Hoe trek je meer vrouwelijke studenten?

Hoe kan ik meer vrouwen naar onze studies trekken? Decaan John Schmitz van de faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica  (EWI) vroeg zich dat enkele maanden geleden af tijdens een lunchbijeenkomst van TU-vrouwennetwerk Dewis. Toen directeur Boeing Benelux & Nordics Tineke Bakker – Van der Veen dat las, wilde ze meteen een afspraak met hem maken. “Niet dat ik alle oplossingen heb, maar ik kan in ieder geval delen wat ik zelf heb ervaren als studente luchtvaart- en ruimtevaarttechniek.”

Het percentage vrouwelijke studenten aan de faculteit waar ze zelf studeerde zakte afgelopen collegejaar van 16 naar 9,5 procent. Nu is het vooralsnog weer terug op 16 procent, meldt de faculteit in haar nieuwsbrief.

Beeld van techniek

Het tekort aan vrouwen komt volgens de Boeingdirecteur onder meer door het beeld dat mensen hebben van techniek. “Op dit moment is het grotendeels nog een mannenwereld. Helaas denken veel mensen bij techniek aan vieze overalls op de werkvloer. Voor specifiek de vrouwen in de techniek hoor ik mensen ook wel eens vragen of een gezin en een carrière in de techniek wel te combineren zijn.”

De tips van Bakker – Van der Veen aan de universiteit:

• Zorg voor voldoende evenementen waarbij bezoekers de kans krijgen om kennis te maken met alumni
• Zorg voor meer vrouwelijke hoogleraren die als rolmodel kunnen fungeren
• Kijk wat je vrouwen extra kunt aanbieden op het gebied van coaching en mentoring
• Praktisch: zijn er voldoende vrouwentoiletten?
• Maak het mogelijk dat studentes van verschillende faculteiten elkaar kunnen ontmoeten

Belangrijk is volgens Bakker – Van der Veen dat vrouwen gezien willen worden als ‘deel van het geheel’. “En dan moet je vooral niet tijdens een introductiedag alle vrouwen plotseling in roze T-shirts door Delft laten lopen”, zegt ze uit ervaring. “Meiden bij elkaar brengen is goed omdat ze elkaar dan snel weten te vinden, maar een extra stempel op ze drukken is een stap de verkeerde kant op.”

Vrouwen komen elkaar nu vaak op studie- of studentenverenigingen tegen, aldus Bakker – Van der Veen. “Misschien is het leuk om een mengvorm te creëren, waarbij je vrouwen van Bouwkunde en Industrieel Ontwerpen een keer laat kennismaken met die van Technische Natuurwetenschappen of Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek. Dat zie je nog weinig gebeuren, terwijl het erg nuttig kan zijn om ervaringen te delen.”

Women’s diner

Ze ziet wel initiatieven die verschil kunnen maken. “Ik werd op een gegeven moment door Proteus (roeiclub, red) uitgenodigd voor een women’s diner. Je zit daar met vrouwen van verschillende studiejaren en faculteiten en kunt het hebben over hoe het is om aan een bepaalde faculteit te studeren en hoe je iets hebt aangepakt.”

Voor dergelijke initiatieven moeten die vrouwen natuurlijk wel zijn ‘binnengehaald’, beaamt Bakker – Van der Veen. “Dat betekent dat je vroeg moet beginnen, op de basisschool. Help ouders door evenementen te organiseren waarbij kinderen in aanraking komen met science, technologie, engineering en wiskunde. “Bij mijn zoon en dochter op school was er een ruimtevaartproject waarbij ik zelf aan drie klassen heb lesgegeven in ruimtevaart.”

Bakker – Van der Veen had afgelopen zomer in samenwerking met non-profit organisatie ThinkYoung een week lang kinderen over de vloer bij Boeing op kantoor vanwege een Coding Summer School. “We hebben ze niet alleen uitgelegd wat programmeren is, maar vooral laten zien hoe het wordt gebruikt in de techniek. Er was een robot waarmee de kinderen interactief aan de slag gingen. We hebben ze laten zien dat je programmeren ook nodig hebt voor virtual reality spelletjes. Daardoor begrijpen ze beter dat techniek ook leuke dingen met zich meebrengt.”

Uitzondering

Kinderen leren programmeren op basisscholen gebeurt ook bij EWI. “Felienne Hermans houdt zich daar uitgebreid mee bezig”, zegt decaan Schmitz. Hij waardeert de tips van Bakker – Van der Veen, maar wil ervoor waken om met extra coaching vrouwen als uitzondering te zien. Wel wil hij rekening houden met eventuele ‘gender onvriendelijke situaties’. “Dit jaar zullen we er extra aandacht aan geven op de open dagen.”

Het tekort aan vrouwentoiletten herkent Schmitz. “In de laagbouw was er bij de Tellegen Hall geen nabijgelegen damestoilet. Dat punt is opgepakt.” Over de beeldvorming van techniek zegt hij: “Op zich is er toch niets op tegen om ongeacht gender een vieze overall aan te hebben? Bij bijna alle EWI-vakken zul je niet zo snel een overall aan hebben. Uitzondering is het DARE Dreamteam. In hun werkplaats zul je best eens vieze handen krijgen.”

Schmitz vindt het een ‘echt goede hint’ om evenementen te hebben waarbij mensen met alumni kennismaken. Volgens de decaan wordt daaraan gewerkt met de afdeling Corporate Communicatie.

Zie ook: [Letter] More female students? Here’s a strategy