Onderwijs

Koornbeurs vraagt lening voor aankoop gebouw

Open Jongeren Vereniging de Koornbeurs heeft het college van bestuur van de TU Delft een lening gevraagd om haar gebouw te kopen.

Waarom vraagt de Koornbeurs financiële steun van de TU? Detlev Keijdener van StOK (Stichting Onderhoud van de Koornbeurs) legt uit dat de Koornbeurs wel degelijk een band heeft met de universiteit. ,,Veel van onze leden studeren aan de TU. We krijgen niet voor niets bestuursbeurzen. De lening die we de TU hebben gevraagd is bovendien maar een klein deel van onze hele begroting.”

Al jaren wil Vereniging de Koornbeurs het gebouw dat ze sinds 1945 huurt, kopen van de gemeente. De Koornbeurs is trots op het mooie pand en zou het graag willen opknappen. De gemeente Delft wil ook graag dat het pand wordt opgeknapt, maar heeft geen geld beschikbaar voor restauraties of onderhoud. Omdat de gemeente bang is dat de Koornbeurs niet garant kan staan voor de continuïteit van het pand wil ze het rijksmonument echter ook niet aan de jongerenvereniging verkopen. Daarom werd in 1996 door een aantal leden van de Koornbeurs de stichting StOK opgericht. Belangrijkste doelstellingen van dae stichting zijn het gebouw uit 1650 te onderhouden en te herstellen in zijn oude luister. Naar verwachting zal de stichting het pand op 31 maart van de gemeente overnemen.

Behalve de lening van de TU heeft de stichting StOK ook een lening aangevraagd bij de vereniging de Koornbeurs. De vereniging zal de stichting ook huur betalen voor het gebruik van het pand. Bovendien heeft StOK een flinke som nodig voor de restauraties. Keijdener: ,,We beginnen dit jaar met het opknappen van de gevel. Er ontbreken stukken steen, beelden zijn aangetast door de duivenpoep, en oude reparaties zijn niet in de goede stijl uitgevoerd.” Het geld dat nodig is voor deze en toekomstige restauraties komt uit subsidie van de gemeente, de EZH-gelden (afkomstig uit de gemeentelijke verkoop van aandelen Energiemaatschappij Zuid-Holland), verschillende fondsen en giften van particulieren. (IS)

http://www.koornbeurs.nl/gebouw/ . .

Waarom vraagt de Koornbeurs financiële steun van de TU? Detlev Keijdener van StOK (Stichting Onderhoud van de Koornbeurs) legt uit dat de Koornbeurs wel degelijk een band heeft met de universiteit. ,,Veel van onze leden studeren aan de TU. We krijgen niet voor niets bestuursbeurzen. De lening die we de TU hebben gevraagd is bovendien maar een klein deel van onze hele begroting.”

Al jaren wil Vereniging de Koornbeurs het gebouw dat ze sinds 1945 huurt, kopen van de gemeente. De Koornbeurs is trots op het mooie pand en zou het graag willen opknappen. De gemeente Delft wil ook graag dat het pand wordt opgeknapt, maar heeft geen geld beschikbaar voor restauraties of onderhoud. Omdat de gemeente bang is dat de Koornbeurs niet garant kan staan voor de continuïteit van het pand wil ze het rijksmonument echter ook niet aan de jongerenvereniging verkopen. Daarom werd in 1996 door een aantal leden van de Koornbeurs de stichting StOK opgericht. Belangrijkste doelstellingen van dae stichting zijn het gebouw uit 1650 te onderhouden en te herstellen in zijn oude luister. Naar verwachting zal de stichting het pand op 31 maart van de gemeente overnemen.

Behalve de lening van de TU heeft de stichting StOK ook een lening aangevraagd bij de vereniging de Koornbeurs. De vereniging zal de stichting ook huur betalen voor het gebruik van het pand. Bovendien heeft StOK een flinke som nodig voor de restauraties. Keijdener: ,,We beginnen dit jaar met het opknappen van de gevel. Er ontbreken stukken steen, beelden zijn aangetast door de duivenpoep, en oude reparaties zijn niet in de goede stijl uitgevoerd.” Het geld dat nodig is voor deze en toekomstige restauraties komt uit subsidie van de gemeente, de EZH-gelden (afkomstig uit de gemeentelijke verkoop van aandelen Energiemaatschappij Zuid-Holland), verschillende fondsen en giften van particulieren. (IS)

http://www.koornbeurs.nl/gebouw/ . .

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.