in het wo-stelsel mee kunnen.”
Volgens Nuis, de project manager hervorming hoger onderwijs, stelt de commissie-De Moor een ,,generieke verkorting” van de cursusduur voor. Nuis vindt dat een te strakke benadering. Hij houdt vast aan zijn opvatting dat de ene studie langer kan zijn dan de andere, bijvoorbeeld door een verschil in zwaarte.
De komende maanden wil Nuis met de universiteiten en hogescholen overleggen over differentiatie in het hoger onderwijs. In mei komt hij met een plan. Nuis noemde alvast verschillende mogelijkheden. Zo noemde hij het belang van terugkerend onderwijs. ,,Waarom niet een korte eerste opleiding, waarna later in het leven een vervolg?” Ook vindt Nuis dat slimme studenten dezelfde studie in een kortere tijd moeten kunnen doen.
Nuis deelde de verwachting van De Moor dat de universiteiten in de toekomst kleiner zullen worden. Het hoger beroepsonderwijs zal daardoor groeien, meent Nuis. Als alternatieven voor universitaire studies zullen er in het HBO ,,nieuwe, korte, intensief begeleide, praktijkgerichte opleidingen moeten worden ingericht”. (HOP/P.E.)
Comments are closed.