‘Ik heb al internet’

br />
In het kader van de museum-techniekdag voor scholieren organiseert het Techniek Museum de komende vier weken een programma voor scholieren in groep acht van de basisschool. Er worden zo’n twaalfhonderd scholieren verwacht.

Volgens coördinatrice Liesbeth van Hees is het programma niet alleen bedoeld om basisscholieren te laten zien hoe leuk techniek kan zijn. Van Hees: ,,De Pabo-studenten die de groepen begeleiden hebben vaak een alfa- of gamma-interesse. We proberen dus ook deze aankomende leraren enthousiast te maken voor techniek zodat zij dat weer kunnen overbrengen op hun leerlingen.”

Meester Hans, leraar voor groep zeven en acht aan de Egbertes School in Vianen, staat buiten te kijken naar zijn leerlingen die zich vermaken met het wegschieten van plastic flessen. De technische knowhow voor dit onderdeel werd geleverd door ‘ hoe kan het ook anders ‘ de faculteit Lucht- en Ruimtevaarttechniek.

Op het plankje waar de projectielen vanaf gelanceerd worden staat met dikke rode letters ‘gevaarlijk’ en ‘pas op’ geschreven. Echt gevaarlijke situaties verwacht meester Hans niet voor zijn leerlingen. ,,Ze worden er wel lekker moe en rustig van”, grapt hij als Sander (12) rood aanloopt bij het oppompen van zijn plastic spafles. Onder luid gejoel knalt hij de fles zestien meter over het grasveld. Sander komt trots aanlopen met zijn raket. ,,Maar ik wil toch architect worden hoor!”, zegt hij tegen de meester.

Verreweg het populairste onderdeel van de dag is de adventure die op de computers gespeeld kan worden. Door berichtjes naar elkaar te sturen over het netwerk kunnen de scholieren elkaar tips geven om het avontuur tot een goed einde te brengen. Martin (11) van basisschool Het Mozaïek uit Delft lacht om twee meisjes die van de ene naar de andere kant van de zaal rennen om te kijken of hun mailtjes wel zijn aangekomen. ,,Ik heb thuis al internet. Binnenkort krijg ik ook een eigen e-mail adres zodat ik met mijn vriendjes kan mailen.”

,,De gemene Demi Dubbel wil met haar tijdmachine het verleden veranderen. Om haar te kunnen stoppen moeten jullie een aantal opdrachten doen.” Na deze boodschap begeleiden de in futuristische pakken gehulde Pabo-studenten de kinderen naar de verschillende onderdelen variërend van tandpasta maken tot hijskranen bouwen.

In het kader van de museum-techniekdag voor scholieren organiseert het Techniek Museum de komende vier weken een programma voor scholieren in groep acht van de basisschool. Er worden zo’n twaalfhonderd scholieren verwacht.

Volgens coördinatrice Liesbeth van Hees is het programma niet alleen bedoeld om basisscholieren te laten zien hoe leuk techniek kan zijn. Van Hees: ,,De Pabo-studenten die de groepen begeleiden hebben vaak een alfa- of gamma-interesse. We proberen dus ook deze aankomende leraren enthousiast te maken voor techniek zodat zij dat weer kunnen overbrengen op hun leerlingen.”

Meester Hans, leraar voor groep zeven en acht aan de Egbertes School in Vianen, staat buiten te kijken naar zijn leerlingen die zich vermaken met het wegschieten van plastic flessen. De technische knowhow voor dit onderdeel werd geleverd door ‘ hoe kan het ook anders ‘ de faculteit Lucht- en Ruimtevaarttechniek.

Op het plankje waar de projectielen vanaf gelanceerd worden staat met dikke rode letters ‘gevaarlijk’ en ‘pas op’ geschreven. Echt gevaarlijke situaties verwacht meester Hans niet voor zijn leerlingen. ,,Ze worden er wel lekker moe en rustig van”, grapt hij als Sander (12) rood aanloopt bij het oppompen van zijn plastic spafles. Onder luid gejoel knalt hij de fles zestien meter over het grasveld. Sander komt trots aanlopen met zijn raket. ,,Maar ik wil toch architect worden hoor!”, zegt hij tegen de meester.

Verreweg het populairste onderdeel van de dag is de adventure die op de computers gespeeld kan worden. Door berichtjes naar elkaar te sturen over het netwerk kunnen de scholieren elkaar tips geven om het avontuur tot een goed einde te brengen. Martin (11) van basisschool Het Mozaïek uit Delft lacht om twee meisjes die van de ene naar de andere kant van de zaal rennen om te kijken of hun mailtjes wel zijn aangekomen. ,,Ik heb thuis al internet. Binnenkort krijg ik ook een eigen e-mail adres zodat ik met mijn vriendjes kan mailen.”