Het zal voor universiteiten en hogescholen moeilijker worden om Engelstalige opleidingen aan te bieden. Onderwijsminister Eppo Bruins wil strenger zijn dan zijn voorganger voor ogen stond, schrijft hij aan de Tweede Kamer.
Nederslandstalig onderwijs op de TU Delft. (Foto: Justyna Botor)
Minister Eppo Bruins wil de komst van buitenlandse studenten beperken. Zij zouden de oorzaak zijn van de woningnood onder studenten, overvolle collegezalen en de hoge werkdruk van docenten.
De simpelste oplossing: minder Engelstalig onderwijs. Als opleidingen in principe in het Nederlands lesgeven, afgezien van bijvoorbeeld een paar gastcolleges, zullen buitenlandse studenten hier minder snel naartoe komen. Het zou ook de Nederlandse taalvaardigheid van studenten verbeteren.
Vrijwel alle anderstalige bacheloropleidingen worden onderworpen aan een toets. Als ze niet aan de criteria voldoen, moeten ze overstappen op het Nederlands. Dat was overigens een voorstel van het vorige kabinet, dat Bruins overneemt.
Maar Bruins wil strenger zijn dan de vorige minister, blijkt uit een brief aan de Tweede Kamer. Dat moet ook wel: hij wil 293 miljoen euro bezuinigen op de komst van internationale studenten.
Daar moeten de universiteiten en hogescholen zelf aan meewerken, vindt hij. De bezuinigingen gaan hoe dan ook door. Als de maatregelen en ‘zelfregie’ niet genoeg effect hebben, is er minder geld per student, dreigt hij.
Uitzonderingen
Er blijven uitzonderingen mogelijk. Talenopleidingen hoeven bijvoorbeeld de toets niet te doorstaan. Een opleiding mag ook Engelstalig zijn als dat goed is voor een krimpregio (waar universiteiten en hogescholen weinig studenten trekken) of bij grote tekorten op de arbeidsmarkt.
Maar Bruins wil het moeilijker maken om een beroep te doen op het ‘internationale karakter’ van opleidingen en een vierde reden (‘dit is de enige opleiding, dus die moet in het Engels’) krijgt wat hem betreft ook minder snel gehoor. Anders wordt de uitzondering al snel de regel, vreest hij.
Masters
De toets is alleen op bacheloropleidingen gericht, maar dat is ‘geenszins een vrijbrief voor de masters’, schrijft Bruins. ‘Ik ga hierover in gesprek met de instellingen en blijf het aanbod in de master monitoren.’
Ook de bestuurstaal aan universiteiten en hogescholen moet het Nederlands zijn, vindt hij. Sommige instellingen waren op het Engels overgestapt om hun internationale medewerkers en studenten erbij te betrekken of ook buitenlandse bestuurders te kunnen werven. Daar komt wat hem betreft een einde aan, tweetalige uitzonderingen daargelaten.
Bruins vindt het “onwenselijk” dat Europese studenten hier studiefinanciering krijgen en na hun opleiding weer vertrekken zonder dat ze hier een bijdrage aan de samenleving en economie hebben geleverd.
Maar onwenselijk of niet, hij kan er niet meteen iets aan doen. Binnen Europa is er immers vrij verkeer van personen. Het kabinet wil in de EU medestanders zoeken om iets aan deze regels te veranderen, maar het is een proces van “lange adem” en de uitkomst is “zeer onzeker”.
Reactie universiteiten
“Deze brief is een botte bijl die inhakt op de internationalisering”, zegt woordvoerder Ruben Puylaert van universiteitenvereniging UNL. “De minister heeft een bezuiniging van 293 miljoen euro gepland en dat komt neer op ongeveer de helft van alle internationale bachelorstudenten in het hbo en wo.”
Hij vraagt zich af hoe zorgvuldig de toets voor de onderwijstaal van bacheloropleidingen kan zijn, als de uitkomst (minder studenten) al vaststaat. Het verandert de inzet van het wetsvoorstel, dat het vorige kabinet indiende. “Wij maken ons grote zorgen”, zegt Puylaert. “Het vergt wat ons betreft een nieuwe toetsing door de Raad van State.”
Overigens pleiten de universiteiten al jaren voor meer mogelijkheden om de toestroom van buitenlandse studenten in goede banen te leiden. Ze wilden bijvoorbeeld een numerus fixus op Engelstalige trajecten kunnen invoeren. Het idee is dat het Nederlandstalige traject dan openblijft voor Nederlandse studenten en dat zij niet verdrongen worden door concurrenten uit de rest van de wereld. Deze mogelijkheid staat inmiddels in de wet en kan vanaf 2026 worden toegepast.
Randstad
Vooral het hoger onderwijs in de Randstad wordt geraakt door de strengere regels tegen Engelstalig onderwijs, waarschuwen ambtenaren. Dat geldt vooral voor de Toets anderstalig onderwijs. Opleidingen in een andere taal moeten bijna allemaal gaan uitleggen waarom ze niet in het Nederlands lesgeven. Als dat niet lukt moeten ze op het Nederlands overstappen. Hogescholen en universiteiten maken zich veel zorgen over deze toets en ook de Raad van State heeft kritiek.
Er hangt een bezuiniging aan vast. Hoe meer opleidingen op het Nederlands overstappen, hoe minder internationals naar Nederland komen. Bruins wil hiermee op termijn 293 miljoen euro besparen.
Uit een ambtelijke notitie die de minister dinsdag meestuurde naar de Tweede Kamer blijkt dat het ministerie van Onderwijs altijd al de Randstad in het vizier had bij het ontwerpen van de taaltoets. Hogescholen en universiteiten in de regio’s Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht worden er harder door geraakt, legden ambtenaren de minister in augustus uit in een notitie. ‘Dat is een bewuste keuze, aansluitend bij door de politiek gewenste focus’, schrijven ze.
Onderbouwing
De precieze bezuiniging zelf (waarom 293 miljoen euro, en niet 100 miljoen meer of minder?) krijgt nog steeds geen onderbouwing van de minister. Hij heeft nu eenmaal de opdracht te bezuinigen en voert deze opdracht uit.
Het laatste woord is er nog niet over gezegd. De Tweede Kamer heeft allerlei vragen gesteld en de antwoorden beslaan meer dan honderd pagina’s.
HOP, Bas Belleman
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
redactie@hogeronderwijspersbureau.nl

Comments are closed.