Onderwijs

Nature gedenkt Maddox

Sir John Maddox, op de Nature redactie beter bekend als ‘JM’, overleed afgelopen zondag. ‘Zijn’ blad eert hem met een overzichtspagina.

John Maddox (1925 – 2009)

 Maddox heeft Nature gemaakt tot het toonaangevende wetenschapstijdschrift dat het nu is. Hij werkte er als hoofdredacteur (editor-in-chief) van 1966 tot 1973, en daarna van 1980 tot 1995. Afgelopen zondag overleed John Maddox (1925 – 2009) in zijn woonplaats Londen.

“Er was verwondering. Toch”, constateert de huidige hoofdredacteur Philip Campbell in Nature (23 april 2009). Natuurlijk, Maddox oogde broos en fragiel. Maar dat was altijd zo geweest. “En toch bleef hij onrustig, onweerstaanbaar en niet te stoppen”. Bovendien verwerft iemand die zoveel Marlboro’s en rode wijn wegwerkt een zeker aura van onsterfelijkheid.

Mogelijk de belangrijkste vernieuwing die Maddox introduceerde was de ‘peer-review’ als selectiecriterium voor onderzoeksartikelen. Niet langer maakten instanties de dienst uit, maar collega-onderzoekers.

Dat was niet zonder gevaar, besefte Maddox zeer wel. Echt origineel werk kan er makkelijk door tegengehouden worden. Zelf zei hij altijd dat het artikel van Watson en Crick over de ontrafeling van de DNA-structuur (1953) er op die manier waarschijnlijk niet doorgekomen zou zijn.

Maddox was van origine en van beroep fysicus met een extreem brede belangstelling. Daarenboven was hij wetenschapsjournalist met dagbladervaring. Zijn vlotte pen, eruditie, droge humor en vlijmscherpe verstand dwongen respect af.

Dat geldt zeker voor de selectie van stukken van hem die Nature nu online heeft gezet, samen met herinneringen aan Maddox van medewerkers. Hilarisch is het stuk over statistiek en het wereldkampioenschap voetbal (‘We wuz robbed’, 1966).

Nature: Maddox special page

Nature: Maddox tribute page

A horribly loud alarm sounds over a huge chain of mountainous islands that are decorated by thousands of plastic traffic cones. Oh shit, it’s not on the islands. Well, it is, but the islands are just my dream. It’s five in the morning and I have to wake up for breakfast. Today is my Ramadan day, which means that together with some other non-Muslim students in our group we are going to join our Indonesian colleague in keeping with the Ramadan tradition of fasting during the day. My breakfast is as solid as they come: baked eggs drowned in cheese, served with the most filling bread I could find. At 5:41 exactly, the last kosher moment (does the term kosher apply to Ramadan, I wonder? I tell myself not to bother with such questions before noon), I finish the tea, it being the last drops of fluid for the day and crash back to bed. At eight in the morning the day can begin for real. After a brief consideration of the Ramadan terms and conditions on teeth-brushing, I choose to brush. Somehow I feel it will be wise. The breakfast seems to have vanished as if it was never eaten. I expected more of the eggs, really. Ten in the morning, the first coffee break. Or rather, no coffee break. Maybe it wasn’t wise to do this on Monday. A Monday morning without a coffee turns out to have even less charm than its usual self, something I thought was impossible. At one o’clock the lectures are over for today. Home to lunch. Oh no. No lunch today. Back at home the early breakfast gets to me and I decide to get some sleep. Rather, my body decides to go to sleep and more or less passes out. Five o’clock. The alarm goes off again. Not another one of those dark breakfasts, please. It must be my lucky day, as it turns out to be five p.m. and it’s the post guy ringing, delivering a package. Two hours to sunset. Fantasies of club sandwiches fill my mind. I kill another hour writing this article. Quarter to seven, its time to cook. Mmmmmmmm, whatever it is.… 

John Maddox (1925 – 2009)
John Maddox (1925 – 2009)

John Maddox (1925 – 2009)

 Maddox heeft Nature gemaakt tot het toonaangevende wetenschapstijdschrift dat het nu is. Hij werkte er als hoofdredacteur (editor-in-chief) van 1966 tot 1973, en daarna van 1980 tot 1995. Afgelopen zondag overleed John Maddox (1925 – 2009) in zijn woonplaats Londen.

“Er was verwondering. Toch”, constateert de huidige hoofdredacteur Philip Campbell in Nature (23 april 2009). Natuurlijk, Maddox oogde broos en fragiel. Maar dat was altijd zo geweest. “En toch bleef hij onrustig, onweerstaanbaar en niet te stoppen”. Bovendien verwerft iemand die zoveel Marlboro’s en rode wijn wegwerkt een zeker aura van onsterfelijkheid.

Mogelijk de belangrijkste vernieuwing die Maddox introduceerde was de ‘peer-review’ als selectiecriterium voor onderzoeksartikelen. Niet langer maakten instanties de dienst uit, maar collega-onderzoekers.

Dat was niet zonder gevaar, besefte Maddox zeer wel. Echt origineel werk kan er makkelijk door tegengehouden worden. Zelf zei hij altijd dat het artikel van Watson en Crick over de ontrafeling van de DNA-structuur (1953) er op die manier waarschijnlijk niet doorgekomen zou zijn.

Maddox was van origine en van beroep fysicus met een extreem brede belangstelling. Daarenboven was hij wetenschapsjournalist met dagbladervaring. Zijn vlotte pen, eruditie, droge humor en vlijmscherpe verstand dwongen respect af.

Dat geldt zeker voor de selectie van stukken van hem die Nature nu online heeft gezet, samen met herinneringen aan Maddox van medewerkers. Hilarisch is het stuk over statistiek en het wereldkampioenschap voetbal (‘We wuz robbed’, 1966).

Nature: Maddox special page

Nature: Maddox tribute page

In de laatste aflevering van VPRO Noorderlicht (29 augustus 2002) betoogt John Maddox dat de wetenschap nog lang niet klaar is. John Horgan (Scientific American) had dat destijds gesteld in zijn boek ‘The end of science’.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.