De SP-jongerenorganisatie ROOD en de Landelijke studentenvakbond hebben gisteren de aftrap gegeven voor hun jaarlijkse ‘huisjesmelker van het jaar verkiezing’.
Rood en de LSVb organiseren de verkiezing voor de zesde keer en willen zo aandacht vragen voor de kamernood in Nederland. Volgens de organisaties profiteren huisbazen van het kamertekort door veel te hoge huren te vragen voor kleine, slecht onderhouden panden.
Rood-voorzitter Leon Botter zegt in een persbericht door te gaan met dergelijke acties “tot er een structurele oplossing is”. Volgens Botter is de verkiezing in het verleden vaak succesvol geweest en zijn misstanden aangepakt.
Excuses aan ‘winnaar’ vorig jaar
Toch stond de organisatie van de ‘huisjesmelker van het jaar’-verkiezing er vorig jaar gekleurd op. De Groningse kamerverhuurder die toen de twijfelachtige eer had de prijs in ontvangst te nemen werd ervan beschuldigd dat hij studentes liet strippen voor een kamer, onveilig asbest had laten verwijderen en onaangekondigd badkamers binnenliep.
Geen van de aantijgingen kon echter worden hardgemaakt, bleek later. De organisatie bood uiteindelijk haar excuses aan en beloofde haar onderzoek in het vervolg grondiger te zullen doen.
Studenten kunnen hun huisbaas via de website van ROOD nomineren voor de oneervolle prijs.
Daar ging Tjeu Lemmens op 16 mei van dit jaar. Vanuit Delft naar Teheran, met eega Ine. Op de fiets. Een tocht met veel ups, maar ook een ruime hoeveelheid downs, blijkt uit ‘Op de fiets naar Cappadocië’ dat net verschenen is.
Hij had het al voorzien, blijkt uit zijn inleiding. ‘De lange afstandfietser moet niet alleen veel fiets- en kampeerervaring hebben, maar ook beschikken over specifieke karaktertrekken. Welke? Hij/zij moet niet bang zijn uitgevallen en een sterk gevoel voor overleven is noodzakelijk.’
Lemmens is vooraf al vrij zeker van zijn zaak. Hij kan zo’n karwei aan. Voor zijn werk als projectleider ging hij onder meer naar Estland en Nigeria. “In Estland was ik tussen 1997 en 1999 in totaal een half jaar. Zonder hele hofhouding je eigen boontjes doppen.”
Daarnaast had hij al heel wat fietskilometers in de benen. Eigenlijk fietst Lemmens al veertig jaar langere afstanden. Als tiener verkende hij de wijde omgeving en maakte daar zelf kaartjes van. Als student forensde hij tussen Monster en Delft-Zuid. Als volwassen vent mét vrouw en kinderen, was hij zonder auto sinds de Citroen GS in 1981 ter ziele ging. “23 jaar geen auto. Alles op de fiets.” Ook de vakanties in de Benelux, Duitsland en Frankrijk.
“Met al dat fietsen ontstond het idee om zelf, op eigen kracht, naar de andere kant van de wereld te komen”, schetst Lemmens. Twee vliegen in een klap: wel de verre, exotische bestemmingen bereiken die je anders voor je werk rechtstreeks met het vliegtuig bereist, maar dan nu geleidelijk, met tijd om aandacht aan de mensen, de reis en cultuur te besteden. En daarnaast de uitdagingen van zo’n langere reis. “Je staat er alleen voor, moet elke dag je problemen zelf oplossen.”
Dat de avonturen van hem en zijn eega Ine zouden leiden tot een boek, wist hij toen nog niet. Ook hiervoor kwamen dingen samen. “Allereerst mijn literaire interesse. Ik heb veel literatuur gelezen. Nederlandse, maar ook de negentiende-eeuwse Russen.” Hij schreef ‘verhaaltjes’ en heeft drie dichtbundels op zijn naam staan. “In mijn wilde jaren, zo’n dertig jaar geleden, volgde ik zelfs een schrijfcursus van A.F.Th. van der Heijden.”
Het schrijven, ‘twee maanden heel intensief naast mijn werk’, beviel hem goed. “Ik heb alles opgeschreven met het voornemen dat het literair moest zijn, met flashbacks, dialogen. Ik wilde de toon los houden, maar wel alles vertellen zoals het is gebeurd.”
Dat is geen woord te veel gezegd. Het boek leest soepel weg. Wel zitten er hier en daar zetfoutjes in en is er gehannest met tegenwoordige en verleden tijd. Niet elke overdenking raakt een snaar, maar je beleeft de reis echt mee in de wat Lemmens omschrijft als ‘chronologische hoofdstukjes met elk een thema’. Een reis van een christelijke naar een islamitische samenleving met onderweg letterlijk en figuurlijk toppen en dalen. Heuvels die Ine soms te veel zijn. Rijden tussen hoop en vrees tijdens een noodgedwongen rit van veertig kilometer over een weg waar je niet mag fietsen. Maar ook genieten van rust, tijdloosheid, uitzichten en het binnenkomen via een middeleeuwse poort. Pelgrims in Kevelaer, Atatürk, de Donau, een imam, een waterpijp, eten in regen en wind, de schoonheid van Istanbul, het zit er allemaal in.
Volgend jaar pikt Lemmens, zonder vrouw, de draad weer op in Kayseri in Cappadocië. “En dan door Oost-Turkije en Iran naar Pakistan. Al denk ik in een overmoedige bui wel eens: ik haal New Delhi ook.” Je mag hopen dat hij daar ook weer een boek over schrijft.
‘Op de fiets naar Cappadocië’ is verkrijgbaar via boekhandel De Omslag aan de Wijnhaven en via m.j.p.m.lemmens
ROOD en de LSVb organiseren de verkiezing voor de zesde keer en willen zo aandacht vragen voor de kamernood in Nederland. Volgens de organisaties profiteren huisbazen van het kamertekort door veel te hoge huren te vragen voor kleine, slecht onderhouden panden.
ROOD-voorzitter Leon Botter zegt in een persbericht door te gaan met dergelijke acties “tot er een structurele oplossing is”. Volgens Botter is de verkiezing in het verleden vaak succesvol geweest en zijn misstanden aangepakt.
Excuses aan ‘winnaar’ vorig jaar
Toch stond de organisatie van de ‘huisjesmelker van het jaar’-verkiezing er vorig jaar gekleurd op. De Groningse kamerverhuurder die toen de twijfelachtige eer had de prijs in ontvangst te nemen werd ervan beschuldigd dat hij studentes liet strippen voor een kamer, onveilig asbest had laten verwijderen en onaangekondigd badkamers binnenliep.
Geen van de aantijgingen kon echter worden hardgemaakt, bleek later. De organisatie bood uiteindelijk haar excuses aan en beloofde haar onderzoek in het vervolg grondiger te zullen doen.
Studenten kunnen hun huisbaas via de website van ROOD nomineren voor de oneervolle prijs.
Comments are closed.