Jarenlang was de techniek heilig voor ir. Wim Scholten. Gevoelens vond hij eng en lastig, in de ogen van zijn collega’s was hij een botte, norse man. Tien jaar geleden kwam de omslag en is gevoel de basis van zijn werk als meester in de bejegenkunde – de kunst van het met elkaar omgaan.
Op de stenen schouw boven de open haard van Wim Scholten hangt prominent, onder een vierkante klok, een spreuk. Scholten loopt er enthousiast op af. Zijn loopbaan valt uiteen in twee delen: voor en nadat hij over zijn gevoelens leerde praten. En die spreuk verwoordt dat moment het beste. “Love yourself. Trust your choices and everything is possible”, leest hij voor. “Daar geloof ik in”, zegt hij. “Ga van jezelf uit en wees overtuigd van je kunnen. Dan gaat er een wereld voor je open.”
Die wereld was voor Scholten aan het begin van zijn loopbaan nog gesloten. Na zijn studie civiele techniek ging hij aan de slag bij het waterloopkundig laboratorium in Rotterdam. “Ik wilde niets liever dan onderzoek doen,” zegt Scholten. “Bij het havengebied in Rotterdam komt zoet water vanuit de rivieren binnen en, via eb en vloed, zout water vanuit de zee. Rijkswaterstaat wilde dat meer grote schepen, die dieper in het water liggen, naar Rotterdam kwamen. De rivieren werden verdiept, waardoor meer zout water de rivieren binnenstroomde. Teveel zout in de rivieren is slecht voor planten en dieren. Dat was eind jaren zeventig een heikel onderwerp. Ik werkte toen aan een groot model op schaal om orde op zaken te stellen.”
Iedere dag verrichtte Scholten onderzoek op zijn schaalmodel. “Alles draaide voor mij om de techniek”, zegt Scholten. “Daar leefde ik voor.” In het grote gebouw waar hij werkte, was een groot gedeelte van de Rotterdamse haven op schaal nagebouwd. Op een maandag rook hij, fietsend onderweg naar zijn werk, een penetrante geur. “Het gebouw was afgebrand. Ik dacht aan ons model. Daar was niets meer van over en we hadden er zo hard aan gewerkt.”
Scholten kreeg noodgedwongen voor een jaar een nieuwe functie toegewezen, in de automatisering. “Mijn taak was om bij iedereen te vragen wat ze nodig hadden, vooral voor onderzoek. Die gegevens verzamelde en verwerkte ik. Ik had nooit gedacht dat ik dat werk zo leuk zou vinden. Je slaat een brug naar de behoeften van mensen in de automatisering.” Toen het gebouw weer was opgebouwd en het model in ere hersteld, trok Scholten de stoute schoenen aan. Hij vertelde zijn baas dat hij zijn oude baan niet terughoefde. Tot op de dag van vandaag werkt hij in de automatisering.
Gevoelssprieten
Als een geluk bij een ongeluk had hij zijn ideale baan gevonden. “Ik wil niets anders meer. Na al die jaren blijf ik de automatisering leuk vinden, omdat het ervoor zorgt dat de kennis van medewerkers gedeeld wordt en je met mensen in contact komt.” Maar dat laatste had Scholten toen nog veel moeite. Hoewel zijn carrière voortvarend verliep, klapte Scholten vaak dicht als hij met iemand moest praten. “Bij functioneringsgesprekken kreeg ik steevast te horen dat ik een communicatieprobleem had, maar omdat ik mijn werk zo goed deed, maakte dat niet zoveel uit. Ik kon niets met die opmerking.”
Onderhuids vrat dat probleem aan Scholten. Hij wist zich vaak geen raad met anderen, maar vooral niet met zichzelf. “Ik had oogkleppen op”, zegt hij terugkijkend. “Ik was vooral met technische zaken bezig, had nauwelijks aandacht voor mensen. Dat anderen gevoel hadden? Dat zei me niets. Ik had geen gevoelssprieten.” Scholten volgde psychologiecursussen, maar het ongemak bleef. “Ach, daar leer je trucjes. Zo kon ik beter verbloemen dat ik het liefste met niemand sprak en niet over mezelf nadacht.”
In 1993 verhuisde Scholten van Delft naar Leiden. Een paar jaar later zag hij in het Leidsch Weekblad een advertentie voor een cursus basispsychologie voor zeven avonden. “Op de een of andere manier wilde ik die cursus volgen. Ik heb geen idee waarom. Echt niet, ik wilde niets met psychologie. Misschien dat het me daarom aantrok.”
“Op een avond deden we een simpele test”, zegt Scholten. “Daar kwam uit dat ik me als een aangepast kind gedroeg. Ik was niet vrolijk als ik vrolijk moest zijn, en gedroeg me niet boos als ik boos was. Continu had ik een masker op. Die test hield me een spiegel voor. Ik schrok me dood. ‘Dit wil ik niet’, spookte door mijn hoofd.”
Dat was het begin van ‘een lange reis’. Hij pakte zijn spirituele koffer en zei zijn ‘oude ik’ gedag. “Dat was hard nodig. Ik ben 180 graden gedraaid. Nu praat ik graag over gevoel, toen niet. Vroeger vond ik alleen techniek maar belangrijk, nu de mensen. Ik ben het levende bewijs dat een mens kan veranderen.”
En daarmee zijn we terug bij de spreuk. Geloof, niet in God, maar in je eigen mogelijkheden, is volgens Scholten van groot belang. Je grootste angsten kun je overwinnen en hij ziet zichzelf als levend bewijs. “Ik had niet een muur, maar twee muren om me heen gebouwd. Met een deur met een groot hangslot. En als mensen daar doorheen braken was ik niet thuis. Daar zit een geschiedenis achter. Ik ben opgevoed met dwang, verbod en straf. Ik zocht nooit de confrontatie, maar trok me terug in mezelf. Ik werd in feite emotioneel zwaar verwaarloosd. Het uiteindelijke effect was, dat ik mijn eigen emoties niet meer kon benoemen. Dat heb ik opnieuw moeten leren.”
Pijnlijk
Langzaam maar zeker veranderde Scholten van een norse, botte en gesloten man, in iemand die ervoor open stond om over gevoelens te praten. Ook op de werkvloer. “Mijn collega’s bij Atos Origin, waar ik nog steeds in de automatisering werk, zagen hoe ik veranderde. Ik spreek nu makkelijk over gevoelens en ik zie problemen. Communicatieproblemen. Als ik bij klanten ben, spreek ik ze daar op aan. Dat was wel even wennen, want in de automatisering wordt nooit over gevoelens gepraat. Maar ik zei: ‘ik zie dat jouw managementteam niet samenwerkt’. Of dat iemand buiten wordt gesloten. En dan praat ik er met hen over. Ik heb het doorgemaakt en wil nu anderen helpen.”
Drie jaar geleden zette hij Natural Inspiration op. In de avonduren geeft hij cursussen. “Veel mensen willen een zo groot mogelijke auto of rijk worden. Ze ontlenen dan hun bestaansrecht aan niets. Geluk heeft daar niets mee te maken. In India hebben ze niets, maar zijn ze niet diep ongelukkig. Je moet op een andere manier naar het leven kijken. Vanuit de boeddhistische invalshoek: relativeren, rust zoeken en tijd voor jezelf nemen. Voorkomen is beter dan genezen.” Bejegenkunde, de kunst van met elkaar omgaan, is zijn nieuwe credo.
Als coach laat hij de klanten hun meest pijnlijke moment herbeleven. “Ik ben in staat iemand daar naar terug te brengen. Doe je ogen maar dicht, zeg ik dan. Wat gebeurt er, wat zie je, wie is er en wat doet dat met jou? Verbazingwekkend hoeveel details mensen dan nog weten, dat zit allemaal in je hoofd opgesloten. Ik leg de vinger op die zere plek. Daarna praten we erover, zodat het minder pijn zal doen. Net als bij mij.”
(Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)
Naam: Wim Scholten
Leeftijd: 51 jaar
Studie: civiele techniek
Afstudeeronderwerp: spanningen bepalen in schaalconstructies met behulp van holografie
Woonplaats: Leiden
Verliefd/Verloofd/Getrouwd: getrouwd
Loopbaan: Wim Scholten begon zijn loopbaan bij het waterloopkundig laboratorium in Rotterdam als onderzoeker, maar al snel werkt hij in de automatisering. Eerst voor het zelfde bedrijf, daarna voor het ministerie van verkeer en waterstaat, Consulting Associates, Solve Duphar en nu vanaf 1996 voor Atos Origin. In 2000 richtte hij zijn eigen bedrijf, ‘Natural Inspiration’, als trainer en coach op.
Op de stenen schouw boven de open haard van Wim Scholten hangt prominent, onder een vierkante klok, een spreuk. Scholten loopt er enthousiast op af. Zijn loopbaan valt uiteen in twee delen: voor en nadat hij over zijn gevoelens leerde praten. En die spreuk verwoordt dat moment het beste. “Love yourself. Trust your choices and everything is possible”, leest hij voor. “Daar geloof ik in”, zegt hij. “Ga van jezelf uit en wees overtuigd van je kunnen. Dan gaat er een wereld voor je open.”
Die wereld was voor Scholten aan het begin van zijn loopbaan nog gesloten. Na zijn studie civiele techniek ging hij aan de slag bij het waterloopkundig laboratorium in Rotterdam. “Ik wilde niets liever dan onderzoek doen,” zegt Scholten. “Bij het havengebied in Rotterdam komt zoet water vanuit de rivieren binnen en, via eb en vloed, zout water vanuit de zee. Rijkswaterstaat wilde dat meer grote schepen, die dieper in het water liggen, naar Rotterdam kwamen. De rivieren werden verdiept, waardoor meer zout water de rivieren binnenstroomde. Teveel zout in de rivieren is slecht voor planten en dieren. Dat was eind jaren zeventig een heikel onderwerp. Ik werkte toen aan een groot model op schaal om orde op zaken te stellen.”
Iedere dag verrichtte Scholten onderzoek op zijn schaalmodel. “Alles draaide voor mij om de techniek”, zegt Scholten. “Daar leefde ik voor.” In het grote gebouw waar hij werkte, was een groot gedeelte van de Rotterdamse haven op schaal nagebouwd. Op een maandag rook hij, fietsend onderweg naar zijn werk, een penetrante geur. “Het gebouw was afgebrand. Ik dacht aan ons model. Daar was niets meer van over en we hadden er zo hard aan gewerkt.”
Scholten kreeg noodgedwongen voor een jaar een nieuwe functie toegewezen, in de automatisering. “Mijn taak was om bij iedereen te vragen wat ze nodig hadden, vooral voor onderzoek. Die gegevens verzamelde en verwerkte ik. Ik had nooit gedacht dat ik dat werk zo leuk zou vinden. Je slaat een brug naar de behoeften van mensen in de automatisering.” Toen het gebouw weer was opgebouwd en het model in ere hersteld, trok Scholten de stoute schoenen aan. Hij vertelde zijn baas dat hij zijn oude baan niet terughoefde. Tot op de dag van vandaag werkt hij in de automatisering.
Gevoelssprieten
Als een geluk bij een ongeluk had hij zijn ideale baan gevonden. “Ik wil niets anders meer. Na al die jaren blijf ik de automatisering leuk vinden, omdat het ervoor zorgt dat de kennis van medewerkers gedeeld wordt en je met mensen in contact komt.” Maar dat laatste had Scholten toen nog veel moeite. Hoewel zijn carrière voortvarend verliep, klapte Scholten vaak dicht als hij met iemand moest praten. “Bij functioneringsgesprekken kreeg ik steevast te horen dat ik een communicatieprobleem had, maar omdat ik mijn werk zo goed deed, maakte dat niet zoveel uit. Ik kon niets met die opmerking.”
Onderhuids vrat dat probleem aan Scholten. Hij wist zich vaak geen raad met anderen, maar vooral niet met zichzelf. “Ik had oogkleppen op”, zegt hij terugkijkend. “Ik was vooral met technische zaken bezig, had nauwelijks aandacht voor mensen. Dat anderen gevoel hadden? Dat zei me niets. Ik had geen gevoelssprieten.” Scholten volgde psychologiecursussen, maar het ongemak bleef. “Ach, daar leer je trucjes. Zo kon ik beter verbloemen dat ik het liefste met niemand sprak en niet over mezelf nadacht.”
In 1993 verhuisde Scholten van Delft naar Leiden. Een paar jaar later zag hij in het Leidsch Weekblad een advertentie voor een cursus basispsychologie voor zeven avonden. “Op de een of andere manier wilde ik die cursus volgen. Ik heb geen idee waarom. Echt niet, ik wilde niets met psychologie. Misschien dat het me daarom aantrok.”
“Op een avond deden we een simpele test”, zegt Scholten. “Daar kwam uit dat ik me als een aangepast kind gedroeg. Ik was niet vrolijk als ik vrolijk moest zijn, en gedroeg me niet boos als ik boos was. Continu had ik een masker op. Die test hield me een spiegel voor. Ik schrok me dood. ‘Dit wil ik niet’, spookte door mijn hoofd.”
Dat was het begin van ‘een lange reis’. Hij pakte zijn spirituele koffer en zei zijn ‘oude ik’ gedag. “Dat was hard nodig. Ik ben 180 graden gedraaid. Nu praat ik graag over gevoel, toen niet. Vroeger vond ik alleen techniek maar belangrijk, nu de mensen. Ik ben het levende bewijs dat een mens kan veranderen.”
En daarmee zijn we terug bij de spreuk. Geloof, niet in God, maar in je eigen mogelijkheden, is volgens Scholten van groot belang. Je grootste angsten kun je overwinnen en hij ziet zichzelf als levend bewijs. “Ik had niet een muur, maar twee muren om me heen gebouwd. Met een deur met een groot hangslot. En als mensen daar doorheen braken was ik niet thuis. Daar zit een geschiedenis achter. Ik ben opgevoed met dwang, verbod en straf. Ik zocht nooit de confrontatie, maar trok me terug in mezelf. Ik werd in feite emotioneel zwaar verwaarloosd. Het uiteindelijke effect was, dat ik mijn eigen emoties niet meer kon benoemen. Dat heb ik opnieuw moeten leren.”
Pijnlijk
Langzaam maar zeker veranderde Scholten van een norse, botte en gesloten man, in iemand die ervoor open stond om over gevoelens te praten. Ook op de werkvloer. “Mijn collega’s bij Atos Origin, waar ik nog steeds in de automatisering werk, zagen hoe ik veranderde. Ik spreek nu makkelijk over gevoelens en ik zie problemen. Communicatieproblemen. Als ik bij klanten ben, spreek ik ze daar op aan. Dat was wel even wennen, want in de automatisering wordt nooit over gevoelens gepraat. Maar ik zei: ‘ik zie dat jouw managementteam niet samenwerkt’. Of dat iemand buiten wordt gesloten. En dan praat ik er met hen over. Ik heb het doorgemaakt en wil nu anderen helpen.”
Drie jaar geleden zette hij Natural Inspiration op. In de avonduren geeft hij cursussen. “Veel mensen willen een zo groot mogelijke auto of rijk worden. Ze ontlenen dan hun bestaansrecht aan niets. Geluk heeft daar niets mee te maken. In India hebben ze niets, maar zijn ze niet diep ongelukkig. Je moet op een andere manier naar het leven kijken. Vanuit de boeddhistische invalshoek: relativeren, rust zoeken en tijd voor jezelf nemen. Voorkomen is beter dan genezen.” Bejegenkunde, de kunst van met elkaar omgaan, is zijn nieuwe credo.
Als coach laat hij de klanten hun meest pijnlijke moment herbeleven. “Ik ben in staat iemand daar naar terug te brengen. Doe je ogen maar dicht, zeg ik dan. Wat gebeurt er, wat zie je, wie is er en wat doet dat met jou? Verbazingwekkend hoeveel details mensen dan nog weten, dat zit allemaal in je hoofd opgesloten. Ik leg de vinger op die zere plek. Daarna praten we erover, zodat het minder pijn zal doen. Net als bij mij.”
(Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)
Naam: Wim Scholten
Leeftijd: 51 jaar
Studie: civiele techniek
Afstudeeronderwerp: spanningen bepalen in schaalconstructies met behulp van holografie
Woonplaats: Leiden
Verliefd/Verloofd/Getrouwd: getrouwd
Loopbaan: Wim Scholten begon zijn loopbaan bij het waterloopkundig laboratorium in Rotterdam als onderzoeker, maar al snel werkt hij in de automatisering. Eerst voor het zelfde bedrijf, daarna voor het ministerie van verkeer en waterstaat, Consulting Associates, Solve Duphar en nu vanaf 1996 voor Atos Origin. In 2000 richtte hij zijn eigen bedrijf, ‘Natural Inspiration’, als trainer en coach op.
Comments are closed.